In de omgeving van Den Hoorn zijn diverse borden van deze strekking geplaatst.
In de omgeving van Den Hoorn zijn diverse borden van deze strekking geplaatst. Foto: Job Schepers

Onrust na berichten landbouwgrond

"Rupsje Nooitgenoeg ondermijnt draagvlak voor de natuurbescherming", schrijft Kees Bruin bij onderstaande ingezonden brief.

"Provincie denkt na over natuur bij Den Hoorn", las ik in de krant van vrijdag. Ik ben maar zo vrij om even hardop mee te denken.

De stofwolken van de natuurontwikkeling in Waalenburg en elders op Texel (waarbij naar verluidt de laatste jaren 1200 hectare landbouwgrond is omgezet in 'natuur') zijn nog nauwelijks neergedaald, of de Provincie komt – in strijd met eerdere toezeggingen – doodleuk aanzetten met nieuwe plannen voor nog eens 100 hectare 'nieuwe natuur'.

Wat betreft al die 'nieuwe natuur' moet me eerst het volgende van het hart. De betrokken instanties schetsen daarvan prachtige toekomstbeelden: het wemelt er straks van de orchideeën, de broedende weidevogels zullen zich er in grote aantallen vestigen, de verdwenen watersnip en kemphaan zullen hopelijk terugkeren. Ik zou zeggen: laten we eerst maar eens afwachten hoe succesvol het allemaal wordt. Die weidevogels heb je niet aan een touwtje, de predatie van eieren en kuikens is problematisch hoog, watersnip en kemphaan zijn niet voor niks verdwenen en komen echt niet zomaar terug. En dan is er het ganzenprobleem, dat weliswaar de laatste jaren wat meer bestreden wordt, maar nog lang niet opgelost is. Ganzen vreten het land te kaal voor weidevogels als tureluur en grutto. En ze verpesten de waterkwaliteit.

Wie miljoenen investeert in de realisatie van nieuwe natuur, daarvoor goede landbouwgrond aankoopt en complete boerderijen tegen de vlakte gooit, doet er goed aan zich te realiseren dat hij zich de verplichting op de hals heeft gehaald om van die natuurontwikkeling een doorslaand succes te maken. Dat betekent dus dat Waalenburg en andere heringerichte terreinen inderdaad "een robuust natuurgebied" moeten worden, zoals destijds beloofd werd, en niet een robuuste ganzenfokkerij, of een door vogelmest bedorven waterplas.

En de realisatie van bloemrijk grasland met orchideeën vergt een zorgvuldig beheer. Komt dat beheer op de goede manier van de grond, is daar wel voldoende geld voor aanwezig? Als ik zie hoeveel er de laatste jaren is bezuinigd op het reguliere, bestaande natuurbeheer, heb ik daar een hard hoofd in. En wat heeft het verwerven van grond voor nieuwe natuur voor zin, als er onvoldoende geld is om de al bestaande natuur goed te beheren? Dan krijgen we dus een halfbakken, gebrekkig beheer, waardoor de gestelde doelen niet gehaald gaan worden. In plaats van nóg meer landbouwgrond aan te kopen of, Godbetert, zelfs te gaan onteigenen, zou de Provincie zich dus beter kunnen gaan richten op de optimalisatie van het beheer van de bestaande natuurgebieden, en niet in de laatste plaats op het faunabeheer in die terreinen.

Die weidevogels heb je niet aan een         touwtje

Dat laatste betekent dus een rigoureuze aanpak van de 'zomerganzen', die het best volledig geëlimineerd zouden kunnen worden. De meeste grote duinplassen op Texel, zoals de Muyplas, het Grote Vlak, het Pompevlak en de Horspolders zijn inmiddels zo zwaar bemest door ganzen en meeuwen dat de waterkwaliteit bedroevend is en ze in feite gewoon gesaneerd zouden moeten worden. Dat heeft alleen zin als je de vervuilers aanpakt. En dat gebeurt nu niet, of in onvoldoende mate.

