Schapenfokker Cees Commandeur was op jonge leeftijd al succesvol. Hier in 1967 met de Nederlands Kampioen, bij de Brabanthallen.
Schapenfokker Cees Commandeur was op jonge leeftijd al succesvol. Hier in 1967 met de Nederlands Kampioen, bij de Brabanthallen. Foto: Collectie familie Hin

Schapenfokker stond op voetstuk

"Fokken is ook een kwestie van combineren. Het stapelen van plussen en wegwerken van minnen. Sommige dingen zie je niet op een tentoonstelling, bijvoorbeeld vruchtbaarheid. Je moet goed naar het verleden kijken. Een goed geheugen is voorwaarde."

Schapenfokker Cees Commandeur had er een scherp oog voor en kon dieren die hij ooit had gezien, nadien goed voor de geest halen." Fokkerij was voor hem een passie en levenswerk tegelijk. Hij stelde zich meerdere fokdoelen: ontwikkeling, vruchtbaarheid, luxe en vooral levensduur. En dat allemaal in één dier.

"Cees was bepaald geen grijze muis", vertelt collegafokker en vriend Jaap Hin. "De fokkerij deed hij aanvankelijk met zijn vader (legendarische fokker C.J. Commandeur van Marico en later “Don Bosco”). Hij kreeg het met de paplepel ingegoten. Hij werkte een tijdje thuis, tot zijn broers Wim en Nico in het bedrijf kwamen. Toen is hij met zijn zus naar De Stolp in Den Hoorn gegaan. Hij had daar een gangbaar boerenbedrijf, met melkvee en schapen. En hij ging bij boeren langs om hoeven te bekappen en schapen te scheren."

"Cees had al jong een uitgesproken karakter. Dat botste wel eens met zijn vader. Met de kennis en ervaring die hij van huis uit meekreeg, is hij zijn eigen weg gegaan. En was daarin zeer succesvol. Nog steeds kunnen wij als fokkers van een afstand zien dat het een Commandeursschaap is. Hij fokte op functionaliteit, wat royale schapen en gaf wat toe op de luxe. Een brede rug, royale romp en mooi achterstel. Heel typerend. Er zat een bepaalde identiteit in zijn schapen. Die zag je ook terug in schapen van andere fokkers die materiaal van hem gebruikten. Nog steeds, in al die jaren dat hij schapen fokte, maakte hij nooit een andere keus. Zoals Piet Verberne en Kees Kikkert dat ook niet deden. Je herkende hun dieren. Tegenwoordig wordt het meer een eenheidsworst."

"Qua kwaliteit van zijn dieren stond Cees op een voetstuk. De Stolp gold een beetje als het Mekka voor schapenfokkers. Cees was ook een man met een uitgesproken mening, die hij niet onder stoelen of banken stak. Dat kon voor anderen wel eens confronterend zijn. Men accepteerde dat, hij genoot veel respect onder vakgenoten."

Succes dat ook bleek uit de enorme hoeveelheid prijzen die hij in de wacht sleepte met zijn schapen. En aan de grote vraag naar zijn dieren. In eigen land, hij exporteerde naar België en Luxemburg, maar ook - recent nog - naar Denemarken en Zweden, wat geen andere fokker voor elkaar kreeg.

Hin: "Cees beschikte over een enorm geheugen en had een soort encyclopedische kennis over schapen. Hij liep bijna elke keuring af, in binnen- en buitenland. We gingen regelmatig samen op pad. Als ik op een keuring kwam, had hij er al een ronde op zitten en vertelde hij mij welke hokken interessant waren. Hij was haantje de voorste, bij het uitladen had hij er al bovenop gestaan." Vaak van huis wist hij dat het bedrijf bij echtgenote Reintje in goede handen was. 

Cees was bepaald geen grijze muis

September vorig jaar, tijdens het Open Weekend van de Texelse schapenfokkers, presenteerde de Hoornder nog "een meer dan foutloze ram". Niet zijn woorden, maar die van de voorzitter van de Texelse schapenfokkers. Het leverde Commandeur de Bronzen Texelaar op, de wisseltrofee voor de beste anderhalfjarige ram.

Een tijd lang was hij namens de schapensector bestuurder van het toenmalige Landbouwschap, toen nog gestuurd door de overheid en een voorloper van LTO. Geen makkelijke functie, enerzijds overheidsdienaar, maar ook belangenbehartiger van de boeren. 

Op zijn oude dag en getekend door zijn ziekte was hij bepaald nog niet uit beeld. De belangstelling van collega’s en liefhebbers op zijn bedrijf was overweldigend. 

Hij voelde zijn einde naderen, maar was ook strijdvaardig. "Ze krijgen mij er niet onder", spotte hij. Over de voortzetting van zijn foklijn maakte hij zich geen enkele zorgen. Hij werkte al vele jaren samen met Henk Zoetelief, van de Eagles Ranch, met wie hij zijn visie op de schapenfokkerij deelde. 

Zoetelief: “Cees was een markante fokker. Elke keuring was hij er bij. Ook mijn mentor. Tijdens de lammerij was hij er zeven dagen in de week, tot zijn gezondheid het vorig jaar niet meer toeliet. Hij was enorm sterk en had veel wilskracht.”

Commandeur had er het volste vertrouwen in dat zijn nalatenschap aan de schapenfokkerij en de voortzetting van zijn foklijn bij Zoetelief in goede handen is.

Cees Commandeur overleed afgelopen maandag. Hij werd 76 jaar. 


Gerard Timmerman


Schapenfokker Cees Commandeur in september, toen hij met de beste anderhalfjarige ram de Bronzen Texelaar won.