Gemeente en dorpscommissies gaan hun contacten verbeteren

De dorpscommissies en de gemeente gaan gezamenlijk werken aan de onderlinge contacten zodat ze elkaar beter kunnen vinden als dat nodig is.

Dat is de uitkomst van gesprekken die vertegenwoordigers van de dorpscommissies en het college hebben gehad. In de praktijk waren er een aantal pijnpunten ontstaan, omdat vertegenwoordigers van dorpscommissies soms niet wisten bij wie ze van de gemeente moesten aankloppen met vragen, waardoor het met antwoorden niet altijd goed kwam. Andersom was het aan gemeentezijde soms een vraagteken wie de vertegenwoordigers van een dorpscommissie waren en welke status er aan een vraag gegeven moest worden.  Volgens wethouder Remko van de Belt, die samen met gemeentesecretaris Eva van der Bruggen de gesprekken voerde, komen er gezamenlijke afspraken zodat gemeente en dorpscommissies elkaar tijdiger en adequater kunnen vinden en elkaar ook serieus nemen. Een paar medewerkers bij de gemeente worden vast aanspreekpunt voor de dorpscommissies, zodat vragen meteen aan de juiste persoon voorgelegd kunnen worden. 


De onderlinge afspraken worden verwoord in een convenant dat de gemeente voor de dorpscommissies opstelt. Wensen die zijn voortgekomen uit de onderlinge gesprekken worden daarin volgens het college verwerkt en daarna nogmaals voorgelegd aan de dorpscommissies. De inhoud van de convenanten kan volgens het college verschillen aan de hand van de doelstellingen, ambities en mogelijkheden die de dorpscommissies ieder voor zich hebben.