De gevolgen van de Brexit hakken er diep in voor de Noordzeevissers.
De gevolgen van de Brexit hakken er diep in voor de Noordzeevissers. Foto: Cor Vonk TX1

Brexit: wat merken de bedrijven?

Door corona raakte de Brexit wat naar de achtergrond. Lange tijd bestond onduidelijkheid over de gevolgen van de Brexit voor bedrijven. Inmiddels is de uittreding van Engeland uit de EU een feit. We vroegen ondernemers naar de gevolgen voor hun bedrijven.

AB Texel Group

AB Texel Group heeft zo’n 140 tot 150 vrachtwagens in Engeland rijden die voor 95 procent intern transport in het Verenigd Koninkrijk (VK) van agrarische producten verzorgen. Daarnaast vervoert het bedrijf exportproducten vanuit Nederland naar het Verenigd Koninkrijk. CEO Dennis Wetenkamp. “Aan het interne transport is Engeland is weinig veranderd. We rijden dezelfde producten voor dezelfde klanten.”


"Het vervoer van exportproducten, zoals aardappels, groente en fruit naar Engeland gaat ook door. Maar het gaat wel gepaard met meer tijd, kosten en complexiteit. Meer formulieren en voorbereiding en wachttijden, al wordt dat ook wat vertroebeld door corona. Ook niet leuk voor onze chauffeurs. Met de kerst stonden er een stuk of twintig, dertig te wachten."

"Ook minder retourvrachten en beperkingen. We rekenen dat voor een deel door aan de klanten, maar niet één-op-één. De aanloop vergt wat extra kosten. We hebben het intern zo goed mogelijk proberen voor te bereiden. We merken een tijdelijke dip in de omzet, maar verwachten dat die zich weer zal herstellen.” Samenvattend: “Veel extra gedoe voor onze mensen op kantoor en de chauffeurs.”

Het Verenigd Koninkrijk is voor AB Texel Group, dat in totaal zo’n 1500 trucks en 2500 opleggers heeft, circa vijf procent van de omzet.

De Wit Speciality Oil

Voor De Wit Speciality Oil, dat in Engeland zaden tot olie laat persen en exporteert naar het land, zijn de gevolgen van de Brexit beperkt gebleven.

Bij AB Texel Group veel extra gedoe voor mensen op kantoor en de chauffeurs

Het bedrijf aan de Laagwaalderweg is gespecialiseerd in de productie, verwerking en handel in plantaardige olie, rijk aan essentiële verzuren. Het is grondstof voor voedingssupplementen, cosmetica en voeding. Geproduceerd uit zaad van borage, teunisbloem en zwarte bessen. Een specifiek en op wereldschaal klein vakgebied waarin De Wit marktleider is.

Het persen en extraheren van de zaden is specialistisch werk, hiervoor heeft De Wit in Engeland een fabriek. Van de ruwe olie wordt het grootste deel geraffineerd in Zaandam. Daarna gaat het naar Texel, voor het monsteren, analyseren, certificeren en klaarmaken voor verkoop. De afzet ligt voor 70 procent binnen Europa, de rest gaat naar Afrika, Azië en Amerika.

Gertjan de Wit: “De uitkomst van de Brexit is voor ons relatief gunstig. Olie uit zaden die in Engeland worden verwerkt tot olie, wordt beschouwd als “UK preferente origine”, waarvoor geen invoertarief geldt. Die categorie is voor ons de bulk. We exporteren ook producten die van oorsprong buiten de EU en UK komen, en dus “niet-preferente origine EU of UK” hebben, naar enkele vaste afnemers in Engeland. Daarvoor moeten deze afnemers nu opeens wel invoerrechten betalen. Meer gedoe bij de douane en het geeft vertragingen. Extra documenten en kosten.”

Engeland is één van de vele landen waar De Wit Speciality Oils wereldwijd zaken mee doet. “Ook andere landen hebben handelsverdragen en de regels verschillen per land. We moeten er vaak een “EU preferente origine” verklaring bij doen, dit kan als je bent goedgekeurd door de douane zelf doen. Ook kan je bij de Kamer van Koophandel een Origine Certificaat aanvragen, deze gaat minder ver dan een preferente origine-verklaring en is meestal niet genoeg om een preferent invoertarief te bewerkstelligen. We exporteren bijvoorbeeld ook naar Zuid-Korea. Voor producten met Europese origine hebben ze lagere of geen invoertarief. Daar lijkt het handelsverdrag met Engeland wel op. De vraag is stabiel gebleven en we konden gewoon doorwerken in Engeland. Als bedrijf in z’n geheel ondervinden we er geen nadelige gevolgen van.”

Bonne Mechanisatie

“We vinden onze weg wel met de Brexit, maar het is een hoop extra werk en het moet nog stabiliseren. Transporteurs en de ook Engelsen zelf weten nog niet goed waar ze aan toe zijn. Elke week komen er weer wijzigingen”, vertelt Daniel Bonne van Bonne Mechanisatie in Midden-Eierland.

