Frans Dreessens was van 1985 tot 2003 vuurtorenwachter op Texel. Hij was de laatste, nadien was de vuurtoren niet meer bemand.
Frans Dreessens was van 1985 tot 2003 vuurtorenwachter op Texel. Hij was de laatste, nadien was de vuurtoren niet meer bemand. Foto: Archief Texelse Courant

Laatste vuurtorenwachter: Geen last van wegdromen en filosoferen

Frans Dreessens, die van 1985 tot 2003 op de vuurtoren werkte, was de laatste vuurtorenwachter op Texel. Nadien was de toren niet meer bemand.


Dreessens had voordien twintig jaar op zee gevaren. Daarna werkte hij in een werkplaats. "Dat was een slechte tijd voor mij", zei hij in een interview in het boekje "De vuurtoren van Texel", over de toren en zijn geschiedenis (Arthur Oosterbaan).

Veel beter op zijn plek voelde Dreessens zich op de vuurtoren. "Daar had ik weer contact met de scheepvaart. Via de radio kon ik met scheepsbemanningen kletsen. En het uitzicht is fantastisch!"

Zijn nautische ervaring kwam hem goed van pas. "Op het bedrijf werd ik verder opgeleid. Daardoor kende ik alle Nederlandse vuurtorenwachters."

"Mijn dag begon met trappen lopen, daarna koffie zetten. Dan controleren of de apparatuur goed werkte, het radardbeeld en de computers. Om 9:00 en 14:00 uur zond ik over de radio het weerbericht uit."

Maar het was vooral een kwestie van observeren. "Alles in de gaten houden, vanuit het raam en op de radar. Grote en kleine schepen, catamarans, surfers. Bij calamiteiten was het onze taak de reddingboten te waarschuwen en contact te houden met de Kustwacht."

Enkele malen zag hij schepen omslaan. "Eentje ging er pal voor de vuurtoren plat. Dat blijft je wel bij. De meeste ongelukken gebeuren bij noordwestenwind en aan het eind van de vakantie. Dan moeten mensen naar huis en nemen ze teveel risico."

Hij waarschuwde ooit Sil Boon, dat de Vriendschap 's nachts op drift was geraakt, alarmeerde bij branden op het eiland, betrapte een inbreker in een strandpaviljoen en hielp zoeken als er een badgast was vermist.

"In de winter, bij storm en regen en in het donker heb je geen goed zicht. Dan is er alleen het radarscherm. Bij storm beweegt de kop van de vuurtoren een beetje. De koffie in de pot gaat heen en weer."

De ongekende vergezichten stegen hem nooit naar het hoofd. "Van wegdromen en filosoferen had ik geen last".

Toen hij in 1985 begon werkten er zes man op de vuurtoren. "We hadden een verrekijker, een marifoon en een telefoon." De techniek ontwikkelde zich snel en bleef niet zonder personele gevolgen. "In 2003 zat ik er alleen, met radar en drie computers." Daarna werd ook zijn werk ingehaald door de techniek, zoals radar en gps en werd hij met vervroegd pensioen gestuurd.


Frans Dreessens overleed donderdag 10 juni. Hij werd 78 jaar.