Irene Kinnegim over het Paggapaadje.
Irene Kinnegim over het Paggapaadje. Foto: Gerard Timmerman

Ultraloopster 120 van Texel: "Voelt alsof ik voor mijn plezier loop"

"Het voelt alsof ik hier voor mijn plezier aan het lopen ben." Ultraloopster Irene Kinnegim, deelneemster aan de 120 van Texel, geniet volop van het Texelse landschap. Maar rent intussen stevig door en als ik mij met de fiets tussen de klaphekken door heb gewurmd is het zelfs aanpoten haar weer in te halen.

Ik ben één van de fietsbegeleiders voor de 120-lopers. Tijdens de eerste ronde over Texel die 's morgens rond half vijf begint zijn de verzorgingskramen nog niet bemenst en dan is het als loper wel lekker als er iemand meerijdt die onderweg zo af ten toe de verversing aanreikt. Dus sta ik voor dag en dauw aan de start op de wielerbaan, bepakt met een flinke vooraad drinken, repen en tubes met gel. Martien Baars van de organisatie heeft me dit keer gekoppeld aan Irene Kinnegim.

Een echte duuratlete. Tweemaal tweede op de triatlon van Almere en in 2009 won ze het NK triatlon. Liefst 24 keer nam ze deel aan de Ironman. Met de triatlon is ze gestopt. Ze heeft inmiddels een gezin, een man en twee kinderen. "Ze zijn maar één keer jong, daar wil ik wel van genieten." Tijd om het zwemmen en fietsen te trainen ontbreekt. "Maar het lopen kan ik goed combineren. Ik loop elke dag naar mijn werk", vertelt ze al hardlopend.

In 2015 won ze de Zestig van Texel en in 2016 de ingekorte Jan Knippenberg Memorial (125 km lang). Ze liep ook al eens 170 kilometer achter elkaar, door de bergen. "Maar doordat het zo stijl is, zitten daar ook wel wandelstukken tussen."

Nu doet ze voor het eerst de 120 van Texel, vastberaden om de snelste tijd van 10.47 uur van Léonie van den Haak te verbreken. Het is nog pikdonker als we langs de dijk lopen. Schapen kijken verstoord op als haar hoofdlamp de dijk verlicht. Maar alles nog in diepe rust. "Ik hou van deze stilte", vertelt ze. "Geef mij maar deze rust, in plaats van al die drukte vanmiddag als de zestig van Texel hier voorbij komt."

Ze keuvelt lekker, terwijl ze gemiddeld een kilometer of dertien loopt, een tempo dat ze gedurende de eerste ronde weet vast te houden. Terwijl het langzaam licht wordt, passeren we de vuurtoren en gaan we richting het eerste keerpunt. Als ze van De Hors komt, merk ik aan haar dat het zwaar was. Maar toch ruim binnen de vijf uur bij het keerpunt, waar mijn taak er op zit. Via de website hou ik haar tweede ronde in de gaten en in Oosterend komt ze voor huis langs. Ze heeft het tempo er nog stevig in, met haar eindtijd van 10.02.44 uur verpulvert ze het oude record.

Gerard Timmerman