Oosterender groeide uit tot
filmmaker in Verenigde Staten
Een Oosterender die uitgroeide tot filmmaker, die ook video's maakte voor bands als de Sex Pistols en Supertramp. Hij overleed op oudejaarsdag op 75-jarige leeftijd.
Bij navraag in Oosterend en omstreken lijkt niemand hem te kennen, des te groter is de (inter)nationale faam van deze voormalige Texelaar. De Volkskrant, Nederlands Filmfestival en andere media besteden uitgebreid aandacht aan zijn overlijden.
René Daalder studeerde in de jaren '60 aan de Filmacademie, waar hij met Frans Bromet, Rem Koolhaas, Samuel Meijering en Jan de Bont tot de toonaangevende studenten behoorde. In 1969 maakte hij zijn debuutspeelfilm "De blanke slavin". Geen succes. Filmblad Skoop noemde hem in 1967 wel "onze grootste filmer". Hij beschikte over een levendige fantasie, liet zich niet afschrikken door onmogelijkheden en had een onafhankelijke geest. In een interview zei hij: "Op mijn achtste wist ik al dat ik niet in Nederland wilde blijven. Ik kom van Texel en dan deugt het vasteland sowieso niet."
Hij verhuisde naar de VS. Daar werkte hij in 1975 samen met de eveneens verhuisde Boudewijn de Groot, die hij kende van de Filmacademie. Samen schreven ze het album "Waar ik woon en wie ik ben". In Amerika raakte Daalder bevriend met cultregisseur Russ Meyer. Via hem wist hij in 1976 zijn eerste Amerikaanse film "Massacre at Central High" te produceren. Die groeide uit tot een cultklassieker, evenals de punkrockmusical "Population: 1" uit 1986, de film "Habitat" uit 1997 en de horrorfilm "Hysteria" uit 1998. Daalder regisseerde daarnaast de 17 minuten durende videoclip voor het nummer Brother Where You Bound van Supertramp. Daarvoor werd hij in 1987 genomineerd met een Grammy. Ook werkte hij samen met The Sex Pistols aan hun The Great Rock'nroll swindel uit 1980.
Tevens werkte hij jaren aan 3D animatiefilm rond liedjes van The Beatles, maar uiteindelijk zou het hem niet lukken deze film te realiseren.