"Waterschap en provincie zijn niet met elkaar te vergelijken"

Waterschappen en provincies zijn niet met elkaar te vergelijken. Dat stelt Rob Veenman, dagelijks bestuurder van Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier, in een bijdrage naar aanloop van de verkiezingen op 15 maart.

"Op 15 maart kunnen we gelijktijdig stemmen voor de provincies en voor de waterschappen. De kans is daardoor groot dat je beide overheden op een gelijke manier bekijkt, maar dat is onterecht. De waterschappen en provincies zijn zeer verschillende overheden, met verschillende taken en een geheel ander karakter. Dat vraagt voor het waterschap een ander soort bestuurders en andere verkiezingen."

"In een land dat voor een belangrijk deel onder de zeespiegel ligt, is goed waterbeheer van essentieel belang. Daarom is het waterbeheer ondergebracht bij een aparte, uitvoerende overheid, de waterschappen. Weg uit de politieke arena, waardoor de waterschappen niet voor de keuze staat of zij moeten investeren in dijkbeheer, bibliotheken of jeugdzorg. Door de eigen belastingen zijn de waterschappen ook financieel onafhankelijk van Rijk, provincie en gemeente. Deze wijze van waterbeheer wordt nationaal en internationaal hoog aangeslagen en veelvuldig geprezen."

"Waterschappen hebben een beperkte en uitvoerende taak, water keren, beheren en zuiveren. Daarbij bestaan er geen liberale, socialistische of christendemocratische dijken, alleen maar veilige dijken. In het waterschapsbestuur wordt er dan ook nauwelijks besloten op basis van politiek-ideologische uitgangspunten, maar op basis van praktische zaken. Dat vraagt om praktische bestuurders. De waterschappen geven jaarlijks ongeveer drie miljard euro uit en daarop moet een bestuurlijke controle staan. De provincies kennen een representatieve democratie en de waterschappen een waarborgdemocratie, zoals de Raad voor het Openbaar Bestuur het noemt. Het waterschapsbestuur moet vooral waarborgen dat de werkzaamheden doelgericht en kostenefficiƫnt worden uitgevoerd en dat vraagt andere verkiezingen."