Parkje Mienterglop stap dichterbij
De ontwikkeling van een omstreden recreatieparkje aan het Mienterglop is dichterbij gekomen nu het bestemmingsplan ter inzage is gelegd. Het omvat de verplaatsing van 25 slaapplaatsen van Pontweg 160-164 en het Oude Dijkje n4/4a naar Mienterglop.
Dit perceel krijgt een recreatieve bestemming waarop een bouwmogelijkheid komt voor een stolp met twee inpandige recreatieappartementen en drie vrijstaande recreatieve opstallen. Het ontwerpplan ligt tot en met dinsdag 13 oktober ter inzage.
Er is al veel over dit parkje te doen geweest. Een korte opsomming van de gebeurtenissen die ertoe hebben geleid:
2011: De gemeente verleent een omgevingsvergunning om de stolp Pontweg 160/162 te slopen en daarvoor in de plaats op het perceel Pontweg 164 een nieuwe stolp terug te bouwen met daarin twee recreatieve appartementen en los daarvan nog twee recreatieve opstallen achter op het perceel te bouwen.
Beide vergunningen zijn tot op heden nog niet uitgevoerd. Ria en Gerard Zoetelief kochten het perceel op de hoek Mienterglop-Oude Dijkje en namen de aangrenzende Beeldentuin over. Hierop zitten rechten voor de bouw van één recreatief opstal. Zo ontstaat het plan voor verplaatsing van de slaapplaatsen van de Pontweg en die van de Beeldentuin naar Mienterglop.
29 mei 2018: Het college besluit mee te werken aan een principeverzoek van Zoetelief om slaapplaatsen te verplaatsen van de Pontweg naar het perceel op de hoek Mienterglop - Oude Dijkje.
Grote ruimtelijke impact en sprake van een verdere verstening van het landschap
12 juni 2018: Oprichting Werkgroep tot Behoud van 't St. Jansland. De werkgroep ziet in het parkje onder meer een aantasting van de rust, het open en karakteristieke landschap en de nachtelijke duisternis.
15 januari 2019: Het college besluit ook mee te werken aan een aanvulling van dit verzoek, om vijf slaapplaatsen te verplaatsen van de naastgelegen Beeldentuin naar dezelfde locatie. Het ingediende plan omvat de bouw van vijf duurzame vakantiewoningen.
Werkgroep tot Behoud van 't St. Jansland geeft aan dat deze plannen in strijd zijn met de gemeentelijke regelgeving. Via brieven naar de gemeenteraad, het college en medewerkers van het gemeentehuis, besprekingen met de steunfracties en inspreken in de raadscommissie. Ook diverse gesprekken met individuele raadsleden, collegeleden en medewerkers van het gemeentehuis.
14 januari 2020: Het college komt (ook) tot de conclusie dat het plan indruist tegen de gemeentelijke regelgeving. “De plannen hebben een grote ruimtelijke impact op het Mienterglop en er sprake is van een verdere verstening van het landschap op deze locatie.” Belangrijk argument is ook dat de slaapplaatsen in de stolp zijn verkregen op basis van de stolpenregeling. Met het verplaatsen van de slaapplaatsen uit de stolp, wordt de doelstelling om de stolp te behouden niet gerealiseerd en wordt daarmee in strijd met de stolpenregeling gehandeld. Ook is in het verleden bepaald dat het uitplaatsen van inpandige slaapplaatsen uit stolpen, zodat kleine parken ontstaan, niet meer moet gebeuren.
Het college adviseert de gemeenteraad daarom niet mee te werken aan het plan. Wethouder Kooiman geeft aan dat Zoetelief geen rechten aan de principeverzoeken kan ontlenen, maar wil “uit coulance” wel met hem in gesprek over gemaakte kosten.
4/5 februari 2020: In raadscommissie leidde dit tot hevige verontwaardiging onder veel politici. Kwalificaties als “onbehoorlijk bestuur” gaan over tafel. Dit omdat het proces veel te lang zou hebben geduurd. Inspreker Gerard Zoetelief verzucht: "Dit heb ik nog nooit meegemaakt.” Drie jaar was hij ermee bezig, waarin hij veel gesprekken voerde, 264 mails naar de gemeente stuurde, het bestemmingsplan doorworstelde, etc. Teneur van de discussie in de commissie was dat Zoetelief unfair is behandeld.
Spookslaapplaatsen
Is dat werkelijk zo? Volgens de werkgroep tot Behoud van 't St. Jansland niet. Uit hun overzicht van de diverse activiteiten in die drie jaar blijkt dat de langere periode door alle betrokken partijen is veroorzaakt, ook door Zoetelief zelf. Hij diende na het eerste principeverzoek voor een parkje met twintig bedden (juli 2017) in oktober 2018 een aanvullend verzoek in voor vijf extra bedden. Nadien was het de raad die in juni 2019 met het aannemen van het initiatief “Spookslaapplaatsen” voor extra vertraging zorgde. Eerst moest worden uitgezocht of de (nog) niet gerealiseerde bedden aan de Pontweg als spookslaapplaatsen moesten worden gezien. In december 2019 was duidelijk dat dit niet het geval is.
