Anders bekeken

Koningsspelen


Afgelopen vrijdag sprintte oma naar de eerste pont op weg naar Oldebroek. Het is altijd een aardig stukje rijden, muziekje aan en gaan. Daar werd ik opgewacht door moeder Marjolein en twee vrolijke kinderen. Floor had een kroontje op en vlaggetjes op haar wangen geschilderd gekregen. “We hebben spelletjes, oma!” Opgetogen ging ze op pad.


Sil had er ook zin in en samen gingen we aan de wandel. Het grappige van Oldebroek is dat je er steevast gegroet wordt. Mensen kennen je al gauw en zeggen iets van ”moi” op de vroege morgen. Het is vlakbij de Veluwe en de hertjes zijn zomaar zichtbaar. En zoals wij hier Lutz Lohse tegenkomen op zijn looptraining over ons eiland, kun je daar Abdi Nageeye als een gazelle spotten langs de stillere boerenwegen.


Ik kan altijd met bewondering kijken naar de soepele manier van hardlopen. De afzet - alsof ze niets wegen - en de snelheid, ze zijn in een flits voorbij. Ik steek gauw mijn hand op en knik en krijg een knik terug. Ik sta even stil om te beseffen wat er gebeurt. De koning van de marathon werd in 2006 opgevangen vanuit Somalië en kreeg de hardloopsmaak te pakken op zijn oefenrondje voor voetbal. 


Ik kom hem zomaar tegen. Hij pakte zilver op de Olympische Spelen en is nu een van de groten der aarde. Gisteren keken we met bewondering naar de beelden van de marathon in Londen. Daar vloog Sifan Hassan, de vederlichte Nederlandse van Ethiopische komaf, over de wegen.


Halverwege leek zij wat te haperen door pijn aan de linker heup, maar sloot toch na 35 kilometer weer aan bij de kopgroep. Met een geweldige eindsprint vloog ze door het lint en had tijd nodig om te beseffen wat er was gebeurd. Zij de koningin van de Olympische Spelen, liep voor het 'eerst' een marathon en veroverde goud. Haar droom werd waarheid in Londen. Van uitzonderlijke klasse.


Als ik bij school kom om Floor op te halen, is ze uitgelaten. “Was het leuk?” vraag ik. Huppelend gaat ze naast me. “Ja, heel leuk, oma!” En we steken de straat over. Dan ziet ze Koen. ”Zullen we nog een wedstrijdje doen?” roept ze en ik zie Koen al in een soort van klaar-voor-de-start-houding gaan staan. “Kom op oma, rennen. Wie er het eerste is!"


Ik moet lachen en tracht met de wagen en een lachende Sil over de stoep dit tweetal bij te houden in een soort race. Ik zie mensen omkijken en denken "Wat een raar mens." Nee, hardlooptalent, dat heb ik niet geërfd. Zeker niet, maar soms mag je er toch even aan ruiken..?


Jozien