In 2016 strandden bij paal 12 vijf potvissen en eetje spoelde aan bij het NIOZ. Ook toen werd de maaginhoud onderzocht.
In 2016 strandden bij paal 12 vijf potvissen en eetje spoelde aan bij het NIOZ. Ook toen werd de maaginhoud onderzocht. Foto: Gertha Wessels

Nog veel vragen over stranding potvissen

Waardoor nemen potvissen op weg naar het zuiden de verkeerde afslag de Noordzee in en stranden ze, zoals donderdag op de Vliehors? Er is al veel onderzoek gedaan, maar eenduidige zekerheid over de oorzaak bestaat er nog niet. Mogelijk kan deze stranding er meer licht op werpen.


De vraag naar de oorzaak is actueel nu op de Vliehors een potvis is gestrand. Het dier leefde nog, maar bezweek na korte tijd. Vrijdag arriveerden snijteams van Naturalis en de Universiteit Utrecht om het dier te ontleden.

De onderzoekers van de universiteit doen in opdracht van het ministerie van Landbouw, Voedsel en Natuur op het strand onderzoek naar de doodsoorzaak van de 14 meter lange potvis. Het kadaver van de potvis, met een geschat gewicht van 15 ton, wordt onder verantwoordelijkheid van Rijkswaterstaat opgeruimd en vervolgens voor verder onderzoek naar de wal gebracht. De maag van de potvis is overgebracht naar het NIOZ, waar marien bioloog Mardik Leopold van Imares gisteren begon met het ontleden van de inhoud van de maag.

Het onderzoek toont mogelijk aan waarom de potvis in de Noordzee is beland. Onderzoekster Lonneke IJsseldijk van de Universiteit Utrecht vertelde aan de NOS: “Het kan zijn dat hij ziek was of verzwakt. Wat dat betreft zijn we vooral geïnteresseerd in zijn maaginhoud. Daar kunnen we veel aan zien. Vinden we een verse hoeveelheid inktvis, dan weten we dat hij onlangs nog gezond heeft gegeten. Is de maag leeg, dan is hij waarschijnlijk verzwakt geweest.” IJsseldijk sluit ook niet uit dat er plastic in de maag wordt aangetroffen.

De stranding op de Vliehors staat niet op zichzelf. Met kerstmis strandden in Engeland ook tien potvissen. Of die van Vlieland bij deze groep hoorde, is niet zeker. Leopold: “Die in Engeland waren een meter of tien lang, deze veertien. Daar zitten dus wel en paar jaartjes tussen. Je vraagt je af of dit een eenling is geweest. Het zijn altijd mannetjes, genetisch niet aan elkaar verwant.|"

Bij onderzoek van eerdere strandingen, zoals de zes op Texel in 2016 en strandingen elders, is ook onderzoek gedaan. De inhoud kan iets zeggen over het jachtgebied. In de magen werd toen onder meer landbouwplastic gevonden, touw, vissenbotjes, een vishaak en veel inktvisbekjes. De inhoud van de magen bleek wel per geval te verschillen.

De eerste bevindingen duidden er toen op dat er achter elkaar verschillende groepen de Noordzee waren ingezwommen, luidde een conclusie.

Maar er waren ook aanwijzingen voor een andere mogelijke oorzaak. Onderzoek naar dertig gestrande potvissen in 2016 noemde zonnestormen als (mogelijke) oorzaak waarom de potvissen de verkeerde afslag hadden genomen.

Leopold: “Waarschijnlijk is er niet één oorzaak. Er is ook een link met de veranderende temperatuur van het zeewater. Hoe warmer, des te groter de kans op strandingen van potvissen. Het water wordt steeds warmer en de laatste vijftig jaar zijn er veel potvisstrandingen. Ook is het zo dat dat er meer potvissen zijn. Nadat er intensief op is gejaagd, begint de stand langzaam op te krabbelen." Meer potvissen kan ook betekenen dat er meer stranden.