Vorige week liet D66 in Den Haag maar weer eens een proefballonnetje op over het stikstofprobleem: de veestapel in Nederland zou gehalveerd moeten worden. Realiseert men zich wel hoeveel stikstof en ammoniak de ganzen en de meeuwen in het duingebied en andere natuurterreinen op Texel dumpen? Er zijn al talloze hectaren 'grijze duinen' door broedende en pleisterende meeuwen om zeep geholpen. En ja, dat zijn dus onder meer diezelfde kwetsbare grijze duinen vanwege welke men het gebied van de PHZanddijk niet mag betreden. Maar als de meeuwen ze volledig bederven, dan zou het niet erg zijn? Maak dat de kat maar wijs.

Dat waren een paar praktische bedenkingen die ik bij het huidige natuurbeleid heb. Dan is er nog iets anders waar ik me zorgen over maak, namelijk het afkalvende draagvlak voor de natuurbescherming.

Iedereen die een beetje met de gevoelens binnen de Texelse gemeenschap bekend is, weet dat de maat bij veel Texelaars inmiddels (meer dan) vol is, waar het gaat om grote projecten als Waalenburg en de Prins Hendrikzanddijk. En niet alleen vanwege die projecten als zodanig, maar zeker ook door de manier waarop er door de diverse overheden bij opgetreden is. Wat dat betreft is de gang van zaken rond de PHZanddijk en het strandje van Ceres een absoluut schoolvoorbeeld van hoe je het als overheid niet moet aanpakken. En hoe je de mensen met bot machtsvertoon in de gordijnen jaagt. Ik las dat de Deltacommissaris bij de opening van de PHZanddijk heeft gezegd dat er uit de kwestie Ceres "een les" getrokken moest worden door de overheid. Prima, maar die les is op dit moment duidelijk nog niet geleerd, zoals blijkt uit deze nieuwe 'overval' door de Provincie. Ja, ik weet ook wel, het gaat deels om verschillende overheden, maar voor de gewone burger is dat allemaal één pot nat. Intussen lopen de bewoners van 't Horntje alweer te hoop tegen een megalomaan 'kunstwerk' van 14 meter hoogte, dat men bovenop de eeuwenoude 'grijze duinen' bij het Horntje wil neerplanten. De gemeente en het hoogheemraadschap hebben er al hun zegen aan gegeven en er is een heuse minister gestrikt om het monster straks te onthullen. Dus dat zal wel doorgaan, bezwaar van de bevolking of geen bezwaar. Weer een voorbeeld van een overheid die rare capriolen uithaalt, en dat ook nog eens op een totaal verkeerde plek doet.

Al deze zaken zorgen ervoor dat de natuurbescherming bij veel Texelaars de laatste jaren toch in toenemende mate in een behoorlijk kwaaie reuk is komen te staan. Het beeld ontstaat dat de natuurbescherming een 'Rupsje Nooitgenoeg' is, dat almaar méér landbouwgrond opslokt, terrein afsluit voor publiek en nooit tevreden is. Dat is slecht voor het onontbeerlijke draagvlak onder de bevolking, dat de natuurbescherming juist heel hard nodig heeft.

Zelf heb ik 36 jaar in het natuurbeheer gewerkt en het gaat me aan het hart om te zien hoe onverstandig en soms ronduit tenenkrommend onze overheid zaken, zogenaamd in het belang van de natuur, doordrukt, tegen de wil van Jan en alleman in. Ik heb in de loop der jaren duizenden mensen rondgeleid met excursies in natuurgebieden en daarbij getracht aandacht en begrip voor de natuur, het beheer en de bescherming ervan, bij de mensen op te wekken. Wat je daarmee aan goodwill hebt gekweekt, zie je nu deels weer teniet gedaan worden door een overheid die via eindeloos 'landje pik' het draagvlak voor de natuurbescherming ondermijnt. Daar baal ik van.

Daarom wil ik afsluiten met een gratis advies uit onverdachte hoek aan het adres van de provincie en de gedeputeerde, de heer Tekin: Texel is het omzetten van landbouwgrond in natuur voor de afzienbare toekomst helemaal zat. Genoeg is genoeg. Ga aan de slag met het optimaliseren van het beheer van de nu aanwezige oude en nieuwe natuurgebieden en laat de Texelse bevolking, in het bijzonder de boeren, met rust!

Kees Bruin,

Den Hoorn.