Deelnemers aan de Nationale Zeezoogdierdagen luisteren in de Walvisschuur naar de uitleg van Adrie Vonk.
Deelnemers aan de Nationale Zeezoogdierdagen luisteren in de Walvisschuur naar de uitleg van Adrie Vonk. Foto: Gerard Timmerman

Walvisvaarder is zelf geschiedenis geworden

"Ik realiseer me dat ik zelf geschiedenis ben geworden." Dat zei Jan Beiboer (1928), voormalig scheepsarts van walvisvaarder Willem Barendsz, vrijdagavond bij de start van de Nationale Zeezoogdierendagen op Texel.

Beiboer, inmiddels de 90 voorbij (foto linksonder), voer in 1956-57 een seizoen mee op de Willem Barendsz. Hij besprak de geschiedenis van de walvisvaart in vogelvlucht, maar ook hoe hij het ervaren heeft om mee te gaan op walvisjacht. Destijds geaccepteerd, gewaardeerd, een economische factor en met de nodige vaderlandse trots omgeven. Nu ligt dat anders. Beiboer terugkijkend: "Een hele nare, bloedige geschiedenis."

De herinneringen en beelden die hij in Stayokay de revue liet passeren, spraken boekdelen. Walvissen die aanvankelijk met gevaar voor eigen leven vanuit wankele bootjes met een harpoen moesten worden gedood, werden na de technische revolutie door jagers met een harpoenkanon onder vuur genomen en na een doodsstrijd van pakweg een half uur gevuld met lucht. Rond de Willem Barendsz cirkelden zo'n vijftien kleinere schepen. De jagers lieten de gedode walvis drijven, prikten er een vlag in, waarna boeienbootjes de drijvende gevaartes verzamelden en naar het industrieschip brachten.

Getoond werd hoe een legertje manschappen potvissen, vinvissen, bultruggen en andere walvissen in een glibberige brei van bloed, spek en drab met scherpe messen slachtten. Van de speklaag (flensen) tot de ruggengraat. Lopende bandwerk, het ging continu door, zo'n 45 dieren per dag. Zwaar en gevaarlijk werk, verwondingen en infecties lagen op de loer. En er brak ook wel eens een vechtpartij uit. Veel werk dus voor de scheepsarts.

Uiteindelijk werden er die reis 1434 gevangen en dat viel tegen. "Een slechte reis, een laag rendement en weinig bonussen." Het werd er niet beter op, in 1964 zou de Nederlandse Maatschappij van Walvisvaart na achttien seizoenen ter ziele gaan. Tegen die tijd was de walvisstand dramatisch gedaald, ook doordat Rusland en Japan massaal fraudeerden bij de opgave van gevangen dieren.

De grote opkomst bij de Nationale Zeezoogdierdagen, Texelaars en overkanters, maakte duidelijk dat walvissen volop in de belangstelling staan. Het hele weekend waren er lezingen, werden films en documentaires vertoond en werden de rondleidingen in de Walviszaal van Ecomare, het Walvisvaardershuisje in Den Hoorn en walvisschuur Groenland van Adrie en Ineke Vonk goed bezocht.

Schrijver Philip Hoare nam zijn gehoor zaterdagavond mee in een reis door ruimte en tijd. Hoe walvissen eerst als brenger van onheil werden beschouwd, veranderden in prooien waarop werd gejaagd als bron voor olie van stadverlichting. Van hoe de geluidsopname met het geluid van de bultrug in de hitparade doordrong en het imago van de zachtaardige zeereus veranderde, tot hedendaagse bedreigingen: vervuiling, aanvaringen, onderwatergeluid, etc.

Afbeelding