Anders bekeken...

Een warm windje….


Ons speelveld kijkt uit over de bushalte, een schuilhokje maar ook een soort van bordes, een verhoging waar de buurjongens graag kunstjes op doen.


De ene keer springen ze met crossfietsen op en af, de andere keer hebben ze de skeelers ondergebonden en roetsjen ze naar beneden. Maar momenteel is het vooral de kleine step waarmee ze acrobatische toeren uithalen. Niet zoals u denkt: "Op de step, op de step, ik ben zo blij dat ik hem heb, een been erop en gangmaken." Welnee, zo ging ik vroeger naar school. Nee, deze step gooien ze in het rond terwijl ze springen.


Ik loop met een zakje en een wc-rol achter vier kakkende - een grote en drie kleine - springende honden aan. Zindelijk worden is een hele kunst. Maar deze kunst van springen is vele malen hoger. Ik vraag aan Treffis (6) als hij zit uit te puffen aan een ijsje: "Hoe heet dat wat jij doet met je step?” Hij kijkt me vragend aan. “Steppen”, antwoordt hij droog.

“Nee ik bedoel dat in de rondte draaien van je step en erop springen!”

"Oh, dat is de hunderd and eighty en de three sixty , dat is helemaal niet moeilijk."


De puppies springen om zijn voeten en hij neemt er eentje op schoot. Het liefst nam hij er eentje mee op de step, maar dat lijkt me niet zo’n goed idee. Hij volgt me de kas in.


“Wat doet u?” “De lege wc-rolletjes gaan in de bak met grond, dat is handig, wat aarde erin en het zaadje, dan zit er een rond vormpje in de worteltjes”, leg ik uit. “Het ijsstokje gaat ook in het bakje, handig om de naam op te schrijven van wat je zaait.”


De drie bengels buiten hebben echter ook de wc-rol ontdekt. Ze springen ermee tussen de poten, de 180 en 360 zijn er niks bij, en in no time, ligt het grasveld vol met stroken pleepapier.

Dat is leuk spelen natuurlijk. “Haha, kijk” en hij wijst naar de ravottende apen.


“Het stinkt hier”, roept hij een minuut later als hij zich tussen de billenbijters heeft gemengd. Ik ruik niets, snuif nog eens , maar zie ook geen poep, ik kijk onder mijn schoenen maar kan er geen chocola van maken.

“Het waait flink, de lucht is zo weer weg!”, vergoeilijk ik de situatie. “Het is een warm windje", lacht Treffis en hij springt weer op zijn stuntstep.

Bij de doordringende geur die mijn neus bereikt, dringt het pas tot me door… Ach ja, jonge honden…


Jozien