Rick Drijver en Guido en Gerrit-Jan Betsema van Wad Dukers Texel bij hun gebouw op het terrein van de voormalige Asfaltmolen in Oudeschild.
Rick Drijver en Guido en Gerrit-Jan Betsema van Wad Dukers Texel bij hun gebouw op het terrein van de voormalige Asfaltmolen in Oudeschild. Foto: Gerard Timmerman

Open huis bij Wad Dukers Texel

Bij de Betsema’s stroomt het duikersbloed door de aderen. Jac, de nestor, Gerrit-Jan en Guido en ook Rick Drijver, de derde generatie, allemaal zijn ze besmet met het duikersvirus. 


De duikers hebben zich dit jaar verenigd in Wad Dukers Texel. Komende zaterdag op Open Monumentendag zetten ze van 11:00 tot 16:00 uur de deur wijd open van hun gebouw op het terrein van de Asfaltmolen op de haven van Oudeschild.

Geen familie die de bodem van de Waddenzee beter kent dan de Betsema’s. Al generaties dalen ze af naar de zeebodem om op wrakken te duiken. De verzameling spullen die zij in meer dan een halve eeuw hebben opgedoken is groot, maar de kennis over de wrakken die zij in meer dan een halve eeuw hebben opgebouwd is zo mogelijk nog omvangrijker.

Het hoort bij Texel

Een rijke archeologische verzameling die ze niet voor zichzelf willen houden en al helemaal niet voor de handel. Gerrit-Jan: “Jac is er ooit mee begonnen. Hij haalde veel spulletjes boven en ook wij inmiddels aardig wat. In het begin zoek je voor jezelf, maar daarna denk je: we moeten er iets mee. Het is niet van ons, het is ook niet van de Rijksdienst voor Archeologie, het is van iedereen. Maar vooral: het hoort bij Texel.”

Guido: “De eerste kruik die ik opdook was prachtig. Ik zette hem in de kast en keek er vaak naar. Maar bij nummer twee en drie werd dat anders. Ik dacht: dit hoort in een museum. Alleen dan wel met het verhaal er bij. Dan wordt het veel leuker.”

Gerrit-Jan: “Als wij een kruikje, bordje of ander voorwerp opduiken, is dat prachtig, maar dat is het dan. Maar als we de foto opsturen naar een archeoloog, dan vertellen zij het verhaal achter dat voorwerp. Dat maakt het zóveel interessanter. De spullen die op zo’n schip werden meegenomen, waarvoor het werd gebruikt en waar het naartoe ging. Ze gingen hier vandaan de hele wereld over.”

Schervenwrak

Verhalen te over. Zoals al die spullen die ze opdoken uit de in 1822 bij Texel vergane Pieter Anthony, beter bekend als het “Schervenwrak”. Voorwerpen uit dit wrak hebben de Betsema’s onder meer uitgeleend voor de tentoonstelling over het slavernijverleden in het Rijksmuseum. De jurk die ze uit het Palmhoutwrak opdoken heeft inmiddels wereldfaam verworven.

Toen de Betsema’s zich na vijf jaar niet meer thuis voelden bij Duikclub Texel, zijn ze met een groepje gelijkgestemden verder gegaan als Wad Dukers Texel. Ze houden hun eigen broek op en hebben als uitvalsbasis het oude peilgebouw van Rijkswaterstaat op de haven. Ze willen nadrukkelijk samenwerken.

Guido: “Waar mensen het kunnen bekijken zijn de spullen op de goeie plek. We hebben een prima samenwerking met Kaap Skil en Archeologie West-Friesland (AWF). We helpen bijvoorbeeld bij het lokaliseren en monitoren van bekende maar ook nieuwe wrakken. Hans Eelman zei: “Een wrak vergaat altijd twee keer.” De zeebodem verandert continu. Een wrak dat honderden jaren onder de grond heeft gelegen, kan zomaar bloot komen te liggen. Als je het niet afdekt spoelt het vanzelf weg en gaat waardevolle historische informatie verloren.”

Daar komen we op een lastig punt: regelgeving. Gerrit-Jan: “De wet zit ingewikkeld in elkaar, theorie en praktijk sluiten niet op elkaar aan. Wij weten ook niet wat er precies wel en niet mag. Ook daarom zijn we heel blij met Michiel Bartels (gemeentelijk archeoloog, verbonden aan AWF). Hij snapt ons, weet als archeoloog wat er voor het Texels maritiem erfgoed op het spel staat, welke belangen spelen en deelt dat met ons. Hij helpt ons, zoals wij hem helpen. Binnen de driehoek met Kaap Skil en AWF informeren we elkaar.”

Archeologie

Ze praten gepassioneerd over hun hobby. Net als steun en toeverlaat Annet van Boven, die vanuit interesse in archeologie betrokken raakte "Ik ben in een jongensboek gestapt. Het is spannend en de verhalen zijn prachtig. Heerlijk om een paar uur op het wad als wacht aan boord te zijn, terwijl de duikers onder water zijn.”

Andreas Wachtel is er op de open dag met op De Hors gevonden tastbaarheden en foto's van een neergestorte Lancaster.