Strandwachten Robbert Kusters, Sanne van Driel en Quincy Kailola patrouilleren het strand ter hoogte van paal 20 bij De Koog vanuit de rubberboot .
Strandwachten Robbert Kusters, Sanne van Driel en Quincy Kailola patrouilleren het strand ter hoogte van paal 20 bij De Koog vanuit de rubberboot . Foto: Evalien Weterings

Strandwacht een manier van leven

Strandwacht op Texel. Voor de meesten méér dan een hobby. Een passie, een manier van leven zelfs. Managers uit de consultancy, uitvoerders, instructeurs, tekenaars en anderen die hun vakantiedagen opnemen om hier vrijwillig het strand te bewaken.

Stuk voor stuk geoefende zwemmers, lid van een reddingsbrigade ergens in het land. Zoals Robbert Kusters uit IJsselstein, in het dagelijks leven manager bij een consultancybedrijf. “Dit is mijn achttiende jaar. Als jochie wilde ik mijn diploma reddend zwemmen halen. Op mijn zesde ben ik daarom bij de reddingbrigade in IJsselstein gegaan. Ik vind vrijwilligerswerk heel dankbaar om te doen, zeker op dit prachtige eiland. Ik ben hier als student begonnen, soms wel vier of vijf weken per seizoen zat ik op het strand. Nu nog twee weken. Ik neem mijn vakantiedagen op en ben dan hier te vinden. Dít is mijn vakantie. Ik heb een drukke baan, dan is het heerlijk om hier op het strand te zijn, lekker buiten. Hier maak ik mijn hoofd leeg. Het nuttige vrijwilligerswerk, het vakantiegevoel en de hechte groep die we met elkaar vormen zijn de redenen dat ik hier al achttien jaar kom.”

Vakantiegevoel of niet, achteroverleunen is er niet bij. “Je staat constant aan. Continu opletten”, vertelt Sanne van Driel. Ook uit IJsselstein. Niet toevallig, ze is de partner van Robbert. “We hebben elkaar op Texel leren kennen.” Sanne is al voor het tiende jaar strandwacht op Texel. “Maar het kunnen ook elf jaar zijn, ik ben de tel kwijtgeraakt.” In het dagelijks leven heeft Sanne een eigen bedrijf als EHBO-instructeur. Ze is hier gemiddeld twee of drie weken. Behalve strandwacht is ze ook coördinator opleidingen van de posten op alle Texelse strandslagen.

Robbert, voorzitter van de Texelse Reddingsbrigade (TRB): “Als TRB bewaken we de strandslagen 19, 20, 21 en 28. Het Utrechtse Studenten Werkkamp (USW) bewaakt de strandslagen 9, 12, 15 en 17. Elk jaar bewaken we de Texelse stranden negen weken lang, van week 27 t/m 35 (deze week), zeven dagen in de week. Dagelijks van 10:00 tot 18:00 zijn we paraat. De eindtijd is een richtlijn, als de situatie daar om vraagt, blijven we langer. Elke week is er een andere indeling. Deze week ben ik algemeen strandwacht commandant voor al onze posten. Bij een groot incident op één van onze stranden, ben ik eindverantwoordelijk. Het rouleert. Volgende week kan ik bijvoorbeeld op onze post op paal 28 zitten als bewaker.

Al onze circa 280 leden zijn lid van een reddingsbrigade en gediplomeerd. 150 van hen komen per seizoen naar Texel, allemaal vrijwillig. Iedereen doet het reddingwerk met passie en er is een groot gevoel van verbondenheid.

Een bewakingspost bestaat uit zes strandwachten. Elke zaterdag komt er een nieuwe ploeg. Alle belangrijke protocollen worden die dag doorgenomen en er wordt geoefend. Zondag neemt de nieuwe ploeg het van de vorige ploeg over. Elke post is uitgerust met een boot en/of reddingwaterscooter, er staat een reddingslijn op het strand en een rescueboard en -tube.”

In hun opvallende geelrode tenues zijn de strandwachten opvallend aanwezig op het strand. Die zichtbaarheid heeft een duidelijke functie. “De situatie op Texel is heel specifiek. Er komen een aantal stromingen bij elkaar, wat maakt dat er een heel verraderlijke stroming is. Vrij onvoorspelbaar, elke dag anders. Om de stroming precies te kennen, zwemmen we elke morgen in de muien (aflandige stromingen) om te weten hoe sterk de stromingen zijn. De stroomsnelheid kan in zo’n mui wel twaalf tot dertien km/uur oplopen. Als mensen in zo’n mui komen, is hun eerste neiging om zo snel mogelijk terug te zwemmen naar de kust. Onbegonnen werk. Elfstedenzwemmer Maarten van der Weijden zwemt bijvoorbeeld acht km/uur. Dat ga je niet winnen. Als mensen merken dat ze niet dichterbij het strand komen, maar juist verder weg, raken ze vaak in paniek en uitgeput. Als je in zo’n mui belandt, is de enige oplossing om te ontsnappen om haaks op de stroming, parallel aan de kust te zwemmen. Mocht je te vermoeid zijn, dan kun je je het beste met de stroming mee laten drijven. Zeker op een bewaakt strand zien de strandwachten dat je afdrijft en komen naar je toe.”

