1994: Landbouwvoorlichter Jan Koolhof monstert een landbouwperceel. 2022: Een akker jonge suikerbietenplantjes.
1994: Landbouwvoorlichter Jan Koolhof monstert een landbouwperceel. 2022: Een akker jonge suikerbietenplantjes.

60 jaar onvermoeibare vraagbaak landbouw

Een memorabel jaar voor Jan Koolhof (82). In 1969 ging hij op Texel aan de slag als landbouwvoorlichter. Toen werkte hij al zeven jaar bij de landbouwvoorlichting in Noord-Holland, waar hij in 1962 begon. Op papier is Jan al geruime tijd met pensioen, maar in de praktijk is dat er nooit van gekomen. Zestig jaar na dato verricht hij als adviseur nog allerlei hand- en spandiensten voor meerdere landbouwers, zoals het invullen van formulieren voor de mei-telling. Hoe lang nog Jan? "Zolang ze denkend dat ze nog wat aan me hebben." Ook als correspondent Landbouw onvermoeibaar, getuige dit verslag. 


De meeste agrariĆ«rs zaten te wachten op een buitje regenwater. Voor velen kwam het regenwater nog op tijd om nauwelijks groeivertraging te krijgen van de gewassen. Daar waar de zaden van granen, suikerbieten, erwten en bonen op een vast ondergrond in het zaaibed waren gezaaid kwamen ze regelmatig op. Anders was het daar waar de zaden in een los zaaibed werden gebracht. Dan was de opkomst wisselend. De zaden liggen in een te droog zaadbed en gaan nu na de regen kiemen en zullen als plant boven het maaiveld uit komen. Zaaien en poten op een vaste ondergrond is belangrijk om een goede en regelmatige opkomst te krijgen van de gewassen. De capillaire werking van het water vanuit de ondergrond zorgt er voor dat er dan voldoende water is om het zaad te laten kiemen. De lage temperaturen zorgden er wel voor dat de groei trager was dan in een voorjaar met hogere temperaturen. 

Maaien .

Het maaien van gras was later dan in voorgaande jaren. De hoofdoorzaak van de tragere groei lag bij de lage dagtemperaturen. Gevolg is dat de droge stof opbrengsten per ha lager waren dan gehoopt. Gemiddeld genomen komt de grasmat na het maaien en ruimen van het gras groen in beeld en is niet wit na een zware snede geoogst gras. Nu er regen valt zal de hergroei van het gras na een bemesting en hogere buiten temperaturen snel op gang komen en er weer geoogst kan worden voor de wintervoorraad.

Gunstig is het weer van de laatste week voor de opkomst en groei van onkruidplanten. Gezien de ervaringen vanuit voorgaande jaren is het bekend dat er niet altijd alert wordt gereageerd op de onkruidbestrijding na regen in suikerbieten en mais. Soms staat er veel te veel onkruid in een cultuurgewas. Bij mais is veelal hanepoot dat als warmtekiemer zich later laat zien en daarna de maisplanten in groei beperken. Het resultaat is dan dat het teveel aan onkruid In een gewas licht, water en voedingsstoffen neemt dat bestemd was voor het gewas. Dit betekent een beperking in de opbrengstmogelijkheden. Ook een slordig gezicht voor mensen die graag een gewas zien met weinig tot geen onkruid.

Redelijk op tijd valt er regenwater voor de groei van de bloembollen voor goede bol opbrengsten. Door het koelere weer van de laatste maand bleven bladziekten uit en staan de bloembollen er goed voor om goede opbrengsten te geven. Daarbij hoort dat de prijzen voor afzet van de bollen positief zijn te noemen. In enkele graszaadpercelen kwamen droogteverschijnselen. Na de regen hoort dit voorlopig tot het verleden. Wel kan de gevallen hoeveelheid water snel op zijn met veel zonneschijn en wind. Per dag wordt er tussen 4 en 6 mm water opgenomen door het graszaad.

Akkerranden

Langs veel percelen bouwland zien we nog stroken braak liggen. De bedoeling is dat deze randen ingezaaid gaan worden met een agrarisch natuurmengsel. Dit mengsel bevat verschillend zaden van planten die bloemen laten zien in de zomerperiode. Allerlei Insecten, bijen, hommels en meerdere soorten vogels kunnen hier voedingsstoffen vinden. Minder positief is dat ook de ongewenste ratten hierin goed leven.

Jan Koolhof