De ondergelopen Eendrachtpolder met de telefoonpalen lang de weg naar Zeeburg.
De ondergelopen Eendrachtpolder met de telefoonpalen lang de weg naar Zeeburg. Foto: Archief Gelein Jansen

Rennen voor het

kolkende water als

de dijk het begeeft

De Eendrachtpolder op Texel was één van de gebieden in Nederland waar zeventig jaar geleden op 1 februari 1953 tijdens de Watersnoodramp de dijken het begaven. De dijkdoorbraak kostte zes Texelaars het leven. Zij waren in De Eendrachtpolder aan het werk om de geteisterde dijk te behouden en betaalden de inzet met hun leven.

Al zeventig jaar liggen ze naast elkaar op het kerkhof bij de kerk van De Waal: Redmer IJska, Willem Dijker, Jan Koopman, Wieger Bernhardus en Siebren Walsweer. Samen met Dirk Kuip uit De Koog gaan de mannen in de vroege ochtend van zondag 1 februari 1953 naar polder De Eendracht om die - midden in een zware noordwesterstorm - te beschermen tegen het extreem hoge water in de Waddenzee. De zes betalen hun inzet met de hoogste prijs en worden zes van de 1836 mensen die landelijk als gevolg van de Watersnoodramp in 1953 om het leven komen. In grote delen van Zeeland, West-Brabant en op Texel breken in de nacht van 31 januari op 1 februari de dijken als gevolg van de zware storm in combinatie met springtij. Een ramp die technisch gezien inmiddels zeventig jaar oud is, maar nog immer actueel is als waarschuwing om de kracht van het water nooit te onderschatten.

Water blijft stijgen

De eerste signalen dat er 'wat te gebeuren staat', doen zich op Texel voor op zaterdagavond 31 januari rond 18:00 uur. Dijkopzichter Van Hoorn van waterschap de Dertig Gemeenschappelijke Polders op Texel neemt poolshoogte bij de dijk van de Eendrachtpolder en ziet dat het water stijgt, terwijl het eigenlijk zou moeten gaan zakken. Het verontrust hem, vooral omdat de Waddendijk langs de 247 hectare grote polder niet in al te beste staat is. De eigenaren van de dijk hebben daar weinig aandacht aan besteed. De dijk is dan ook nog een stuk lager dan tegenwoordig. In de polder - aangelegd in 1846 - bevinden zich op dat moment de boerderijen Zeeburg en Irene en er staan een paar arbeiderswoningen. Irene wordt bewoond door de familie Rutten, Zeeburg door de familie Van Strien en in de arbeiderswoningen wonen de families Bekker en Schaatsenberg.

Rond 19:00 uur ziet opzichter Van Hoorn dat het water in de Waddenzee nog steeds stijgt. Hij waarschuwt een groep Texelse mannen die gezamenlijk het zogeheten dijkleger vormen dat in geval van nood te hulp kan worden geroepen. Om 20:00 uur is een groep van dertien mannen, gewapend met schoppen, aanwezig bij de dijk van De Eendracht. In de loop van de avond volgen meer mannen. Te midden van de storm wordt in het donker hard gewerkt om de belaagde dijk tegen het water te beschermen. De storm neemt intussen in kracht toe en verandert van west naar noord-noordwest, waardoor de deining in de Waddenzee toeneemt.

Het wordt ook spannend op andere plekken langs de oostkust van het eiland. De dijk nabij Oosterend (Oostersluis) heeft het zwaar te verduren en het water komt onder de afgesloten coupure bij de haven van Oudeschild door. Bij het gemaal van De Schans nabij Oudeschild wil één van de sluisdeuren niet meer dicht als gevolg van het gestegen water en de storm. Even dreigt hier op zaterdagavond al een gat in de dijk te worden geslagen, totdat aannemer Kees Drijver op het idee komt om stukken oude spoorrails (van een treintje dat in de jaren veertig op Texel heeft gereden) als vlechtwerk bij de sluisdeur neer te zetten. Het werkt: zandzakken spoelen niet meer weg, maar blijven door rails op hun plek liggen. Bij de balken die de coupure afsluiten, worden eveneens zandzakken neergelegd om het water tegen te houden. Een hoop Texelaars zijn in weer en wind bezig de zakken te vullen. De haven staat intussen volledig onder water. Kisten drijven in de rondte en er ontstaat schade. Aan de Noordzeekant gaat als gevolg van de zware storm bij Kogerstrand een paviljoen van de familie Kikkert van Vredestein verloren, er slaat duin weg tussen Den Hoorn en paal 12, er is kustafslag bij de vuurtoren en nabij Vlieland loopt de Duitse tanker Oder aan de grond.

