Mienterglop weer op de agenda
De discussie over het nieuwe recreatieparkje van de familie Zoetelief aan het Mienterglop sleept zich voort. B en w adviseren de raad het benodigde ontwerp bestemmingsplan niet vast te stellen.
Het plan omvat de verplaatsing van 25 slaapplaatsen van Pontweg 160-164 en het Oude Dijkje n4/4a naar Mienterglop en de bouw aldaar van een stolp met twee inpandige recreatieappartementen en enkele recreatieve opstallen.
De kwestie sleept lang. In 2018 en 2019 werkte het college mee aan het principeverzoek van Zoetelief voor een soortgelijk plan. Met als argument dat het verdwijnen van de bebouwing aan de Pontweg en de bouw van een nieuw parkje landschappelijk voordeel opleverde.
Het leidde tot protest vanuit de buurt, verenigd in de Werkgroep tot Behoud van 't St. Jansland. Die ziet in het parkje onder meer een aantasting van de rust, het open en karakteristieke landschap en de nachtelijke duisternis.
Daarop concludeerde ook het college dat het plan indruist tegen de gemeentelijke regelgeving en nadelig is voor het landschap. In januari 2020 adviseerde het college de raad niet mee te werken aan het plan. Het leidde tot commotie in de raad, die vond dat Zoetelief veel te lang aan het lijntje was gehouden. De VVD zag landschappelijke voordelen en diende een amendement in om het alsnog mogelijk te maken. Om de strijdigheid met de stolpenregeling eruit te halen, wijzigde het plan in “verplaatsing” van de stolp en twee vakantiehuizen.
Het werd ter inzage gelegd, met als resultaat elf zienswijzen. De inhoud richt zich met name op het verlies aan ruimtelijke kwaliteit aan het Mienterglop, verstening, toename van verkeer en oneigenlijk toepassen van de stolpenregeling. Het college stelt de raad nu voor deze zienswijzen deels gegrond te verklaren, niet mee te werken aan de verplaatsing van bedden en het bestemmingsplan niet vast te stellen.
Als extra argument noemt het college dat Zoetelief de vereiste vaststellings- en planschadeovereenkomst niet heeft ondertekend. "De gemeentelijke belangen zijn nu niet geborgd en levert een ruimtelijk en financieel risico.” Dinsdag 2 maart buigt de raadscommissie zich er over.