Huisartsen beginnen met vaccineren

De Texelse huisartsen beginnen vandaag met het vaccineren van Texelaars die geboren zijn in 1956, 1957, 1958, 1959 en 1960 tegen het coronavirus. 

Dat gebeurt met AstraZeneca. Het Europees Geneesmiddelenbureau EMA oordeelde gisteren (woensdag) dat er een “mogelijk verband is tussen de zeldzame combinatie van trombose, een verlaagd aantal bloedplaatjes en het AstraZeneca-vaccin”, maar dat de voordelen van AstraZeneca opwegen tegen de bijwerkingen.  

De huisartsen baseren zich bij het inenten van de groep Texelaars van 60 tot 65 jaar op het oordeel van het Europees Geneesmiddelenbureau. Volgens de EMA is de kans op de zeer zeldzame bijwerking waarschijnlijk kleiner dan 1 op 100.000. 

Het ministerie van Volksgezondheid kondigde afgelopen vrijdag uit voorzorg een prikstop aan voor mensen die geboren zijn in 1961 en jonger, nadat er bij het bijwerkingencentrum Lareb vijf meldingen waren binnengekomen over de zeldzame, ernstige bijwerking van het vaccin.  

Uit voorzorg geven de huisartsen nog geen vaccinaties met AstraZeneca aan mensen tot en met 59 jaar. De huisartsen gaan daarom donderdag nog niet over op het inenten van Texelaars van onder de 60 jaar met ernstig overgewicht en Texelaars met een verstandelijke handicap die thuiswonend zijn. Dat was aanvankelijk wel de bedoeling. 

Volgens de huisartsen kunnen zij alsnog een persoonlijke oproep voor vaccinatie verwachten zodra de Gezondheidsraad aangeeft dat AstraZeneca ook bij 60-minners kan worden toegediend. Dat advies wordt vandaag verwacht. 

De vaccinaties door de Texelse huisartsen vinden tot en met zaterdagochtend op uitnodiging plaats in de prikpost in de TXL sporthal in Den Burg.