Afbeelding
Foto: Job Schepers

Puber(t)aal

Jip en Janneke

Kind, zei de moe van Rosalind,

als jij het thuis niet prettig vindt,

als jij blijft zaniken en blijft morren,

als jij blijft luieren en blijft knorren,

als jij blijft mokken en kniezen en zeuren,

dan zal er nog wel eens iets met je gebeuren!

Wat zal er gebeuren? vroeg Rosalind.

Dat zal ik je zeggen, zei moeder: Kind,

Dan komt de vogel Bisbisbis

waar iedereen zo bang voor is.” 


Ondanks dat Annie M.G. Schmidt een jeugdschrijfster is, of misschien kan ik beter stellen: omdat Annie een jeugdschrijfster is, ben ik groot fan van haar. Als iemand iets heeft bijgedragen aan de Nederlandse literatuur, is zij het wel. Haar poëzie is prachtig, haar verhalen zijn herkenbaar en grappig. 


Vorig schooljaar kwam dan ook het idee in mij op om een project over jeugdliteratuur te maken. Ik deed een oproepje om zoveel mogelijk werk van Annie M.G. te verzamelen. Zelf vond ik via internet een aantal unieke exemplaren met mooie illustraties, denk aan: Het beest met de achternaam. Ook mijn lieve collega Hans de Beurs nam het verzoek serieus, struinde zijn eigen verzameling af en bezocht kringloopwinkels. Met als resultaat een paar weken later: een tas vol werk van Annie M.G. Schmidt. Al deze werken pronken nu in mijn lokaal van de OSG. Van Pluk van de Petteflet tot Uit met juffrouw Knoops en van gedichtenbundels tot Jip en Janneke. We zijn er in de lessen nog niet mee bezig geweest, dat komt later nog. Toch wekken deze kinderboeken de interesse van de pubers. Afgelopen week kreeg ik het verzoek of ik misschien een verhaaltje wilde voorlezen uit Jip en Janneke. Hij vroeg het met grote puppy-ogen en zat aan mijn bureau, deze jongen uit klas 3. Hoe kan ik dat nou weigeren? Wel twee voorwaarden: er wordt de hele les goed gewerkt en hij zocht het verhaaltje uit. 


Binnen enkele minuten was de keuze gemaakt, een verhaaltje over een gemene Jip die op een warme zomerdag naast zijn vriendinnetje Janneke ook de poes Siepie wil natspuiten met de tuinslang. Er werd goed gewerkt, dus ik las voor. Inclusief wisselend volume, passende intonatie en stemmetjes, zoals dat bij voorlezen hoort. Alleen niet voor een groep kleuters, maar voor een hok vol 15-jarigen. Ze luisterden aandachtig, barstten in lachen uit toen het verhaal over de natte poes ging (pubers, hormonen, gewoon laten gaan…) en ik vooral gewoon stug door las. Aan het einde van het verhaal was Siepie boos en verontwaardigd tegenover Jip. Terecht, een poes wil niet natgespoten worden. 


Zij was niet de enige die verontwaardigd was. Het bleek inmiddels bijna pauze en vier leerlingen uit klas vier stonden in de deuropening mee te luisteren. Waar ik nog twijfelde hoe leuk klas 3 Jip en Janneke nou écht zou vinden, kreeg ik van het viertal alleen de vraag: “ja hee mevrouw, hoezo leest u deze klas wél voor uit Jip en Janneke en deed u dat vorig jaar niet bij óns?” 


Ze zijn zo lief he. 


Marlieke Daals

Docente Nederlands, OSG De Hogeberg