Texel gezien vanaf grote hoogte.
Texel gezien vanaf grote hoogte. Foto:

Bezwaren tegen wonen op

bedrijfsperceel ongegrond

Het college heeft twee bezwaarschriften ongegrond verklaard die waren ingediend in verband met bewoning op een bedrijfsperceel in Den Burg.


Aanleiding was een handhavingsverzoek omdat er, volgens de verzoeker, in meerdere delen van een bedrijfspand gewoond zou worden in strijd met het bestemmingsplan. Het college heeft deze zaak onderzocht en besloten handhavend op te treden.


Tegen dit besluit om handhavend op te treden maakte de eigenaar van het pand bezwaar. Hij vond de termijn die gegeven werd om de bewoning van een bepaald gebouwgedeelte te beëindigen te kort. Het bezwaar werd voorgelegd aan de commissie bezwaarschriften.


Die adviseerde dat de termijn voldoende lang was. Het college neemt dit advies over en verklaart het bezwaar ongegrond. Ook de verzoeker tot handhaving diende bezwaar in. Volgens hem werd er niet tegen alle overtredingen gehandhaafd. Er is volgens hem nóg een gebouwgedeelte waarin niet mocht worden gewoond.


Ook dit tweede bezwaar is voorgelegd aan de commissie bezwaarschriften. Cruciaal was of er, met een uit 2001 stammende vergunning, een extra bedrijfswoning is vergund. De commissie concludeert dat het college terecht heeft geoordeeld dat er met de vergunning een extra bedrijfswoning is vergund.


Omdat er een vergunning is mag er in dat gedeelte van de bebouwing worden gewoond. Er is geen sprake van een overtreding. De commissie adviseert het bezwaar ongegrond te verklaren, het college neemt dit advies over.