Texel telt naar schatting zo'n negenhonderd spookslaapplaatsen
Texel telt naar schatting tegen de negenhonderd recreatieve slaapplaatsen die als ‘spookslaapplaats’ omschreven zouden kunnen worden.
Dat blijkt uit een inventarisatie die burgemeester en wethouders op verzoek van meerdere politieke partijen in de gemeenteraad hebben opgesteld. Volgens het college is het precieze aantal spookslaapplaatsen op Texel moeilijk te bepalen, omdat niet alle locaties waar het totaal aantal slaapplaatsen ‘niet’ of ‘niet volledig’ in gebruik is bekend zijn.
Er wordt in de inventarisatie een onderscheid gemaakt tussen recreatieve slaapplaatsen die ‘bestemd maar niet gerealiseerd zijn’ en slaapplaatsen die bestemd én gerealiseerd zijn, maar momenteel niet in gebruik zijn.
Tot de eerste categorie (wel bestemd, niet gerealiseerd) vallen onder meer zeshonderd recreatieve slaapplaatsen op Kogerstrand aan de Badweg in De Koog, 65 slaapplaatsen van Klabam aan de Pontweg, twintig slaapplaatsen bij een groepsverblijf aan Zuid Haffel en vijftien niet gerealiseerde slaapplaatsen bij recreatieve opstallen achter woonhuizen. Onder de tweede categorie (bestemd en gerealiseerd, maar niet in gebruik) vallen twee locaties aan het Molwerk met 105 slaapplaatsen en enkele locaties in de Dorpsstraat in De Koog (in totaal 96 slaapplaatsen).
De vraag over het aantal spookslaapplaatsen op Texel werd gesteld naar aanleiding van een besluit van de raad van 26 juni 2019 om het verplaatsen van spookslaapplaatsen niet langer toe te staan.
Dat raadsbesluit staat onder druk nu er een voorstel ligt om de 65 spookslaapplaatsen van Klabam (afgebrand in 1977 en daarna niet meer in hergebruik genomen) te verplaatsen naar de Kikkertstraat in De Cocksdorp, zodat daar op de voormalige lege plek van de Plus een hotel kan worden gerealiseerd.
Meerdere politieke partijen hebben daar wel oren naar, alleen betekent dat dan wel een andere omgang met het raadsbesluit uit 2019. Tijdens de commissievergadering een week geleden werd beargumenteerd dat het niet de bedoeling kan zijn om met het raadsbesluit nu nieuwe ontwikkelingen die tot kwaliteitsverbetering leiden in de weg te staan. Wethouder Edo Kooiman adviseerde de raad om veranderingen te regelen via een amendement op de voorstellen van het college.