Situatie verslechtert

De Texelaars die bezig zijn om de dijk bij De Eendracht te redden, hebben een slechte nacht voor de boeg. De situatie verslechtert snel. Tussen 1:00 en 2:00 uur slaan de eerste golven over de dijk. Rond die tijd beginnen de eerste voorbereidingen om Zeeburg en Irene te evacueren. Dat zal uiteindelijk om 5:00 uur in de vroege ochtend gebeuren. Rentmeester Piet Swama van De Eendracht gaat langs bij De Halm - waar familie van Van Strien woont - om hulp te vragen. Jos Moens en Geertje Oosterhof - op dat moment in dienst op De Halm - halen met een vrachtauto een dekzeil op bij de smederij van Dros en rijden naar Zeeburg om hulp te bieden. Zij zien daar in de nacht het water over de dijk slaan. Bij de schuur achter Zeeburg staan al de nodige plassen water op het land. Ze helpen mee om Jan en Corry van Strien en hun jonge kinderen Thea, Ria en Jan te evacueren. De kinderen worden midden in de nacht uit bed gehaald. Zo snel als het gaat, worden er kleding, linnen en andere goederen in de vrachtauto gegooid. Achter de vrachtwagen worden een paar koeien gebonden, zodat die mee naar De Halm kunnen gaan waar de familie Van Strien wordt opgevangen. Vader Jan van Strien blijft in eerste instantie achter bij de boerderij, terwijl de rest van de familie de bedreigde polder verlaat. Hij kan later mede dankzij de telefoonpalen langs de weg bijtijds wegkomen uit het gebied. De familie Rutten is tegelijkertijd bezig met de evacuatie van Irene en het in veiligheid brengen van vee. Een deel gaat bijtijds de polder uit, een deel zal uiteindelijk toch verdrinken. Op het moment dat in De Eendracht de voorbereidingen voor de evacuatie bezig zijn, breken in Zeeland de eerste dijken. Dat nieuws wordt pas later bekend, de landelijke radio (op dat moment dé nieuwsbron) is niet in de lucht. Die is standaard als altijd stipt om 0:00 uur gestopt, ondanks smeekbedes van bestuurders om in vredesnaam door te gaan met uitzenden als gevolg van de dreigende ramp. Vanuit De Koog en De Waal vertrekken in de vroege ochtend twee bussen van TESO naar polder De Eendracht om te helpen bij het versterken van de dijk. De sfeer in de bussen is vrolijk, totdat de mannen aankomen bij de polder en zien dat het menens is. Een van de bussen rijdt door naar Zeeburg, zodat de inzittenden daar kunnen helpen bij de dijk. Het pijnlijke is - achteraf bekeken - dat de boerderijen op dat moment al zijn geëvacueerd en dat er eigenlijk geen directe noodzaak meer is om de polder nog te beschermen. Het is levensgevaarlijk om naar de belaagde en doorweekte dijk te gaan, maar daar is in de vroege ochtend geen oog voor. Er is geen leiding en geen coördinatie; iedereen is erop gebrand om de dijk en de polder te behouden en doet wat er kan in alle hectiek die er op dat moment heerst.

