Dorpshuis De Hof in De Koog ligt er verlaten bij. Verderop zit voetbalclub SV De Koog ook zonder inkomsten. En ook de horeca is leeg.
Dorpshuis De Hof in De Koog ligt er verlaten bij. Verderop zit voetbalclub SV De Koog ook zonder inkomsten. En ook de horeca is leeg. Foto: Aangeleverd

Gezellig kleppen is er nu even niet bij

Geen gezelligheid langs de lijn bij de voetbalclub, het dorpshuis waar veel mensen elkaar ontmoeten is gesloten en de cafés en restaurants ook dicht. Gezelligheid is momenteel ver te zoeken, corona grijpt diep in de samenleving, het verenigings- en uitgaansleven. We peilden de sfeer in De Koog.


“We hebben totaal geen inkomsten meer, terwijl een groot deel van de kosten gewoon doorgaan”, vertelt Jan van Beek, al zo’n halve eeuw secretaris van SV De Koog. Vergevorderde plannen voor de bouw van nieuwe kleedkamers, dreigen nu op de lange baan te worden geschoven.

Kantine SV De Koog

SV De Koog beschikt over twee senioren-, twee junioren-(JO14 en JO11) en twee pupillenteams. Maar het voetbalterrein aan de Boodtlaan ligt er momenteel verlaten bij. De kantine, normaal gesproken de grootste inkomstenbron, van de club, is gesloten. Niet de enige tegenvaller. “Toernooien die we anders in het voorjaar houden, gingen niet door. Ook die inkomsten lopen we mis. Ik geloof dat de gemeente ons wat korting verleent op de huur van het complex en hier en daar krijgen we nog wat geld terug.

We hebben aardig kunnen sparen en gelukkig best wat in reserve, maar dat spaarpotje was bedoeld voor de bouw van nieuwe kleedkamers. De huidige zijn behoorlijk verouderd en voldoen niet meer aan de eisen. De tekeningen voor de nieuwbouw waren klaar. Best een dure grap. We waren bezig met subsidieaanvragen. We waren eigenlijk al best ver. Nu we de reserve voor andere dingen moeten aanspreken, maken we maar even een pas op de plaats. We weten niet wat ons nog staat te wachten en hoe lang het nog gaat duren. Maar met zoiets is het ook: hoe langer het duurt, hoe moeilijker het wordt.

Aan de andere kant is het leed bij ons nog te overzien. Bij grote clubs aan de overkant, zoals die met twaalf seniorenteams en omzetten van €15.000,- tot €20.000,- in de kantine, zijn de problemen veel groter. Maar ook zat kleine clubjes zitten aan het randje.”

Als dorpshuis lopen we door corona veel inkomsten mis

Geen inkomsten, maar ook voor spelers en supporters een groot gemis. “Je gaat natuurlijk heen voor het voetballen, maar het voetbalplek is ook een ontmoetingsplek met gezelligheid langs de lijn. Toen er zonder supporters moest worden gespeeld, was er eigenlijk al niks meer aan. Toen ze het terrein niet op mochten, stonden de supporters op een gegeven moment in de bosrand aan te moedigen. Kan eigenlijk niet, maar mensen wilden toch wat. Er wordt niet getraind en we kunnen bijvoorbeeld geen instuif houden voor jonge spelertjes. Die contactmomenten missen we nu.

Het zal straks best moeilijk zijn de boel weer aan de gang te krijgen. Het lijkt met corona nu weer de goede kant uit te gaan. De KNVB verwacht de competitie half januari weer te starten, tot half juni. Maar dan komen we met de toernooien in de knel. We overwegen nu al om het seniorentoernooi eventueel naar september te verplaatsen.”

Dorpshuis De Hof

Een eindje verder is dorpshuis De Hof al even uitgestorven. Veronica van Beek: “Het is hier een echte ontmoetingsplek. Anders hebben we hier drie biljartclubs, koersbal, handwerken, de soos, de Waanzin, een darttoernooi, valpreventie, linedance, schilderen, gym, badminton, tennis en noem maar op.

Van het voorjaar waren we gesloten. In de zomer is er een paar keer gebiljart en dat ging prima. Het was een tijdje onduidelijk of we nu horeca waren of niet. Maar op een gegeven moment moest de bar dicht. We hadden ’s middag de soos en koersbal. Wij zorgden voor ontsmettingsspullen en men hield afstand, dat ging best goed. Maar als je met elkaar niet eens een kopje koffie mag drinken, als je niet even lekker met elkaar kunt kleppen, is er niets meer aan.

Voor ouderen is er nu niets te meer te doen. Mensen vinden het jammer, maar komen niet in opstand. Iedereen snapt wel dat het moet gebeuren en met name ouderen zijn heel voorzichtig. Ook toen het wel mocht, waren er mensen die het niet veilig genoeg vonden en niet kwamen.

Veel inkomsten mis

Als dorpshuis lopen we veel inkomsten mis. De bar zorgt normaal voor veel omzet. Behoudens de huur van een paar clubjes komt er nu niets binnen. Ik heb nog niets gehoord over een tegemoetkoming, maar we kunnen het best gebruiken. De vaste lasten gaan door. We willen de oude zaal van De Hof opknappen. De nieuwe meubels die we hadden besteld, konden we niet meer afzeggen, maar de vloer hebben we afgezegd. In maart zouden we met NL Doet met veel vrijwilligers aan de slag, onder meer schilderen. Dat ging niet door. Nu zouden we het eigenlijk weer oppakken, maar je kunt nu niet met vijftien man gaan verven. Heel vervelend allemaal. Mensen raken het zat.”

Het voelt als onrecht

“Met de maaltijden die we verkopen, doen we nog wat. Maar het is natuurlijk niks vergeleken met wat we normaal doen. Puur bezigheidstherapie”, vertelt Arnold “Kets” Kearcher van café Sjans.

“Maar bij de pakken neerzitten, daar schiet je niks mee op. Maar de vaste lasten gaan wel door. De eerste periode hadden we nog een steunpakket, nu moeten we onze reet maar zien te redden. De sfeer is nog wel goed. Iedereen verbouwt een beetje, zelf ben ik het toilet maar gaan schilderen. Het rare is dat we in De Koog veel toeristen voorbij zien komen. Ze mogen in hun hotel wel wat eten en drinken, maar niet bij ons.

Begrijp me niet verkeerd: ik gun het die ondernemers die de mazzel hebben dat ze wél open mogen van harte. Pak die poen!, dat zou ik zelf ook doen. Doe ik zelf ook. Wij zitten met onze haal- en brengservice weer in de handel van de cateraars te roeren. Maar het blijft krom als ik met mijn blikje verf voorbij fiets en elders mensen op het terras aan een biertje zie. De boosheid is weg, maar het voelt toch als onrecht. Anderzijds: horecaondernemers uit de stad hebben het waarschijnlijk nog zwaarder dan wij op Texel. Zo zie je maar weer waar zo'n klein eiland zich weer onderscheidt."

Kerst

Ik hoef geen poen, maar wat ik wel hoop is dat de regering ons, zolang die corona duurt, helpt met de vaste lasten. De kerst zie ik somber in. Ik denk niet dat we dan open mogen. Maar je zult zien, dat het hele eiland dan wel vol zit. En dan is er niks voor hen. Dat wordt een hele rare situatie. ”


Gerard Timmerman