De situatie op Texel is heel specifiek, want er komen een aantal stromingen bij elkaar

Nog beter is om de aanwijzingen van de strandwachten op te volgen, zodat je niet in zo’n verraderlijke mui belandt. Robbert: “We werken heel preventief en geven veel voorlichting. Vaak wordt gedacht dat een zee met hoge golven gevaarlijk is. Maar als er bij 30 graden geen golven staan, kan de zee veel gevaarlijker zijn. De stroming is er nog steeds en bij zo’n dag als vandaag, als de wind aflandig is, stroomt het bij afgaand water harder dan met hoge wind en golven vanuit zee. Dat zijn juist wel de dagen dat mensen verkoeling zoeken in het water. Doordat er geen golven staan, gaan mensen sneller wat verder in zee en komen in de problemen. Als wij ’s morgens in de muien zwemmen en de sterkte van de stroming voelen, bepalen welke kleur vlag we hijsen.

Om gevaarlijke situaties te voorkomen hebben we bijna altijd de boot en/of de waterscooter te water, om toezicht te houden. En als het nodig is, om aanwijzingen te geven. Zoals dáár”, wijst hij in de verte. De strandwacht op een waterscooter vertelt een badgast die wat erg ver het water in is gegaan dat hij beter terug kan gaan. “Op het strand lopen we patrouilles. Vanuit toezicht en preventie en we informeren wat we doen. Dat gaat de hele dag door. Daarbij wisselen we elkaar af. Strandwachten zijn opgeleid voor allerlei functies. De ene keer zit je op de boot, de andere keer op de post als piket en soms loop je patrouille. Daarbij is er overlap met de posten op paal 19 en 21. Wij lopen wel eens naar 21 en naar 19, zoals dat ook andersom gebeurt.

We komen van alles tegen. Denk aan reguliere EHBO-behandelingen, van een kwallenbeet tot wondjes door schelpen, schaafwonden en gebroken enkels. Al een aantal keren hebben we mensen uit het water moeten halen die in problemen waren gekomen of zodanig vermoeid waren dat ze niet meer terug konden komen. Zij worden door onze strandwachten met de boot of de reddingwaterscooter aan land geholpen. Want hoe preventief we ook zijn, je hebt altijd mensen die onvoorzichtig zijn of zich laten verrassen. Bijvoorbeeld bij afgaand tij. Dan gaan mensen graag naar de tweede bank, want daar zijn de golven. Maar als het water dan weer opkomt, hebben ze niet in de gaten dat het water achter hun rug stijgt en dat ze dan terug moeten zwemmen naar de eerste bank. In dat soort situaties adviseren we mensen van de bank af te gaan en terug te gaan.

Natuurlijk heb je altijd mensen die denken dat ze het beter te weten. Daar kunnen we helaas niet zoveel mee. Maar de meeste mensen luisteren en nemen onze aanwijzingen ten harte. Bijvoorbeeld als we zeggen dat je niet met drijfmiddelen het water in mag, omdat het risico dat je afdrijft heel groot is.”

“Reanimaties, zoals elders langs de Noordzeekust, hebben we dit seizoen gelukkig nog niet gehad. Wat dat betreft hebben onze collega’s het daar wel zwaar gehad. Alle mensen die in problemen kwamen, hebben we gelukkig tijdig kunnen helpen. Maar het gevaar zit in een klein hoekje, we moeten elk moment waakzaam blijven.”

Strandwacht Gerard Kleis uit Punthorst, bij Zwolle, is bezig aan zijn vijftiende seizoen. “Ik zit hier nu bijna 52 weken op het strand. Vanuit onze reddingbrigade ben ik hier gekomen. Thuis werken we met name in het zwembad. Het echte werk is op het strand. Bij mijn eerste keer hier ging ik met tegenzin met anderen mee. Binnen een paar dagen was ik verkocht. Ik heb geen jaar overgeslagen. Ik neem er mijn vakantiedagen en snipperdagen voor op. Thuis rij ik als uitvoerder voor een bedrijf in mijn auto het hele land rond. Als ik nu op de radio de fileberichten hoor, denk ik: daar heb ik vandaag lekker geen last van. Ik vind het belangrijk wat voor de samenleving te doen. Als strandwacht verenig je het nuttige met het aangename."

Anoeshka van Adrichem uit Schipluiden, industrieel tekenaar van beroep: "Geen dag is hetzelfde, iedere dag brengt wat anders met zich mee. Toen ik hier kwam, werd ik met open armen ontvangen. Het groepsgevoel is hecht en zorgt ervoor dat ik elk jaar weer met plezier terugkeer. We zijn vrienden en vriendinnen en spreken ook buiten de zomer met elkaar af."

Gerard heeft zijn vriendin Roelien de Witte, die ook strandwacht is, op Texel ontmoet. "Het voordeel is dat wij langer doorgaan dan menig andere strandwacht. Als zij een vriend of vriendin krijgen die geen strandwacht is, staan ze voor de keus. Vaak wint dan de andere vakantiebestemming."

Zoals je stelletjes hebt die elkaar hier hebben ontmoet, heb je ook tweede generatie strandwachten. Zoals Joost Loeve. "Mijn vader, Frans, is hier in 1984, het oprichtingsjaar van de TRB, begonnen. Zo ben ik aangestoken door het virus. We zitten bij de reddingbrigade in Krimpen aan de IJssel. Iedereen is daar enthousiast over Texel en spoort elkaar aan om te gaan. Dit jaar zijn hier twaalf strandwachten van onze vereniging. Dit is mijn elfde seizoen alweer."


Gerard Timmerman

Strandwachten Quincy Kailola, Joost Loeve en Robbert Kusters.