Schuur Oosterweg mag er toch komen

Twee bezwaren tegen de bouw van een nieuwe bedrijfsschuur aan de Oosterweg nabij Zevenhuizen zijn afgewezen.

Eén van de bezwaren was ingediend door bewoners van Zevenhuizen, het andere bezwaar was van 10 voor Texel. Het college heeft de bezwaren ongegrond verklaard en het besluit niet herroepen. Het advies van de commissie Bezwaarschriften is overgenomen. In de bezwaren is onder meer aangevoerd dat er niet (in hoofdzaak) sprake is van een agrarisch bedrijf, maar dat de schuur voornamelijk gebouwd gaat worden voor een loonbedrijf. Het college zou dit onvoldoende hebben onderzocht, dan wel daarover een verkeerde beoordeling gemaakt. Verwezen wordt naar de recente ontwikkelingen en plannen van aanvrager voor het perceel. Ook zou volgens bezwaarmakers op andere onderdelen niet worden voldaan aan de regels in het bestemmingsplan. Naar de opvatting van bezwaarmakers is onvoldoende rekening gehouden met de karakter van een gebied; een grote nieuwe schuur past daar niet. Het college heeft na uitgebreid onderzoek over het beoogde gebruik van het perceel geconcludeerd dat aan de regels voor het bestemmingsplan wordt voldaan. Het perceel heeft een agrarische bestemming met een bouwvlak. Dit kan in de bezwaarprocedure niet ter discussie staan. Wel moeten er agrarische activiteiten plaatsvinden. Een loonbedrijf mag als die activiteiten ondergeschikt zijn en blijven aan de agrarische activiteiten. Uit de aanvraag en de aangeleverde stukken is terecht afgeleid dat aanvrager agrariër is en dat de loonwerkzaamheden die worden verricht daaraan ondergeschikt blijven. Het bouwplan past in het bouwvlak en de regels van het bestemmingsplan. Welstandeisen zijn op de locatie niet van toepassing en een toetsing aan het Beeldkwaliteitsplan is ook niet aan de orde. De conclusie is dat de omgevingsvergunning op juiste gronden is verleend.