Voorzitter Marc Calon van LTO Nederland aan het woord bij Texelse boeren in Hotel Texel.
Voorzitter Marc Calon van LTO Nederland aan het woord bij Texelse boeren in Hotel Texel. Foto: Jeroen van Hattum

"Let op wat er in het buitenland gebeurt"

De landbouw moet alert zijn op toenemende nationalistische tendensen in het buitenland. Die kunnen op termijn een bedreiging worden.

Dat betoogde Marc Calon, voorzitter van LTO Nederland (Land- en Tuinbouw Organisatie), maandagavond tijdens een bezoek aan de Texelse landbouw in Hotel Texel in Eierland. De zaal was goed gevuld met rond de honderd mensen onder wie veel boeren en diverse raadsleden

Nederland is één van de grootste exporteurs ter wereld in de agrarische sector. Het is daarvoor wel afhankelijk van open grenzen voor de handel met het buitenland en daar zit volgens Calon momenteel een dreiging om in de gaten te houden. Hij wees erop dat onder meer in Duitsland, Engeland (brexit), Frankrijk, Italië en Nederland zelf nationalistisch ingestelde politieke partijen in opkomst zijn, waardoor het de vraag is welke kant het uitgaat met de open grenzen. Als voorbeeld noemde hij Frankrijk waar Marine Le Pen (geen voorstander van open grenzen) in 2017 bijna president werd en Duitsland waar de partij Alternative für Deutschland in opkomst is. De traditionele middenpartijen verliezen intussen continu terrein.

Volgens Calon wordt het ook spannend welke krachten er straks in het Europees Parlement in Brussel ontstaan na de Europese verkiezingen in mei. Hij kon er op voorhand geen voorspellingen over doen, maar het is volgens hem wel raadzaam alert te blijven op het behoud van open grenzen ten behoeve van de export van agrarische producten. "Het is killing voor de agrarische sector als de grenzen dicht zouden gaan." Hij hield een warm pleidooi voor de euro als betaalmiddel bij de export. "Daarmee heb je in ieder geval geen koersverlies."

Volgens Calon zit er voor de agrarische sector een 'gouden kans' in de trend dat mensen meer op hun leefstijl en voeding gaan letten om overgewicht tegen te gaan. Dat vraagt volgens hem om voeding waar vertrouwen in is en daar kan de agrarische sector op inspelen.

Het kan volgens hem tot serieuze besparingen leiden. "De kosten voor voedsel zijn gemiddeld €5,68 per persoon per dag. De kosten voor gezondheidszorg zijn gemiddeld €12,80 per dag. Dat is het dubbele van voedsel. Moet je zien wat voor kansen er voor ons liggen op gezondheidsgebied." Als voorbeeld noemde hij Chinezen die een paar jaar geleden ladingen melkpoeder in Nederland kochten nadat de melk in eigen land vervuild bleek te zijn. De Chinezen wilden per sé melkpoeder uit Nederland omdat ze die melk vertrouwden.

De landbouwvoorman kaartte aan dat Nederlanders over het algemeen positief denken over boeren. Onderzoek had als gemiddeld cijfer een 7,8 opgeleverd. Hij deed een beroep op de boeren om zich niet al teveel te laten leiden door negatieve opmerkingen over de sector op de social media. "Het jammere is dat je uiteindelijk op incidenten wordt afgerekend, terwijl we een fantastische sector hebben." Hij pleitte voor de komst van een soort agro-autoriteit (vergelijkbaar met de vroegere productschappen) om te blijven werken aan een juiste beeldvorming over de agrarische sector.

De tijden dat de landbouw veel in de melk te brokkelen had zijn volgens hem voorbij. De LTO moet het tegenwoordig veelal van bondgenootschappen met andere organisaties hebben om doelen te bereiken. De Partij voor de Dieren en Greenpeace staan niet in de telefoonlijst van de LTO, maar voor de rest wordt met veel partijen opgetrokken. "We hebben zelfs samengewerkt met de Dierenbescherming op een gebied waar we gedeelde belangen hadden."