En dan gaat het mis. Volgens de ene lezing om 10:00 uur, volgens de andere om 8:15 uur, begeeft de dijk van De Eendracht het. Over een lengte van 120 meter stroomt het water van de Waddenzee met kolkende kracht de polder in. De mannen die op de dijk aan het werk zijn, zien dat het mis is als wachtmeester Tromp met een rode zakdoek op het erf van Zeeburg staat te zwaaien. Overal beginnen mannen te rennen om het vege lijf te redden. Het gat in de dijk wordt snel groter, waardoor de polder razendsnel volloopt. Dankzij telefoonpalen langs de weg kunnen de mannen in het stijgende water ieder geval nog zien waar de weg moet lopen. De kracht van het water is zo sterk dat de bus van TESO, die terugrijdt, van de weg wordt geduwd. Tromp raakt zijn motorfiets kwijt in het stromende water. Mensen die veilig op de Eierlandsche dijk staan, zien een rampzalig tafereel voor hun ogen voltrekken. Diverse mensen worden vanaf de dijk gered met behulp van een touw dat Piet Smit op een wagen ziet liggen. Met behulp van het touw wordt een menselijke keten gevormd. Diverse Texelaars worden gered uit het water, onder wie Cor de Wolf, die later met zijn broer Ko de Wolf veel van de historie van de ramp vastlegt. Er heerst paniek en er is grote onzekerheid over wie er in de ondergelopen polder is achtergebleven. Later op de dag worden de namen van de zes verdronken Texelaars bekend. De verslagenheid is groot: vijf mannen uit De Waal en één uit De Koog zijn om het leven gekomen. Texel is in rouw en vooral in De Waal is de impact enorm. 

Mannen op de belaagde dijk wisten niet dat Zeeburg en Irene al ontruimd waren

Het Noorden

Kort na de dijkdoorbraak in De Eendracht is het spannend of polder Het Noorden, die grenst aan De Eendracht, behouden blijft. Er wordt rekening gehouden met een volgende evacuatie. Boeren op het eiland maken ruimte op hun bedrijven om dieren uit Het Noorden op te kunnen vangen en de gemeente zet twintig auto's klaar langs de dijk om de zeventig bewoners uit de polder weg te kunnen halen. Het gaat uiteindelijk allemaal goed. In De Eendracht is het puinruimen. Bijna een maand lang wordt er gewerkt aan het herstel van de weggeslagen dijk. Leerlingen van de landbouwschool helpen om Zeeburg en Irene schoon te maken. Op een gegeven moment wordt er weer geboerd, maar het land is langere tijd slecht te bewerken als gevolg van het zoute water. Op vrijdag 13 februari brengen koningin Juliana en prins Bernhard een bezoek aan Texel. Er wordt gesproken met nabestaanden, het koninklijk paar bekijkt de plekken waar het penibel was en bezoekt De Eendracht. 

De Watersnoodramp vormt het begin van de Deltawerken en het veiliger maken van de dijken. Voor het zover is, is het nog een paar keer kantje boord. Op donderdag 23 december 1954 wordt De Eendracht tijdens een zware storm opnieuw ontruimd en op 3 januari 1976 kruipt heel Texel door het oog van de naald als het water van de Waddenzee aan de kruin van de dijk staat. Het leidt tot de grote demonstratie van ruim 1.100 Texelaars en vijftig schapen op het Binnenhof in Den Haag op 27 januari 1976. De regering krijgt een petitie aangeboden, voorzien van bijna zevenduizend handtekeningen, met de boodschap om sneller dan gepland de dijken te verhogen. Dat wordt uiteindelijk 1981 in plaats van 1985, gevolgd door de nieuwe dijkversterking van een paar jaar geleden.

Sinds september 2020 staat er in De Eendracht een paaltje op de plek waar zeventig jaar geleden de dijk het begaf. Met behulp van een smartphone kunnen voorbijgangers daar nu meer lezen over de ramp. Museum Waelstee in De Waal beschikt sinds 2018 over een film waarin diverse Texelaars over de ramp aan het woord komen. De zes Texelaars worden tijdens de herdenkingen immer genoemd. Of zoals een bestuurder van Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier het een keer treffend zei: "De zes zijn niet vergeten en zorgen er vandaag de dag nog steeds voor dat de dijken goed zijn en beschermen tegen het water."

Jeroen van Hattum

De belaagde dijk van De Eendracht.
De TESO die naast de weg is geraakt door het stromende water.
Bezoek van koningin Juliana en prins Bernhard aan De Eendracht.