Nacht

Er is veel gaande in de Texelse nachten, dat is alom bekend. Bij de Mokbaai zijn 's nachts minstens evenveel vogels als dat daar overdag al zijn. Bij Ecomare spoken in de nacht allerlei soorten motten en vleermuizen rond tussen de zeehondjes; je kunt er ook Uranus en Mars aantreffen. Men zegt zelfs dat er soms sommeltjes van de partij zijn. Maar moesten we nou echt onze gasten daarheen lokken? Ze konden vorig weekend ook al de kerktoren van Den Burg en de brandende vuurtoren op; daar waren dan mensen die ze van alles gingen vertellen over het Texelse nachtleven. Moest dat nou? Uitgerekend op het aller-, allerengste plekje van Texel zong het popkoor. Ik vermoed dat ze daar het horror-nummer Strangers in the night gezongen hebben. En in een eendenkooi hield de Texelse jeugd een hoorspel. Ik hoop maar voor de eenden dat het niet hetzelfde was dat ik laatst in nachtelijk De Koog heb gehoord. Kortom, in het donker is het mooi maar je kunt het ook overdrijven. Niet alles hoeft 's nachts van de daken geschreeuwd te worden. Sommige zaken, zoals de verdere leefgewoonten van de Texelse jeugd of de duistere gangen van de Texelse politiek, kunnen beter in het verborgene blijven, zeker voor de toeristen. En waar het Tessels dialect vandaan komt, daarover wil ik graag eeuwig in het duister tasten.

Woelmuis