Cor Zijm en Hans Bonewit pletten karton en papier in de Hoornder container.
Cor Zijm en Hans Bonewit pletten karton en papier in de Hoornder container. Foto: Gerard Timmerman

Elke dag papier proppen in de container in Den Hoorn

“Als wij niet proppen dan is de papiercontainer binnen de kortste keren vol”, vertelt Hans Bonewit. Een jaar of zeventien is hij met Cor Zijm dagelijks in de weer om, zoals als “stuwadoors” een schip laden, te zorgen dat er zoveel mogelijk papier in de bak past.


Een doos wordt met een mes kapotgesneden, waarna deze wordt geplet onder schoenmaat 47 van Hans. Cor doet het al een tijdje langer, in ieder geval voor de millenniumwisseling. Cor: “Piet Zijm vroeg me ooit. We zouden het samen doen.” Kennelijk doelde Piet niet op zichzelf, maar de samenwerking met tussen Cor en Hans bevalt beiden uitstekend.

Het duo is een begrip in Den Hoorn en omstreken. Als er tijdens hun dagelijkse bezigheden in de bak iemand papier komt brengen, wordt er vriendelijke gegroet. “Kijk, weer een papierdonatie”, verwelkomt Hans. Zo is het, de opbrengst is immers voor de voetbalclub.

Hun enthousiasme is groot en als ze een poosje bezig zijn zakt de luchtige stapel karton snel naar beneden. Helaas is het niet alleen papier en karton wat in de bak belandt. Hans: “Ook plastic, piepschuim en of van die kunststof bolletjes. Het zit in de pakjes (zie inzet) en je hebt mensen die het er in laten zitten.” Cor en Hans peuteren het er tussenuit en houden het apart. “Dat gaat daarin”, wijst Cor op een paar afvalbakken achterop het terrein.

“Je hebt ook echte smeerkezen”, zegt Hans. “Ik vond ooit een gebruikte wc-borstel.” Het meest gore dat Cor ooit aantrof was een rottende zak garnalen. “Het stonk vreselijk. Maar goed dat Hans toen niet in de buurt was.”

Er belanden ook wel eens bijzondere spullen in de bak. Cor: “Gereedschap, zoals een ijzerzaag en een bijl. Maar ik vond ook eens een spiegelreflexcamera. Dat moest zeker een vergissing zijn. Uiteindelijk hebben we de eigenaar kunnen opsporen. Die ontdekte toen: eerlijkheid bestaat nog. Iemand vroeg eens of we een riem hadden gevonden. Wij niet, maar late sprak ik Ton van der Gaag, die hem had gevonden toen hij papier bracht. Ik heb de riem toen met de Rozenman (Rob Oomes) naar de eigenaar gebracht. Bleek het een koppelriem van een verongelukte vliegenier uit de Tweede Wereldoorlog te zijn. Had ie als kind buitgemaakt toen een bommenwerper was neergestort.” Ze werden beloond met chocola.

Als Cor een interessant tijdschrift of boek tegenkomt, wil hij dat nog wel eens apart houden. “Leuk om thuis door te bladeren.” Daarna terug in de bak? “Niet altijd, ik bewaar ook wel eens wat”, spreekt de verzamelaar. Hans trof ooit het aangifteformulier aan van een prominente Texelaar. “Dat vond ik niet zo snugger.” (Ongeopende) post waarvan Cor meent dat de eigenaar die niet heeft gezien, wil hij (als postbesteller) nog wel eens terugbezorgen. Zoals ook een partij ongeopende koffiecupjes, waarvan de herkomst werd getraceerd, bij de eigenaar werd terugbezorgd.

Cor: “Als we eens iets tegenkomen waarvan de informatie niet voor andere ogen is bestemd, zul je ons daarover niet horen. Ik vertelt niets.” Hans: “We respecteren ieders privacy.”

Waarom spannen ze zich zo in. Hans? “Het is goed om iets voor de maatschappij te doen.” Zo helpt hij ook bij de rommeltjesmarkt en kan ook koster Chris Peters een beroep op hem doen. “Cor is daar ook oproepkracht.”

Papierverwerker Aad Amsing pikt de Hoornder container er wel tussenuit. “In ander bakken zit vaak rommel, dat hoeven we er hier niet tussenuit te vissen. En vast aangestampt, je kunt er bij wijze van spreken zo een touw omheen knopen.” Dat de Hoornders het papier dermate vaststampen, leidt wel eens tot problemen bij het legen van de bak. “Niet als het droog is, maar als het flink heeft geregend, moeten we er flink tegenaan douwen om het er uit te krijgen.”

Amsing ziet het aanbod van oud papier veranderen. "Minder papier en meer karton. In totaal zit er wel wat groei in.”

Afbeelding