Politieagent Nico Drenth in 1989 bij zijn 25-jarig dienstjubileum.
Politieagent Nico Drenth in 1989 bij zijn 25-jarig dienstjubileum. Foto: Archief Texelse Courant

Joviale en markante diender "sociale gezicht van Texelse politie"

Het “sociale gezicht van de Texelse politie” werd wachtmeester Nico Drenth wel genoemd. Dienstbaar en joviaal. Een markant diender over wie Majoor Bosshardt van het Leger des Heils ooit zei: “Nico, je bent een engel”.


Liefst 45 jaar was Nico Drenth als marinier en politieman in dienst van de overheid. Hij deed ooit vrijwilligerswerk op de beruchte Achterzijdsvoorburgwal in Amsterdam en werkte daar samen met Majoor Bosshardt bij de opvang van drugsverslaafden.

Na de Mulo meldde hij zich aan bij de marine. Hij volgde er een opleiding tot electromonteur. Theoretisch kon hij het wel aan, maar de praktijk viel tegen. Handig was hij niet, hij kon amper een tang vasthouden. Hij werd op de “Karel Doorman” geplaatst, “de oudste, rotste en beroerdste boot die je maar kon verzinnen”. Nog minder werd het op de “Zeeland”. “Alle dagen was ik zeeziek.” Het draaide er op uit dat Nico wegens zeeziekte werd afgekeurd.

Daarna volgde hij een opleiding tot politieagent en werd in 1973 op Texel geplaatst. Hij moest wennen aan de Texelaars. “Ik denk dat mijn bereidheid om te geven en me ergens voor 110 procent in te storten ertoe heeft bijgedragen dat ik gauw een plaatsje tussen de bevolking had”, zei hij bij zijn 25-jarig dienstjubileum in 1989.

Zijn collega’s plaagden hem wel eens. Zoals met de cassetterecorder die hij altijd bij zich droeg. “Eigenlijk ben ik een warhoofd. Dat apparaat was een handig hulpmiddel om alle gegevens te onthouden en in lijn met het verhaal te krijgen.” Bonnen schrijven deed hij liever niet. Maar het hoorde er bij. Hij was niet iemand die makkelijk in een keurslijf paste. Zijn impulsieve werkwijze en eigenzinnigheid brachten hem wel eens in aanvaring met zijn superieuren. Ook zijn sterke geloofsovertuiging bracht hem wel in problemen. Zoals hij arrestanten evangelische lectuur gaf, om ze zo de kans te geven “goede keuzes” te maken. Het kwam zelfs een keer tot zijn ontslag. Maar hij ging in beroep, won en werd weer aangenomen. Hij kon ook niet anders. “Het is toch een soort roeping.”

Zijn bekeringsdrang nam af. “Het christelijk geloof is niet fanatiek en tiranniek. Het houdt meer in dat je voor elkaar zorgt.” Overtuiging die onder meer doorklonk in de gedichten, die hij ook wel naar deze krant bracht en soms ter plekke voordroeg. Hij was een fervent liefhebber van Israël. Samen met collega Aad Blom kreeg hij het voor elkaar dat een voetbalteam van de Texelse politie mee mocht doen aan een toernooi in Israël.

Op Texel voelde hij zich als een vis in het water, overplaatsing aanvragen kwam niet in hem op. “Ik heb een fijn huis, een vrouw die goed voor me zorgt en een goede band met de bevolking en collega’s. Wat wil je nog meer?”

In 2001 werd Nico door de Ezelvereniging benoemd tot “Ezel van het jaar”. De eretitel viel hem ten deel wegens zijn grote verdiensten voor de Texelse samenleving. Voorzitter Theun de Winter: “Nico maakt zich geheel belangeloos en vaak op de achtergrond verdienstelijk. Naast zijn werk als politieagent geeft hij juridische adviezen, houdt zich bezig met de opvang van drugsverslaafden, is actief op het gebied van sport, cultuur en het geestelijk vlak. Daarmee geeft hij blijk van de ezelgedachte: een ezel is een voorbeeldig mens, sociaal voelend, vredelievend en heeft wat over voor de ander.”

Op het sportieve vlak ondersteunde hij onder meer de loopbaan van rolstoelatleet Arco de Graaf en decennia zette hij zich in voor Veilig Verkeer Nederland, zoals bij verkeersexamens voor scholieren. Nico Drenth, al geruime tijd ziek, overleed afgelopen maandag op 74-jarige leeftijd.