Afbeelding
Foto:

De kant langs

Particulier

Op tv zag ik dat reclamespotje over die familie op kerstavond in een busje moederziel alleen op het autodek van de Texelse boot, om met kerstboom en al door het ziekenhuis te rennen naar de net bevallen dochter. Bij dat beeld met dat busje op de boot moest ik meteen denken aan Jeroen Gijsbrecht Drabbe.

Ik leerde Jeroen ergens halverwege de jaren negentig kennen bij Radio Texel, waar ik verslag deed van zijn programma "Live on the Air", die keer met live muziek van Lot Kombrink en Tassos Koulouris. Ik vertelde dat ik ook wat op de gitaar pingelde en Jeroen wilde dat wel eens horen. Hij was zelf een begaafd gitarist, maar tact was niet zijn grootste gave. "Wat ben je toch aan het doen man?", toonde hij zich niet onder de indruk. Hij had wel een tip: "Er zit geen gevoel in je spel. Je moet als het ware ín die gitaar kruipen."

Het was het begin van een bijzondere muzikale vriendschap met deze voormalige advocaat uit Amsterdam die op Texel was beland en zich hier op de muziek stortte. Met zijn onorthodoxe manier van doen was hij een bijzondere eend in de bijt in de lokale popscéne, die op zich al vogels van diverse pluimage herbergt. In dat wereldje leer je bijzondere mensen kennen, Jeroen was er daar één van. Ik denk dat hij met bijna alle Texelse muzikanten heeft gespeeld. Niet zelden kortstondig, niet iedereen verdroeg de uitgesproken karaktertrekken van deze telg uit een geslacht dat, zo vertelde hij, ooit in Indië fortuin had gemaakt.

Wij konden goed met elkaar overweg. We begonnen een bandje en van het één kwam het ander. Zijn ambitie was hier een studio te beginnen. Zijn Studio Texel leidde aanvankelijk een zwervend bestaan. Zijn apparatuur verhuisde van het hooivak van hoeve Scholleboe, naar het voormalige zwembad in Bosch en Zee naar hoeve De Grie. Om uiteindelijk een eigen studio te openen op het bedrijventerrein in Oudeschild. Vooral bandjes van de overkant namen daar hun CD's en demo's op.

Toen ik hem daar eens op een snikhete zomerdag opzocht, laag hij voor jaffa in de tuin. Hij zag er slecht uit en klaagde over hartklachten. In zijn cabrio bracht ik hem naar de dienstdoende huisarts. Die onderzocht hem, maar kon niets vinden. Ze nam geen enkel risico. "Hij moet ogenblikkelijk naar het ziekenhuis! Ze belde het Gemini en de boot. Zo kwam het dat ik, als ware ik ambulancechauffeur Aart Slegh, in de cabrio de Texelse boot op scheurde, met op de achterbank de uitgetelde Jeroen. Aan boord de klep meteen dicht en op volle kracht naar de overkant.

Vooraan bij het afrijden in Den Helder reed ik Jeroen met rokende banden naar het Gemini. Rechtstreeks bij de eerste hulp naar binnen. Ik zeulde de strompelende partiënt mee naar naar de EHBO. Maar die was uitgestorven. Met de arm op de borst maande Jeroen de medici luid en regentesk tot urgentie. "Ik ben particulier!" Voor wie niet meer weet wat dat inhoudt: wie het minder breed had zat in het ziekenfonds, de rijken hadden een particuliere zorgverzekering. De dienstdoende arts was niet onder de indruk. Maar plakte wel van alles op de borst van Jeroen. Geen afwijkingen, maar Jeroen kreeg wel wijze raad: "Niet meer zo lang in de zon liggen, meneer!"

Goeie ouwe tijd. Je hoefde niet te kiezen: arm was ziekenfonds, rijk particulier. Nu sta ik aan het eind van elk jaar voor het dilemma bij wie ik het best mijn zorgverzekering kan afsluiten. Alsof ik in mijn eigen medische glazen bol kan kijken.

En Jeroen? Die zocht de zon op in een tropisch paradijs, waar hij aan een ziekte bezweek. Vertoeft nu vast in rockwalhalla, spelend met onsterfelijke gitaargoden.

Gerard@texelsecourant.nl