Anders bekeken...

Eenzaam, maar niet alleen


Afgelopen week was een trieste week, een raar begin in de lente. Normaliter ben je blij met de eerste gele bollenvelden, de zonnestralen en de lammetjes, maar nu was alles gehuld in nevelen. Een soort van rouwgevoel. Iets wordt afgenomen en moet een mens loslaten. Ik ben er niet goed in. Sterker nog: het gaat me aan mijn hart. Hartzeer, zou mijn moeder zeggen.

Manlief en broer John hebben maandenlang de kotter ontmanteld, van alles eraf gesloopt en voor een zacht prijsje een nieuw leven gegeven. Alleen het karkas wordt geaccepteerd bij de sloop. Daar word je niet blij van, de koevoet zetten in wanden waar je anders zuinig op was. In eerste instantie dachten ze dat de laatste vaartocht maar door een ander moest gebeuren, maar al gaandeweg werd toch duidelijk dat ze dat laatste tochtje ook zelf wilden maken. Uit eerbied voor... Zeg het maar.

Op de morgen waren daar twee oude makkers, twee doorgewinterde zeemannen, Bertus en Fred. Mannen van het eerste uur om mee te varen. Met vier man, dat moest lukken. Anita en ik zwaaiden uit. Verdrietig, ja, en ook vreemd om de kotter naar links te zien gaan, naar Kornwerd, en niet naar rechts, het zeegat uit, naar de visgronden.

Bijzonder om te ervaren dat IJsbrand, die de kotter jarenlang altijd van olie voorzag, daar in ene naast ons stond. Vroeg opgestaan? Nee, doorgegaan… De schapen verlost in de nacht, en toen toch naar de haven om daadwerkelijk het laatste stukje te zien. Willem Sangers stond op zijn manier opeens achter ons, gewapend met telelens. Hij had het vernomen en was vroeg opgestaan om het vast te leggen.

Anita en ik reden naar Urk. Daar werd overnacht, omdat de Ketelbrug niet draait na 16:00 uur. We aten met z'n allen, de volgende dag ging de reis verder.

Kampen, de laatste rustplaats. Een rij klaar voor de slopershamer. Daar staan kotters op de helling waar je zo het water mee op kunt. Niet oud en toch naar de sloop. Het is te triest voor woorden.

Manlief was er mies van. Je ziet het al een tijdje aankomen, maar als het moment daar is, is het definitief. Er is een tijdperk ten einde Een tijdperk van een haven vol kotters, van een braadje iedere week, van levendige visvangst, van avontuur op het water.

Ik wil iedereen bedanken die heeft gereageerd op welke manier dan ook. Het heeft ons goed gedaan. We stonden niet helemaal alleen. In de kamer staan bloemen, we kijken naar foto’s en luisteren muziek, hebben mooie herinneringen. Het gaat voorbij en er zullen nieuwe dingen komen, ook op zee.

We zijn aan slag om het slagveld niet nog groter te doen worden dan dat het nu is.

Jozien