Ecomare let op nieuwe sterfte zeehonden

Een verhoogde sterfte onder zeehonden in het Duitse deel van de Waddenzee wordt momenteel nauwlettend in de gaten gehouden bij Ecomare.

Op de Duitse eilanden Helgoland, Amrum, Föhr en Sylt in de deelstaat Sleeswijk-Holstein worden dagelijks dode robben aan de kust gevonden. De Duitse krant General Anzeiger sprak deze week van 150 dode zeehonden.

Volgens Ecomare wordt bekeken of zij dezelfde doodsoorzaak hebben als dode zeehonden die sinds augustus bij het Deense eiland Anholt worden aangetroffen. 'Als dat zo is, heb je kans dat er een nieuwe virusuitbraak is.' 

De laatste grote virusziekte onder zeehonden in de Waddenzee was in 2002. Toen overleed de helft van de populatie aan het phocine distemper virus. Sindsdien is de populatie fors toegenomen.

Anholt is een bekende naam als het om virusuitbraken onder zeehonden gaat. De uitbraak van 2002 begon ook daar. Volgens woordvoerder Arthur Oosterbaan van Ecomare komen zeehonden op dat eiland vermoedelijk in aanraking met kleine landroofdieren, waardoor virussen kunnen worden overgedragen.

Of er daadwerkelijk sprake is van een nieuwe virusuitbraak moet de komende tijd blijken. Mocht het zo zijn, dan is er sprake van een natuurlijk proces dat zich om de zoveel tijd voordoet. In 1988 stierven ook al veel zeehonden in de Waddenzee als gevolg van een virus. Toen bleven eveneens de sterksten over, waarna de populatie weer toenam.