25 februari 2020: Will Oudhuis somt in “Wat ik zeggen wou” de argumenten tegen de verplaatsing naar Mienterglop nog maar eens op: “Het voldoet niet aan de stolpenregeling. De voorgestelde verplaatsing vindt plaats binnen het recreatieconcentratie gebied en niet van buiten naar binnen. Het is niet toegestaan inpandige slaapplaatsen om te zetten in uitpandige. Er is sprake van meer dan dubbele verstening op beide locaties gezamenlijk. Er wordt geen open ruimte gecreëerd aan de Pontweg, de grootste opstal en boomsingel blijven bestaan. Er bevinden zich meerdere recreatieve faciliteiten in de directe omgeving van de locatie aan de Pontweg, zelfs nog in aanbouw. De beoogde locatie aan het Mienterglop is niet noodzakelijkerwijs geschikter dan de bestaande locatie aan de Pontweg.”
Deze brief en het overzicht van de werkgroep maakte op de gemeenteraad blijkbaar onvoldoende indruk om tot "voortschrijdend inzicht" te komen.
26 februari 2020: De VVD dient een amendement in: “Wij hechten aan het open landschap en elk gebouw dat verdwijnt of niet wordt gebouwd aan de Pontweg, zien wij als ruimtelijke kwaliteitsverbetering. Dat dit leidt tot meer verstening aan de Mienterglop klopt, maar aangezien dat onderdeel uitmaakt van het toeristisch concentratiegebied vinden wij dat acceptabel.”
De VVD zegt verder: “We erkennen dat het voorstel strijdig is met de toegepaste stolpenregeling, maar wij vinden ook dat we de aanvrager hier al veel eerder op hadden kunnen en moeten wijzen. Dat is weliswaar geen ruimtelijk argument, maar het weegt wel mee in onze beoordeling. Dat de meningen verschillen over wat wel/geen kwaliteitsverbetering is, bijvoorbeeld, geeft al aan dat er ruimte is voor interpretatie.”
Om de strijdigheid met de stolpenregeling eruit te halen tovert de VVD een konijn uit de hoge hoed. Dat voorziet erin dat de hele stolp, inclusief de twee inpandige appartementen en vergunningen voor de twee nog niet gerealiseerde vakantiehuizen, van de Pontweg wordt verplaatst naar het Mienterglop.
Stolp
Volgens het CDA doet de bouw van een stolp aan het Mienterglop recht aan de historische situatie, namelijk dat er vroeger ook een stolp heeft gestaan. Maar de realiteit is, geeft de werkgroep aan, dat Zoetelief die inpandige slaapplaatsen van de stolp "Landleven" in het verleden heeft benut om naast dit perceel een vakantieparkje (Heidehof) te bouwen.
Argumenten die tijdens deze tumultueuze zitting niet meer doordringen tot de raad, negen raadsleden stemmen in met het VVD-amendement, dat werd aangenomen. Het advies van het college om niet in te stemmen met de verplaatsing is daarna niet meer in stemming gebracht.
Het VVD-amendement zegt daarover: “Een definitief besluit neemt de raad na afloop van de inzagetermijn waarbij eventuele ingediende zienswijzen worden betrokken. Dit geeft ruimte voor een ‘tussenstap’: Nu nog geen nee zeggen, maar een (gewijzigd) bestemmingsplan ter inzage te leggen, de eventuele zienswijzen te beoordelen en dan pas daarna een definitief besluit te nemen over de verplaatsing van slaapplaatsen en het bestemmingsplan.”
Voor de Werkgroep Behoud tot St. Jansland bestaan de aanvankelijke bezwaren ten aanzien van aantasting van ruimtelijke kwaliteit, rust, etc. onverminderd en werkt aan de voorbereidingen tot het indienen van een zienswijze. Menno Stam laat weten dat ook “10 voor Texel” een zienswijze zal indienen.
Dit concept is nu verder uitgewerkt in het ontwerp bestemmingsplan dat nu ter inzage ligt. Concreet: aan de Mienterglop komen drie recreatieve opstallen en één stolp, met daarin twee recreatie-appartementen.
Pontweg 160/162 krijgt een zogeheten Bedrijf - VAB bestemming. De bestaande woonfunctie is/wordt ondergebracht in het te behouden bedrijfsgebouw en ter plaatse wordt de mogelijkheid geboden lichte bedrijfsactiviteiten uit te oefenen. Het perceel Pontweg 164 krijgt een agrarische bestemming zonder bouwmogelijkheden en blijft daarmee onbebouwd. In de natuur- en beeldentuin verandert er qua bebouwing niets.
Gerard Timmerman
