Afbeelding
Foto: Eva Groot

Watercrassula te lijf in kreken Dorpzicht

“Doel van de aanleg van de kreken in Dorpzicht was het creëren van een aantrekkelijke en waterrijk leefgebied voor bijzondere flora en fauna”, vertelt boswachter Thomas van der Es van Staatsbosbeheer. Maar donkere wolken pakten zich samen boven het project aan de Stengweg, toen in één van de pasgegraven kreken anderhalf jaar geleden watercrassula ontdekt werd. 

Aanslag op de biodiversiteit

Watercrassula komt oorspronkelijk uit Australië, werd in West-Europa verkocht als aquarium- en vijverplant en is hier benoemd tot ‘invasieve exoot’: de stikstofminnende waterplant verdringt inheemse soorten: een aanslag op de biodiversiteit. Zo ook in natuurgebied Dorpzicht. “Het net aangelegde pioniersgebied moest een aantrekkelijke plek worden voor bijvoorbeeld de grutto, waarvan hier jaarlijks zo’n dertig paren broeden, en weidevogels als de tureluur en scholekster. Na de vondst van watercrassula moest het gebied over de kop voor de bestrijding van de plant. Zonde van de investering in natuurontwikkeling.”

Schelpenpakket

Terwijl in de nazomer van 2022 de werkzaamheden gaande waren om de kreek met een uitgebreide besmetting te dempen, werd in de kreek bij het vogelkijkscherm een nieuwe watercrassula-'haard' ontdekt. Om de plant niet verder te laten woekeren, zou ook hier dichtschuiven met schone grond de meest efficiënte uitvoeringsvorm zijn. Verlies van nog meer water, was echter niet gewenst: dat zou verder afbreuk doen aan het doel van de aanleg van het gebied. Op advies van experts en met ondersteuning van de provincie Noord-Holland is daarom in de plas bij het Vogelkijkscherm een proef gedaan om de watercrassula te verdringen door een schelpenpakket aan te brengen. Eind 2022 is langs de oever een laag schelpen aangebracht van 50 à 60 centimeter dik. “Zo krijgt de plant geen licht en ruimte meer om te groeien. De schelpen zorgen bovendien voor extra kalk in het water, waardoor de watercrassula minder goed gedijt. In de natuurgebieden Utopia en het Wagejot hebben schelpeneilanden zich op een ander vlak al succesvol bewezen: ze bieden broedgelegenheid aan onder meer visdiefjes, kluten en bontbekplevieren.”

Ongunstige omstandigheden

Staatsbosbeheer kijkt nu hoe het gebied zich onder de nieuwe omstandigheden zo optimaal mogelijk kan ontwikkelen. “In deze tijd van het jaar staat het water hoog, maar in het voorjaar en de zomer is het waarschijnlijk droger. De uitdaging is om te zorgen dat er in juli, wanneer de watercrassula begint te groeien, geen omstandigheden ontstaan waardoor de plant om zich heen kan grijpen”, aldus Van der Es. “Hiervoor is het van belang dat het waterniveau in de kreek aan blijft sluiten bij het schelpenpakket. In het voorjaar en in de winter mag het water in het weidegebied best wat hoger staan, dat is goed voor de grondwaterstand en voor weidevogels. Later in het voorjaar en begin van de zomer moeten er geen grote stukken plas-dras ontstaan, omdat er dan een grotere kans is op hervestiging van watercrassula. Spannend, en bij succes kan deze aanpak op meer plaatsen worden uitgerold.”

Natuurlijke concurrenten

Momenteel zijn er op Texel, voor zover bekend bij Staatsbosbeheer, twee andere locaties waar watercrassula is aangetroffen: bij de Robbenjager en in de Mars. Bij de Robbenjager hanteert de gebiedseigenaar in overleg met experts een andere bestrijdingswijze: hier is de bedoeling dat inheemse concurrenten als riet en het zeldzame oeverkruid de overhand krijgen. Voor de aanpak voor de locatie de Mars wordt op korte termijn overlegd door de werkgroep ‘Watercrassula Texel’. Het poldertje Ceres, waar Staatsbosbeheer het water in 2019 dempte met zandige kleigrond naar aanleiding van een watercrassulabesmetting, is nog altijd vrij van de invasieve exoot. In het groeiseizoen van de plant vindt zes keer een monitoring plaats.

Samen ten strijde

Met alle beheerders, zoals het hoogheemraadschap, Natuurmomenten en de gemeente, wordt getracht middels ‘quick response’ elke nieuwe waarneming van watercrassula direct de kop in te drukken. “Zodat we niet met groot materiaal uit hoeven rukken, maar met een schepje te werk kunnen in kwetsbaar gebied”, aldus Van der Es. “Het is daarom belangrijk dat we elkaar goed weten te vinden. Momenteel zijn we, onder leiding van de provincie, met elkaar in gesprek. Gelukkig hamert ook gedeputeerde Esther Rommel op gezamenlijke bestrijding van watercrassula. Een voorlichtingscampagne voor particulieren moet hiervan eveneens onderdeel worden.”

Schelpen zorgen voor ongunstige omstandigheden
Afbeelding
Watercrassula in Dorpzicht.