Dick Drijver was de vierde generatie van de familie Drijver die duinboer was in de duinen bij Den Hoorn. Hier bij zijn schapen aan de Mokweg bij zijn geboortedorp.
Dick Drijver was de vierde generatie van de familie Drijver die duinboer was in de duinen bij Den Hoorn. Hier bij zijn schapen aan de Mokweg bij zijn geboortedorp. Foto: Archief Texelse Courant

Pleitbezorger Texelse landschap

"Een prachtig gebied, dat tussen m'n oren zit”, zei Dick Drijver over het duingebied bij Den Hoorn. Als kind kwam hij er met z'n vader die er duinboer was. "Een door God vergeten oord, waar je alleen over een paardenpaadje kwam. Er kwam nooit iemand.”

Het gebied van duinen en kwelders, ruwweg begrensd door de Mokbaai, De Geul en kampeerterrein Loodsmansuin. 140 hectare groot, maar hij kende het op zijn duimpje. Hij herinnerde zich dat zijn vader er op konijnen jaagde. Dat deed hij met fretten, die hij een konijnenhol in stuurde, met de bedoeling het konijn er uit te jagen. Een leuke bijverdienste. Toen zijn vader hem als jochie alleen op pad stuurde, beschreef hij de route: “Je moet die hôge nôlle over, dan hei je deer die binneduunrand en wat opzee d’r van hei je een kom”, etc. etc. Dick vond het feilloos.

Voorrecht

De eerste indrukken van toen in dat duingebied raakte hij nooit meer kwijt. Ze waren bepalend voor zijn gevoelens en ideeën over de natuur en de rol van de mens daarin, die hij later ontwikkelde. “Ik heb het altijd als een voorrecht beschouwd dat ik gebruik mocht maken van dat gebied.” 

Het weiden van schapen in de duinen was een familietraditie die hij, de vierde generatie duinboer, voortzette. Als eerbetoon aan de Drijvers als duinboer besloot Staatsbosbeheer in 2002  het pad vanaf de Mokweg door de duinen het "Paadje van Drijver" te noemen. "De laatste der Mohicanen", noemde SBB Dick toen. Hij plaatste het naambord samen met zijn kleinzoon Jesper Duinker. 

Ooi verwenteld

Het werk van duinboer is arbeidsintensief. Zeker als dieren zich in dat uitgestrekte duingebied afzonderden en moesten worden opgespoord. In het ergste geval eentje, want die zou wel ergens op z’n rug kunnen liggen. “Een keer was een drachtige ooi negen dagen zoek. Toen ze hem vonden lag het verwenteld. Al zó lang, dat het gras er onder geel was. Maar de ooi leefde nog." Zijn vader bracht het op een karretje naar Den Hoorn, waar het dier werd opgekalefaterd. Dat lukte wonderwel. "De ooi bracht zes weken later twee gezonde lammeren ter wereld.”

Dick vertelde de anekdote tijdens de opening van de Hoornder Schapendag in 2014. En ook hoe hij als jongen zijn opa vergezelde op diens lange tochten. Zo bouwde hij een conditie op waar hij later als sportman veel profijt van had. Zoals de schapen, is volgens Drijver ook de duinboer: sober, schraal en gezond.

Heimwee

Al op zijn dertiende verliet hij het eiland. Er was hier in die jaren geen hbs. Hij ging naar het Kennemer Lyceum in Overveen bij Bloemendaal. Hij ging daar ook in de kost. Alles was er héél anders dan op Texel en hij had last van heimwee. Hij was een talentvol voetballer en mocht hij op voetbal bij de Koninklijke HFC in Heemstede. Daar kon hij als linkshalf zijn energie kwijt, een welkome uitlaatklep.

Jeugd in de duinen bepalend voor gevoelens en ideeën over de natuur en rol van de mens

Voetbal

Na de middelbare school keerde Dick terug naar Texel en deed hij onder meer de kweekschool in Den Helder. In 1957 trouwde hij met Nel Agter en gingen ze in Hoofddorp wonen. Daardoor kon hij weer gaan voetballen bij HFC in Heemstede. Het elftal waarin hij toen speelde, streed in 1961 met drie andere clubs om het kampioenschap van Nederland bij de amateurs. Later ging hij werken op een school in Maarssen in de provincie Utrecht. In 1966 werd Dick onderwijzer op de Drijverschool in Den Hoorn, waar ook Nel voor de klas kwam te staan. Hij 11, zij 8,5 jaar. 

Dick en Nel bewaarden goede herinneringen aan de school. Bij het 50-jarig jubileum in 2006 noemden ze het “een goede school met heel brave kinderen”. De natuur ("plant- en dierkunde") betrok hij nadrukkelijk  in zijn lessen, hij wist zijn kennis op aanstekelijke wijze over te dragen op de leerlingen. 

Het onderwijzersechtpaar had vier kinderen: Peter, Wim, Marjette en Dirk-Jacob.

