Afbeelding
Foto: Gerard Timmerman

De kant langs

Gereedschapskist


Om hun eigen onmacht te camoufleren bedienen politici zich nog wel eens van symboliek en metaforen. Soms tot afschuw. Zoals van deze bouwvakker.


"Toen ik op mijn zestiende van school kwam ben ik gelijk aan het werk gegaan. Ruim veertig jaar zit ik in het vak. Ik had gehoopt na zóveel dienstjaren met pensioen te kunnen. Maar nee hoor, eerst schrapten ze de VUT en daarna vonden ze het nodig om de pensioenleeftijd op te schuiven. Nou moet ik nog een jaar of tien. Als mijn versleten rug dat maar volhoudt.


Het Journaal kijk ik eigenlijk niet meer. Vrolijk word ik er niet van, alleen maar ellende. Laatst viel ik toch in het nieuws. Hoor ik zo’n minister vertellen over de avondklok. Dat het één van de laatste instrumenten in de gereedschapskist is. Toen zakte mijn broek af. Zo’n gladjakker op lakschoenen, in een gestreken pak en met gemanicuurde nagels. En dan een gereedschapskist? Hij kan nog geen duimstok van een waterpas onderscheiden. Je moet maar lef hebben.


Ze weten niet eens hoe ze een hamer moeten vasthouden. Zoals de premier op de persconferentie het virus zogenaamd een slag met de hamer gaf. Wel de plank mis. Nog geen deuk in een pakkie boter. Maar wel afgezaagde betogen houden en luchtkastelen bouwen. Lullen over scharnierpunten, dat het schuurt en uit het lood staat. Of dat de boel in de steigers staat. Ik zou mijn leven niet op zo’n in elkaar geflanste stellage wagen.


Als we op die toer gaan weet ik er ook wel een paar: een timmermanspotlood om uit te tekenen hoe het wél moet, een schroevendraaier om de duimschroeven aan te draaien en een brander om het vuur aan de schenen te leggen.


Maar nee, aan dat Haagse theater doe ik niet mee. En nu is het hele kabinet opgestapt. Weer zo’n symbolische daad. Zogenaamd nemen ze de schuld op zich. Maar ondertussen gaan ze gewoon verder met waar ze mee bezig waren. We dronken een glas, deden een plas en alles bleef zoals het was.


Moeten wij eens proberen. Als ik mijn werk niet goed doe, dan zegt de klant de volgende keer: “Doei, ik zoek wel een andere timmerman.” Maar in Den Haag werkt dat niet zo. Al bouwen ze daar een huis waarvan de dakgoten naar boven aflopen, de dakpannen verkeerd om liggen, de waterleiding op het gas is aangesloten en de vloer en het plafond zijn verwisseld: volgende keer heb je die knutselaars wéér op de stoep staan.


Hoe dat kan? Bij de overheid hebben ze het monopolie. Ze hebben geen concurrentie, je bent aan die lui overgeleverd. Zelfs onze arme wethouder Hennie Huisman die zo graag huizen wil bouwen, ontdekte dat. Ze ging bij de provincie op knieën voor meer woningen voor het eiland, maar ze begaf ze zich op glad ijs. En gleed keihard onderuit, zoals ze vrijdag treffend beschreef.


De Tweede Kamer wordt gerenoveerd. Een blind paard kan zien dat ook het huis dat onze democratie heet bouwvallig is geworden. En wat doe je als een huis aan renovatie toe is? Dan ga je het niet bestormen, zoals in Amerika. Nee, dan huur je een stel ervaren vakmensen in met het juiste gereedschap en een gezond verstand om de boel grondig te vernieuwen."


Gerard