Kokkelvisser Richard van der Meulen bij zijn kokkelschop TX22 "Quo Vadis".
Kokkelvisser Richard van der Meulen bij zijn kokkelschop TX22 "Quo Vadis". Foto: Pastorie De Waal

Kokkelvisser van Waddenboer naar sinaasappelboer in Algarve

Het is voor kokkelvisser Richard van der Meulen niet de vraag óf, maar wanneer hij afreist naar Portugal om aan een nieuw leven te beginnen. Zodra de regering het licht op groen zet verruilt hij Oosterend voor zijn boerderij in Portugal.


"Ik heb 37 jaar op kokkels gevist. Ik ben de langst vissende vergunninghouder en mede oprichter van de vereniging van handkokkelvissers”, vertelt Van der Meulen. “Ik heb mijn vergunning nooit verhuurd of uitgeleend..” In de zomer van 2012 ontving hij het certificaat Waddengoud. Dit geeft aan dat zijn kokkels voldoen aan de herkomst- en duurzaamheidseisen opgesteld door Waddengoud.

Zijn kokkelschip, de TX22 “Quo Vadis”, waarmee hij sinds 2005 vaart, heeft hij in april 2020 al verkocht aan Meromar in Lauwersoog, net zoals hij ook zijn vergunning heeft verkocht.

“Het kokkelen was de laatste jaren slecht. Dan was er weer geen zaadval of ze gingen dood van de hitte. Vorig jaar dachten we dat het wel goed kwam, maar toen kwam toch die hitte er weer overheen. Gelukkig hebben de jongens die de vergunning hebben overgenomen nog wel wat goeds uit de vergunning kunnen halen. Daar ben ik dan wel weer blij mee.”

Een streep onder het kokkelvissen en ook het huis in Oosterend is verkocht. “Het is mooi geweest. Ik ga mijn droom achterna.” Die ligt in Portugal, in de Algarve, ergens tussen Portimao en Lagos. “Ik heb daar een boerderijtje gekocht met 28.000 vierkante meter grond, op een minuut of tien van de oceaan vandaan. Zeg maar van Waddenboer naar sinaasappelenboer. Er zit namelijk een hele boomgaard bij. Mijn overbuurman adviseerde me ook watermeloenen te gaan kweken. Het leven is daar een stuk simpeler en ze praten er goed Engels, dus we kunnen elkaar prima verstaan.”


Wel houdt hij een lijntje met zijn thuisland in stand. “Mijn kinderen wonen hier en ik hou de loods aan de Slotskolk aan.”