Afbeelding
Foto:

De kant langs

Bijnaam


De Lord, de Luitenant, de Spiekerkoning, Krokel, Kris, Kras en Kruimeltje, Kees van Corrie en Oebele Jan. Wie kent ze nog? Bijnamen van Texelaars uit een grijs verleden. Er zijn, gerekend vanaf 1930, wel een kleine 2000 "beenamen” bekend, vertelde Gelein. Zelf heeft ie er al drie: Glienus, Oppertje of Sukelaadman.


Gelein lijdt er niet onder. Maar bij anderen kan het gevoelig liggen. Reden dat menigeen niet met zijn of haar bijnaam wordt aangesproken. Alleen als het “lijdend voorwerp” er niet zelf bij is.


Wat tot bijzondere situaties kan leiden. Een Texelse raakte eens met wat kennissen aan de praat over bijnamen. Er kwamen er veel voorbij en ze hield het amper van het lachen. Tot de vraag kwam of ze zelf een bijnaam had. Daar was haar niets van bekend. “Nou”, zei een ander, “dan heb ik een verrassing voor je: je hebt er twee." Erg vleiend waren ze niet.


Bijnamen zijn soms zó ingeburgerd dat we amper weten wat de echte naam is. Een Texelse vertelde eens hoe een bos bloemen werd bezorgd. Op het kaartje stond Jaap Boon. “Jaap Boon?” De familie peinsde zich suf welke Jaap Boon dat mocht wezen. Totdat iemand zich herinnerde dat de betreffende Texelaar hen ooit had gevraagd een bos bloemen op een graf te leggen: "Ooh, Krokel", bedoelde ze de markante dijkwerker en krantenbezorger uit Het Noorden.


Bij- of scheldnamen zijn er in allerlei categorieën. Zoals naar voornamen: Aai (voornaam) Pruum, Marrie Ressie en Jan de Pater. Ook naar lichaamsdelen: lip, neus, tand, snor, sik, kaak, kontje, bil, sum, etc. Denk ook aan Skéépekop, Kippeborsie, Soepóóg, Kattebek, Muze- en Kippekont.


Veel dieren: Bul, Peerd en Ket. Maar ook: Wurm, Poes, Fleermus, Stier, Slak, Bokkie, Big, Poedel, Beer, Pissebed en Rupsevreter (iemand die voor een sjekkie een paar rupsen opvrat). Ook groente en fruit leverden inspiratie: Irrepel, Krent, Appeltje, Pruum en Erwtje. En bloemen en planten: Stiekel, Bies, Dróógbloeier, Uiebol en Geranium.


Bijbelse namen: Pilateus, Rabbi, Stale Jezus, Engeltjes en Gorterlinge (bastaardvloek). TV- persoonlijkheden, popsterren, etc. komen ook voorbij: Willempie, Swiebertje, Bromsnor, gebroeders Bever, Vinnie, Archie Bunker, enz. Stripfiguren: de Daltons, Guus Geluk, Willie Wortel, Knabbel & Babbel en Paulus de Boskabouter.


Geld: Sieme Dubbeltje, Jan Cent en Daalder. Oh, nee, die bestaat echt. Toen oud-buurman en groenteman Piet ooit als venter in een sjieke buurt bij een huis aanbelde, stelde de bewoonster zich voor als “mevrouw Rijks”. “Daalder”, sprak Piet ter kennismaking.


Titels en rangen kom je ook tegen: de Lord, de Baron, de Minister, de Majoor, de Luitenant. En wat te denken van Boeienkoning en Butterkoningin? Iemands postuur of uiterlijk leende zich ook voor een bijnaam: Lange, de Dikke en de Dunne, Mooie en Manke. Ook vieze woorden: Poep en aanverwante en Neuker in allerlei verbasteringen.


En zie al die Texelse families maar eens uit elkaar te houden. Gerangschikt naar tak, stamvader of boerderij: De Vrolijken, Bloemwijk, Steerten, van Keesie Piet, etc. Afijn, zo kan ik nog wel even doorgaan. Met dank aan Gelein Jansen, die over bijnamen in 1995 in het blad van de Historische Vereniging een informatief artikel schreef.


Bijnamen raken in onbruik. Misschien wel jammer, want eigenlijk gun je elke Texelaar een leuke, originele bijnaam.


Carpenter