Anders bekeken

Sigarenwinkeltje


Ik ben bijna aan het einde van mijn typewerk op donderdagavond. De toespraak voor morgen is bijna klaar, manlief zit in de kamer voetbal te kijken en is nogal gespannen. Als ik de zin typ: "Wat is daarop uw antwoord?”, stijgt er een grote brul op in de kamer: “JAAAAA!!!” Ik schiet in de lach, zo was zijn antwoord in het gemeentehuis niet indertijd. De liefde voor zijn club is groot, heel duidelijk. Begin april hadden we de wedstrijd Feyenoord – Ajax en dat viel niet mee. Laat ik zeggen, het resultáát viel niet mee. Commentaar was ook niet van de lucht. Ik houd me dan wat op de achtergrond, ik kan ook gerust van een goede actie van de tegenpartij genieten, maar het is niet slim om dat te uiten. Na het aanstekerincident zijn er ook andere geluiden, gelukkig.


Het is natuurlijk niet normaal als iemand met een bebloede kop aan de zijlijn de hechtingen krijgt ingeschoten. Waar zijn we in hemelsnaam mee bezig, is dan de logische vraag. Bekers vol bier op het veld gooien en rare spreekkoren, het is niet om over naar huis te schrijven. Een klein groepje verpest het voor de hele club, en ja, staak de wedstrijd dan maar even om tot bezinning te komen - of helemaal... Als we samen naar de Kuip gaan, word ik er steevast tussenuit gepakt bij de ingang. Hordes hooligans stromen door, maar Jozien heeft een tas en die moet bekeken en Jozien draagt een jas en die moet bestreken. Een flesje water, dat is de buit en even later zitten we in grote wolken met kruitdampen en schieten de pijlen je om de oren. Misschien de verkeerde gefouilleerd, denk ik dan.


Gisteravond kwamen we na een drukke verjaardag even een hapje eten in het Sluftercafé. Henk feliciteerde manlief - ik dacht: "Wat attent", met zijn verjaardag - maar het betrof de overwinning en de hopelijk ophanden zijnde kampioensbeker. De mannen waren vrolijk gelijkgestemd. Ja, dat versterkt de band. We namen in afwachting van een tafeltje een biertje aan de bar en kregen een mooi gesprek met Erik. Hij vertelde heel rustig dat hij Ajaxied was en kon genieten van mooi technisch voetbal en het spelrijp maken van de eigen jeugd. Dure miskopen vond hij jammer. Hij vertelde dat zijn oma in Amsterdam naast de sigarenwinkel woonde van Sjaak Zwart en dat hij daar als kleine jongen wel heen ging. Een mooie herinnering. 


Ja, hoe ontstaan deze? Ik hoop dat kinderen in het stadion zich de ludieke actie met zwembanden en opblaaskrokodillen herinneren, misschien wel meedobberen van de zomer als een Rotterdamse ploeg kampioen is geworden. Maar de grootste sportiviteit komt van de tegenstander die tegen zijn verlies kan...


Jozien