Trainer

Dick ging weer voetballen bij zijn oude club ZDH en was daar van 1966 tot 1977 voetbaltrainer, van de jeugd en de senioren. Zo bracht hij menig jochie uit Den Hoorn en omstreken de eerste beginselen van het voetbal bij. Ook een fanatiek schaatser. Zo deed hij twee keer mee aan de Elfstedentocht, in 1985 en 1986, de laatste keer samen met zijn jongste zoon Dirk.

Over de natuur leerde hij veel van zijn vader en grootvader. En van zijn achteroom Jan Drijver, de vogelkenner naar wie de school in Den Hoorn was vernoemd. Zo kwam het dat Dick in zijn lessen ook extra aandacht besteedde aan de natuur. Hij wist er veel van, ook over vogels. Al lesgevend zag hij op een dag een vogel die hij niet kon thuisbrengen. Hij wilde het perse weten en haalde er een boswachter bij. Het bleek om een kleine klauwier te gaan, die heel zeldzaam was.

Schapenbedrijf

Toen hij voelde dat de motivatie voor het onderwijswerk minder werd, stopte hij in 1979 met lesgeven, trad in de voetsporen van zijn vader, nam het schapenbedrijf over en teelde een poosje bollen.

Later ging hij, naast de schapen, parttime bij de gemeente aan het werk, op de afdeling Financiën en onderwijs. In 1994 ging hij met vervroegd pensioen. Hij raakte geïnteresseerd in de lokale politiek en betrokken bij Texels Belang. Hij was daar onder meer penningmeester, secretaris en fractievoorzitter in de gemeenteraad. Zo kwam hij ook in aanraking met Texelse natuurorganisaties, waar werd gesproken over het beheer van de natuur. 

Respect voor natuur

Hij zei daarover: “Van de zijde van de organisaties werd in die tijd vaak gestreefd naar een absolute bescherming van de natuur door bijvoorbeeld gebieden af te sluiten voor mensen. Ik vond dat dit anders moest en was voor meer toegankelijkheid met respect voor de natuur. Voor beleving dus en niet als toeschouwer op afstand.”

Hij hechtte grote waarde aan de verbondenheid tussen mens en omgeving en beschouwde die als “bondgenoten in wederzijdse belangen”. Daarvoor introduceerde hij het begrip “kleinschalig historisch medegebruik”. Dat werd vastgelegd in een internationaal verdrag voor de Waddenzee en in landelijke en Europese regelgeving kwam. Dankzij die inzet wordt voorkomen dat gebruiken die op het eilanden normaal zijn (zoals jutten, zwemmen in zee of het plukken van bramen in de natuur) verloren gaan in wet- en regelgeving.

De Lieuw

In 1998 richtte hij de vereniging voor natuur- en landschapsbeheer De Lieuw op, met als doel het stimuleren van agrarisch natuurbeheer. Dit onder meer door het opzetten van systeem van vergoedingen voor boeren, zoals voor weidevogels.

Texelse kernwaarden

Ook zette hij zich in voor behoud van het Texelse landschap en het unieke karakter daarvan. Dat vertaalde zich onder meer in de Texelse kernwaarden, die nu als toetsingskader voor nieuw beleid en ontwikkelingen op het eiland gelden. Tot Drijvers tevredenheid werden de Texel Principes op afstand gehouden. Als lid van de Stichting Kernwaarden toonde hij zich een kritisch volger van ontwikkelingen. Als hij ergens voor ging, gaf hij niet zomaar op en beet zich vast in zaken. Het leverde hem de bijnaam “Dick Doordrijver” op.

Monumentencommissie

Hij was ook actief in de Monumentencommissie. Hij ijverde er onder meer voor om zaken niet los van elkaar te zien, maar in samenhang te bekijken. Lid van de Stichting Natuur & Mens. Vanuit die positie zat hij ook in de adviescommissie voor Nationaal Park Duinen van Texel. Hij was ook lid van de Stichting Hartversterkend. In die laatste rol ijverde hij vergeefs voor de bouw van woningen aan de Burgwal, tussen het oude postkantoor en de kerkmuur, als onderdeel van de herinrichting van het centrum.

Tessels dialect

Hij sprak graag in Tessels dialect en grossierde in bijzondere anekdotes. Zoals tijdens “Echt op sien Tessels 2019". Op theatrale wijze bracht hij een eerbetoon aan dorpsomroeper Willem Jonker, bijgenaamd “Suutekoek”. Met hilarische anekdotes over de jutterij en voetbalclub ZDH, waar Suutekoek zich met hart en ziel voor inzette en uitgroeide tot wel "de meest partijdige grensrechter". Ook de bel die Jonker als dorpsomroeper luidde, klonk bij die gelegenheid weer.

Voor zijn maatschappelijke inzet werd hij in 2005 benoemd tot Lid in de Orde van Oranje Nassau. In augustus 2021 werd hij onderscheiden met de Erepenning van de gemeente Texel.

Hij droeg de onderscheiding op aan zijn overleden vrouw Nel en kinderen. Ook betrok hij zijn in 1982 verongelukte zoon Peter in het eerbetoon.

Dick Drijver overleed woensdag. Hij is 87 jaar geworden


Gerard Timmerman

Beeld van Dick Drijver met zijn schapen in de duinen.