De bewoners van Brendaan in de weverij van het Maartenhuis.
De bewoners van Brendaan in de weverij van het Maartenhuis. Foto: Ellen Douma

"We maken er het beste van"

Ze kunnen overdag blijven werken, maar sociale contacten zijn voor de bewoners van het Maartenhuis momenteel tot een minimum beperkt. Even het terrein af voor een wandeling of fietstochtje mag, maar hooguit met z'n drieën en een enkeling mag alleen.

Het belangrijkste is dat ze het virus buiten de deur houden en dat is de leefgemeenschap voor mensen met een zorgvraag (bv een verstandelijk handicap, hersenletsel of psychische problemen) tot nu toe gelukt. "Gelukkig", zegt medewerkster Ellen Douma, "want er wonen hier diverse oudere en kwetsbare mensen."

Aanpassen aan de coronacrisis vergt de nodige inzet en geduld van iedereen, vooral omdat de dagelijkse vaste ritmes als gevolg van de crisis niet altijd meer aangehouden kunnen worden. De grootste aanpassing is dat de vier woonhuizen van de leefgemeenschap aan de Ruijslaan bij De Koog allemaal aan één bepaald deel van de werkplaats of de moestuin zijn gekoppeld. Dat betekent dat de bewoners van bijvoorbeeld woonhuis Brendaan nu allemaal naar de weverij op het terrein van de leefgemeenschap gaan en dat alle bewoners van woonhuis Iona overdag naar een ander deel van de werkplaats (Aventurijn) gaan. Allemaal bedoeld om de onderlinge contacten en daarmee het risico op besmetting zo laag mogelijk te houden. Ellen: "De bewoners van elk woonhuis trekken in feite de hele dag als gezin met elkaar op en komen zo min mogelijk in contact met de bewoners van de andere huizen." Voor Marianne 't Hart, bewoonster van Iona, betekent het dat ze voorlopig niet op de weverij mag komen, maar in Aventurijn zit. "Het is wel eens moeilijk, maar ik heb daar gelukkig wel mijn spullen en gelukkig hebben we het daar ook gezellig met elkaar." "We moeten het ermee doen", zegt Peter Breuer, bewoner van woonhuis Michael. "Maar het is lastig dat je mensen met wie je bevriend bent nu minder ziet. Je kunt wel videobellen of skypen met elkaar, maar niet iedereen heeft dat."


Bij een deel van de bewoners is het helder wat er aan de hand, bij een aantal is het niet uit te leggen wat er in de wereld gebeurt en waarom er bijvoorbeeld anderhalve meter afstand van elkaar gehouden moet worden. Ellen "Vandaar we nu ook zoveel mogelijk in gezinsverband leven. Er zijn altijd bewoners die je toch even een arm geven als je naar de werkplaats loopt. Dat doen ze omdat ze het gewend zijn om te doen." Volgens medewerker Daniella Floor is het ook belangrijk om rust uit te stralen. "Als je zelf rustig bent, kun je dat uitstralen naar je omgeving. Dan kun je voorkomen dat mensen zich angstig gaan voelen. En verder is het veel samenwerken met elkaar om te zien wat er nog wel of niet kan." Voor de medewerkers doen de aanpassingen ook een beroep op het privé-leven. Ellen: "Ik kom momenteel buiten het werk zo min mogelijk ergens anders, zodat ik niet ergens een besmetting kan oplopen die ik dan mee zou nemen naar het Maartenhuis. Dat risico wil ik niet nemen. Dat betekent dat ik nu ook zo min mogelijk bij bijvoorbeeld mijn ouders langs ga." Ze vindt de huidige situatie ook lastig voor de bewoners. "Normaal probeer je hen juist zo zelfstandig mogelijk te leren leven en het voelt nu alsof je dat tijdelijk van ze afpakt."

Met alternatieven wordt er niettemin in de woonhuizen het beste van gemaakt. Zo hebben bijvoorbeeld een paar medewerkers in aanloop naar de Pasen liedjes ingespeeld die in de woonhuizen gezongen kunnen worden, Daniella neemt van thuis films mee die 's avonds bekeken kunnen worden en Artex heeft voor een van de bewoonsters muziek meegegeven, zodat zij thuis muziek kan blijven maken. Daniella: "We helpen de bewoners ook met Facetimen, zodat zij toch ook met bijvoorbeeld met hun familie contact kunnen blijven hebben." “De Stichting Vrienden van het Maartenhuis heeft de leefgemeenschap drie tablets cadeau gegeven om te beeldbellen met familie en vrienden. Bewoonster Marianne besteedt de avonduren en de weekenden aan het maken een boeddhistisch vloerloper. "Dat werkt meteen mediterend voor me." Volgens Ellen wordt er buiten het Maartenhuis gelukkig aan de bewoners gedacht. "We krijgen regelmatig een kaartje, een oud-medewerker heeft bloemen gebracht en we hebben ook gebak van de burgemeester gekregen." Volgens Daniella werkt het bemoedigd steun van buitenaf te krijgen. "We moeten het met elkaar doen." Andersom blijven de bewoners van het Maartenhuis denken aan andere Texelaars. Marianne: "Ik heb net een kaartje gestuurd aan de bewoners van de Gollards. Daar kan ik momenteel niet heen als vrijwilligster, maar ik wilde ze laten weten dat ze wel bij mij in gedachten zijn."