Vlnr waterschapsbestuurder Siem Jan Schenk, LTO-voorzitter Arnold Langeveld en Deltacommissaris Peter Glas. Op de achtergrond Bram de Ridder.
Vlnr waterschapsbestuurder Siem Jan Schenk, LTO-voorzitter Arnold Langeveld en Deltacommissaris Peter Glas. Op de achtergrond Bram de Ridder. Foto: Jeroen van Hattum

Water onder de grond voor later

Het was een idee dat circa tien jaar geleden werd geopperd door een werkgroep op Texel die zich bezighield met water: regenwater injecteren in de grond, zodat de landbouw erover kan beschikken op momenten dat het hard nodig is voor de gewassen op het land.

Het idee heeft concreet vorm gekregen in het project Zoete Toekomst dat vrijdagmiddag officieel op Texel van start is gegaan. Deltacommissaris Peter Glas en gedeputeerde Cees Loggen van de provincie Noord-Holland verrichtten de start door een stuk drainage aan te leggen op land van Langeveld aan de Postweg en er daarna een fles zoet water in te gieten.


Zeven Texelse boerenbedrijven gaan samen met LTO Noord en Acacia Water de komende drie jaar in Eierland twee ondergrondse zoetwateropslagen realiseren. Dat zijn Slot, Broekman en Rikkenberg aan de Hoofdweg en Smit, Langeveld, Koorn en De Ridder aan de Postweg.


Bedoeling is dat de opslag op een diepte van tien tot vijftig meter wordt gerealiseerd. Regenwater wordt daar straks via drainagebuizen heen geleid op momenten dat de landbouw het water niet nodig heeft. Het water wordt weer omhoog gepompt op momenten dat de landbouw het wel hard nodig heeft. Dat laatste is nieuw voor Texel, omdat er tot nu toe vanwege de verzilting geen zoet water aan de bodem mag worden onttrokken.


Opslag water onder de grond voor 50 tot 100 hectare land

In de twee ondergrondse opslagen komt voor 50 tot 100 hectare akkerland zoet water beschikbaar en dat is een schaal die voor het eerst in Nederland wordt toegepast. In de Wieringermeer loopt al een paar jaar een soortgelijk project met ondergrondse opslag, maar dat is om drie hectare land in droge tijden van water te voorzien. Het water is bedoeld voor de bollen, de pootaardappels en de suikerbieten.


Volgens directeur Jouke Veldstra van Acacia neemt een ondergrondse opslag minder ruimte in beslag neemt dan een bovengrondse opslag zoals een paar jaar geleden op het land van Hans Smit is gerealiseerd. Veldstra rekende voor dat bovengronds voor een hectare (100 bij 100 meter) een opslag van 30 bij 30 meter nodig is. Bij een ondergrondse opslag is er boven de grond amper ruimte nodig. Per jaar valt er volgens Veldstra voldoende regen op het eiland om in de twee beoogde opslagen water voor 50 tot 100 hectare land op te slaan. Tot nu toe wordt jaarlijks gemiddeld zo'n 44 miljoen kuub regenwater van Texel de Waddenzee in gepompt. Behoud van 15 procent daarvan is toereikend om de landbouw van voldoende water te voorzien. Er wordt rekening mee gehouden dat een deel van het opgeslagen regenwater onder de grond zout zal worden en volgens Veldstra wordt ook in de gaten gehouden dat het regenwater zoveel mogelijk ontdaan van vervuilende stoffen in de grond wordt opgeslagen.

Volgens voorzitter Arnold Langeveld van LTO Noord afdeling Texel worden de komende tijd eerst de bodemlagen aan de Hoofdweg en de Postweg in kaart gebracht om te bepalen waar de ondergrondse opslagen het beste kunnen komen. Dat gebeurt met een sonderingsmachine die een paar dagen geleden kapot ging, maar waarmee men binnenkort weer aan de slag gaat. De voorkeur gaat uit naar een doorlatende zandlaag en een afdekkende, slecht doorlatende (klei)laag zodat zoet en zout water onder de grond zoveel mogelijk uit elkaar blijven. Dat moet ervoor dat de zoetwaterbel onder het eiland behouden blijft wanneer het opgeslagen regenwater aan de bodem wordt onttrokken.


Er wordt een stichting opgericht (Stichting Zoet Water Texel) om het project kans van slagen te geven. Daarin komen Jan-Berend Stuut, Lieuwe Koorn, Gerwin van Lenten, Arnold Langeveld en een gebiedsmanager van Staatsbosbeheer te zitten. Er worden twee coöperaties opgericht om de twee ondergrondse opslagen te beheren. De deelnemende boeren stemmen in de coöperaties onderling af hoe ze het water verdelen, vooral in tijden dat er niet voldoende water beschikbaar is.

Het project kost €1,8 miljoen en dat wordt bijna voor de helft gefinancierd door het Waddenfonds. De provincie Noord-Holland en hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier dragen elk €250.000,- bij en de gemeente €75.000,-. LTO Nederland heeft €75.000,- voor het project beschikbaar gesteld (eerder al €30.000,- voor een voorstudie), De Krim, TESO en het Texelfonds doen mee en de boerenbedrijven hebben €15.000,- ingelegd voor deelname.