Hans Hopman kocht op zijn zeventiende een gitaar en liet het instrument sindsdien niet meer los.
Hans Hopman kocht op zijn zeventiende een gitaar en liet het instrument sindsdien niet meer los. Foto: Gerard Timmerman

Liedjes schrijven gaat mij soms best goed af

"Liedjes schrijven gaat mij soms best goed af. Ze ontstaan vaak bij toeval. Het begint met een idee, een opmerking of iets in de krant. Als je mazzel hebt kan ik het snel uitwerken en heb ik weer een liedje."

Zo heeft muzikant, singer-songwriter en gitaardocent Hans Hopman er al heel wat geschreven. "CD nummer zeven zit er aan te komen." Met nummers als "Home town", "This old guitar", "The way she smiles" en andere titels. En er zit nog meer in het vat. "Ik ben eigenlijk altijd bezig met het volgende nieuwe nummer. Wat het wordt weet ik nooit, er is altijd wel wat. Soms loopt iets dood. Dan komt het op die lijst aan de muur. Die moet ik nog afmaken. Als ik het niet noteer, dan komt het er niet meer van. Maar als ze klaar zijn, dan neem ik ze op. Als je dat niet doet, dan bestaan ze ook niet."

Eigen liedjes maken doet Hans al van jongs af aan. "Op mijn zeventiende deed ik mezelf mijn eerste gitaar cadeau. Daarvoor waren twee aanleidingen. De eerste was de lp "Desire" van Bob Dylan die ik helemaal grijs draaide. De tweede was toen ik de band waarin Jaap Dros speelde, zag optreden. Toen dacht ik: ik moet een gitaar hebben. Ik ben ermee begonnen en heb de gitaar nooit meer losgelaten."

"Mijn doel was om van de muziek te kunnen leven. Dat bereiken, leek me een geweldig idee. In het begin lukt het niet, de eerste vijftien jaar speelde ik in de hobbysfeer." Een duik in het archief levert heel wat bandjes op. The Mess, Devils Crown, Safety Brake, Shakin' Legends en andere namen komen voorbij. Maar ook solo timmert hij al lange tijd aan de weg. Vaak letterlijk: "Al die andere dingen die ik heb gedaan zijn ook hartstikke leuk, maar op straat spelen is eigenlijk het leukst. Je bent volkomen vrij om te spelen wat je wilt en te beginnen en te stoppen wanneer je wilt. Mensen die een praatje maken, gezellig."

De hobbysfeer is hij als muzikant al vele jaren ontgroeid. "Ik ben naar Amsterdam verhuisd en deed daar auditie voor theater De Engelenbak. Ik kwam als bassist in de huisband van het theater. Ik was gewend popmuziek te spelen, maar plots speelde ik theatermuziek. Cabaretiers en andere artiesten begeleiden, musicals, echt van alles. Een goede leerschool. De ene dag een repetitieavond, de dag erop de uitvoering. En de volgende week weer anders. Zo leerde ik snel muziek in mij op te nemen."

"Ik heb met veel bijzondere mensen uit de theaterwereld gespeeld. Zoals David Vos, vertolker van Jacques Brel. Hij treedt ook wel op Den Hoorn. Ik belandde in zijn begeleidingsgroep. Daarmee heb ik jaren in het hele land gespeeld."

Die theaterperiode duurde tien jaar. Daarna volgde iets heel anders. "Op reis in India kocht ik als souvenir een sitar. Op "Revolver" van The Beatles hoorde ik dat geluid. Ik vond het prachtig. Voor mijn verjaardag kreeg ik een les cadeau. Uiteindelijk heb ik vijf jaar sitarles gehad bij een mevrouw uit Delhi." De sitar komt uit de koffer en even later galmt het markante Indiase geluid door de kamer. Een paar keer trad hij er mee op, zoals op een Indiase avond van Pieternel Geurtz. "Ik zou eigenlijk meer moeten oefenen."

Maar hij heeft meer omhanden. Zoals zo'n twintig leerlingen aan wie hij gitaarles geeft. Eind juni hield hij voor de tiende keer een voorspeeldag in de tuin van zijn moeder, waarop zijn leerlingen optreden.

Zijn oorspronkelijke doel, leven van de muziek, houdt hij in ere. Zaterdag 17 augustus speelt hij om 15:40 uur op Strenderpop. Eigen liedjes. "Echt iets voor zo'n festival."