Afbeelding
Foto:

Randverschijnselen

Een tweede kans


Mijn auto, een grijsblauwe Citroën Picasso uit 2005, door mij liefkozend gedoopt tot ‘de zetpil’, kreeg een tweede kans. Al tijden stond ‘ie zonder eigenaar bij de garage. Stuurloos, nutteloos, verveeld. Tot daar afgelopen augustus Eva was. Ze had met spoed een auto nodig: niet te klein (want drie kinderen en veel zooi), niet te duur (om uiteenlopende redenen), niet te netjes (om rijtalent-technische redenen).


Enige overeenkomsten met de weg naar mijn nieuwe carrière, zijn niet te missen: terug naar het nieuws was een niet eens zo lang gekoesterde wens, en eigenlijk ook niet nodig. Maar wel ontzettend welkom. Het team was compleet. Ik en mijn auto, mijn auto en ik. De verwachtingen? Tórenhoog! Met als valkuil dat we teveel van elkaar zouden verwachten. Maar verdórie, in het afgelopen halfjaar zijn die verwachtingen ruimschoots waargemaakt. Als die auto nou een metafoor mag zijn voor mijn nieuwe loopbaan, dan zie ik de komende tijd met vertrouwen tegemoet.


Over de richting van de krant schreef Job onlangs: “Dat betekent niet dat er nooit iets fout gaat en er is zeker ruimte voor verbetering.” Ik kan niet anders dan me daarbij aansluiten. Vooralsnog zijn op het gebied van m’n Picasso kleine gebreken aan het licht gekomen. Er hangt van alles los. Steekjes, achterlichtjes, dashboardonderdelen. Ducttape’je hier, ducttape’je daar. Het deurslot draait bij tijd en wijle gezellig met de sleutel mee. Kom ik via links niet binnen, dan probeer ik het via rechts. De linker richtingaanwijzer heeft een eigen ritme. Het uitklaptafeltje achter de bestuurdersstoel is door een driftige peuter ontwricht. De achterklep wil negen van de tien keer niet open. Dan duvel ik de boodschappen via de achterbank naar binnen. Of de kinderen door het raam. Kortom: ook als het niet makkelijk is of via de gebaande paden kan, is er een weg.


Die instelling hoop ik in m’n carrière als redacteur voor de Texelse Courant voort te kunnen zetten. De eerste week was wat onwennig, maar rijden in een automaat heb ik me ook rap eigen kunnen maken. (Nu schijnt van automaat terug naar schakelauto lastiger te zijn, maar dat laten we voor het gemak even achterwege - ik ben immers niet van plan weer af te schakelen richting de gemeente). En blíj dat ik ben! Wat een vrijheid. Zo voelt het ook achter m’n nieuwe bureautje.


Job vertelde mij dat hij door zijn compagnon gestuurd was richting een nieuwe auto. Want met een oude, versleten wagen bij klanten op bezoek, dat kan toch niet. 


Nou, als mijn prachtige staaltje grijsblauwe kunst naar je toekomt voor een interview, advertorial of foto, weet dan: kwaliteit en degelijkheid zitten niet per se aan de buitenkant. Net als de drive om nog vele kilometers te maken.


Eva

Afbeelding