Raadpleging door TipTexel.nl uit 2017 over Bed & Breakfast.
Raadpleging door TipTexel.nl uit 2017 over Bed & Breakfast. Foto: Job Schepers

Wat ik zeggen wou

Gastvrijheid

Gastvrijheid dankt zijn ontstaan aan de niet-te-stillen behoefte van de mens om te reizen. Er werd en wordt, sinds ons prille ontstaan in wat nu Afrika heet, gereisd om verschillende redenen en oorzaken. Uit nieuwsgierigheid, uit bittere noodzaak (honger en bedreiging), voor plezier, voor zaken, enzovoort. Bij voorbeeld omdat er een verplichte volkstelling gehouden werd en eenieder zich moest melden in zijn geboorteplaats, zoals tweeduizend jaar geleden in het Romeinse Rijk.


Veilig reizen betekende en betekent nog steeds dat er na de reis een veilige en warme plek op je wacht om uit te rusten en bij te komen van de vermoeienissen, al is het in een stal, omdat er geen plaats meer is in de herberg.
Die reisdwang en -honger heeft er dus voor gezorgd dat er onderweg overal rustplekken ontstonden. Bij vrienden, kennissen, familie en zelfs bij vreemden, want gastvrijheid werd, was en is bij veel volken een ongeschreven wet. Een wet met een recht, welhaast ook plicht om gastvrijheid te bieden aan wie daaraan behoefte had en dit geldt ook vandaag de dag nog steeds; bij bijna iedereen.


Dit gewoonterecht houdt in, dat iedere bewoner van een huis gasten kan en mag ontvangen en soms zelfs moet, in tijden van angst en grote tekorten.
Toen ik na de tweede wereldoorlog met mijn ouders op vakantie ging, huurden zij, soms samen met een oom en tante, een boerderij op de Veluwe of een heel woonhuis in Castricum. De eigenlijke bewoners trokken zich terug op de deel, in het bakhuis of in een verbouwde schuur.

Wij sliepen in hun bed, leefden in hun woonkamer en we waren “uit”, maar toch ook thuis in een andere streek, met andere mensen en een andere cultuur. Als tegenprestatie verdienden de verhuurders van hun huis en hof er “een centje bij” en zo was iedereen gelukkig.


Veel meer dan vroeger, heeft nu de commercie zich massaal op die gastvrijheid gestort en claimt daardoor ook volledig het recht op gasten en het oorspronkelijke begrip gastvrijheid, terwijl dat commercieel een geheel andere betekenis heeft gekregen. Het heeft de betekenis dat er voor elke beurs een bed is. Van een billijke prijs voor luchtbed in een tentje, tot de torenhoge huur van een “villa” of “mansion” met hemelbed en sauna. Dit alles heeft natuurlijk niets meer met de oorspronkelijke, echte gastvrijheid te maken, maar dient slechts als lokroep en economische kwaliteitsnorm.


Daarom lijkt het me logisch, dat er nu bij het toekomstig overleg van de gemeente over het Toeristisch Toekomstplan, in het geheel niet getornd gaat worden aan het oeroude recht van bewoners van Texel en overal elders om, wie dat wil gastvrijheid te verlenen. Logisch is dan ook, dat er hiervoor objectieve regels gelden.

Texel, let op Uw zaak.



Rien Mast,

Den Burg