Onder verschillende handelsnamen zit Bonne in de handel en export van technische producten. “Wij verkopen in Engeland veel voertuigbanden. Luchtbandwielen, op gemaakt. Voor de industrieel gebruik, de autosport en andere sectoren. Ook onderdelen voor voertuigveiligheid, chassisdelen, overwegend van aluminium. Verder exporten we machines. Op het Europese vasteland en veel naar Engeland. Ook aangepaste producten, aangekocht als halffabricaten en door ons verder geassembleerd. Delen daarvan komen uit de hele wereld, zoals uit Amerika.”


“Engeland is voor ons, net als voor veel andere Nederlandse bedrijven, een belangrijk handelsland. Open grenzen is qua handel het makkelijkst. Vóór de Brexit hadden we een geolied logistiek systeem naar Engeland. Nu is het complexer geworden. Veel meer papierwerk. Nu zitten we bijvoorbeeld bij machines die uit verschillende delen zijn opgebouwd met certificaten van oorsprong. De doorlooptijd wordt langer en we kunnen onze klanten minder service bieden. Vroeger konden we met een centraal magazijn vanuit Nederland werken, nu wordt het meer noodzakelijk om ook in Engeland een grotere voorraad aan te leggen.”

Visserij

Brexit is een strop voor de vissers, waarbij nog niet eens duidelijk is hoe ver de nadelige gevolgen strekken.

De Engelse wateren zijn een belangrijk visgebied voor veel Noordzeevissers. Bij de onderhandelingen stond er veel op het spel. De uitkomst is beroerd. “Dit kost ons heel veel geld”, vertelt Maarten Drijver. "Om de komende vijf jaar in de Engelse wateren te mogen vissen, gaat over een aantal jaren 13,3 procent van ons tongquotum naar de Engelsen. Daarnaast 25 procent van de kabeljauw en heel veel haring en makreel (pelagische vis), al raakt dat laatste de Texelaars niet zo. Ondernemers leveren dus individuele en kostbare vangstrechten in. Er wordt hen bedrijfsmiddelen en bestaansrecht afgepakt."


"Na vijf jaar wil Engeland opnieuw onderhandelen. Ze rusten niet eerder vóór ze ons op de knieën hebben. Bovendien moeten we nog afwachten hoe de controles op zee gaan verlopen. Ze kunnen het ons dusdanig zuur maken, dat we daar maar weg blijven. Maar zo ver is het nog niet. Verder is het zo dat de Engelsen het pulsvissen in hun gebied per direct hebben verboden. Terwijl een aantal vissers nog tot 1 juli in de Noordzee mocht pulsen. Die vissers blijven daar dus weg. Je moet ook niet raar opkijken dat de Engelsen delen van hun wateren tijdelijk gaan sluiten op vermeende vangstgegevens. Dat noemen ze dan tijdelijk gesloten gebieden (MPA's). Daarnaast hebben ze recent de Doggersbank als beschermd gebied afgekondigd, waardoor het Engelse deel van de Doggersbank ook gesloten zal worden voor de sleepnetvisserij."


Pleister op de wonde zijn de compensatiegelden die de EU de vissers in het vooruitzicht heeft gesteld. “Alleen zijn ze er nog niet uit hoe die verdeeld moet worden. De pelagische sector is het zwaarst getroffen en zal dus een groot deel krijgen. Ook kabeljauw en tongvissers zullen hun deel krijgen. Maar hoeveel? En: wanneer? Als het verkeerd uitpakt kan dit proces jaren duren. Tenzij ze het zoals bij de covid-compensatie aanpakken. Dan kan het sneller worden geaccordeerd.”


Dit alles in een tijd dat de visserij er toch al niet zo florissant voor staat. “Veel kotters zijn terug naar de wekkers (kettingen om de vis te laten schrikken). Zij gebruiken meer brandstof, dat de laatste tijd een stuk duurder is geworden. En door covid zijn de restaurants, belangrijke afnemers van vis, gesloten en liggen de prijzen al tijden op een heel laag niveau. Veel vis gaat de vrieshuizen in, dat effect zal straks, als we corona hopelijk achter de rug hebben, op de markt komen en dus nog een hele periode na-ijlen.”

Dekbedden

Texelwool merkt weinig van de Brexit. Martijn de Veij: “Wij hebben wel wat export Engeland, maar alleen periodiek naar een paar hotels in Engeland, niet heel frequent. We exporteren vooral naar Scandinavië, Duitsland en Frankrijk. De wol die we verwerken komt niet uit Engeland, maar uit Nederland.

De eerste golf corona begon in maart, toen ons seizoen afliep. Daar merkten we weinig van. De tweede golf des te meer. In december, onze beste maand, moesten duizend detaillisten die onze producten verkopen dicht. Tot vorig week was het heel rustig, met uitzondering van een paar webwinkels en wat export naar Scandinavië, waar de winkels wel open zijn.”

Bollenteelt

Landbouwer Johannes van Heerwaarden koopt plantmateriaal voor zijn narcissen in Engeland en verkoopt, via exporteurs in Hillegom, bollen aan Engelse tuiniers. “Engeland is een echt narcissenland. Nederland is een handelsland en daarvoor werken open grenzen het makkelijkst. De Brexit werkt kostenverhogend en vertragend. Er is nog veel onduidelijkheid, men wacht het nog wat af."


Gerard Timmerman

Vrachtwagens van AB Texel Group. Im Engeland verzorgen 140 à 150 trucks intern transport.
Afbeelding