Van visser tot schipper aan wal

Als telg uit een arbeidersgezin hadden ze het bij Oosterender Biem Trap thuis niet breed. De schoolmeester zag wel dat hij over een goed stel hersens beschikte. Maar de landbouwschool zat er niet in, Biem moest al jong helpen de kost te verdienen.

Hij raakte bij Willem Kikkert en Rein "de Bul" Eelman op het land aan het werk. In de oorlog rooide hij samen met zijn vader Cor Trap aardappels. Ze werden betaald per meter. Biem kon goed met paarden overweg. Zo kwam het dat hij met de platte wagen af en aan reed om de oogst van het land te krijgen.

Hij was van gereformeerde huize, zoals veel tijdgenoten hield het geloof zijn vader flink bezig. Zelfs zodanig dat zijn naam voorkomt in De Sprekende Slang, het boek dat het kerkelijk conflict in Oosterend beschrijft en dat het gelovige dorp diep verdeelde. Trap sr. koos voor Hersteld Verband. Ook na de sloop van deze kerk was hij er nog niet klaar mee. Zo stuurde hij Biem eens op pad om kerkelijke pamfletten te verspreiden. Toen Biem deze per abuis ook bij iemand van een andere kerk had bezorgd, werd hij teruggestuurd. Het was volgens zijn vader iemand van de "tegenpartij". De betrokkene nam het gemoedelijk op: "Ik dacht al dat je verkeerd zat..."

In de visserij was meer te verdienen dan op het land, zo raakte hij bij Cor en Piet Vlaming, ooms van moeders kant, aan het werk. Hij trouwde met Grietje Ellen van de "51" en nam later het visserijbedrijf van haar vader over. In 1959 liet hij zijn eerste nieuwe kotter bouwen, de TX14 "Willem Cornelis". Nadien zouden er meer volgen. Vissen deed hij tot zijn 53ste, waarna hij het aan anderen overliet en schipper aan wal werd en onder meer hielp in de nettenschuur. Hij bleef nadien altijd betrokken bij de visserij.

Besturen was niet zijn roeping, maar toen ze hem vroegen als bestuurder van de Coöperatieve Inkoop Vereniging (CIV) ging hij dat niet uit de weg. Hij zat van 1969 tot 1998 in het bestuur van de CIV, eerst als secretaris en daarna als voorzitter. 1969 - 1998. Het was de tijd van de oliecrisis. Toen hij, gesteund door de rest van het bestuur, erin was geslaagd precies op het juiste moment een voorraad gasolie in te kopen, voor de toen gunstige prijs van 41 (oude) centen ("Biem had de papagaai sien kop afgeschoten", zeiden ze) was er toch een visser die hem aansprak. "Had er geen drietje in gekund?". Trap werd niet boos, maar kon het wel relativeren. Hans Daalder, zelf ook tientallen jaren bestuurlijk actief in de visserij, werkte geruime tijd met Trap samen. "Het was toen de "gouden eeuw" in de visserij. Er lagen toen wel een stuk of veertig kotters in de haven. Er gebeurde heel veel en de coöperatie verrichtte daar enorm veel werk. Denk bijvoorbeeld aan de inkoop van dertig miljoen liter gasolie (een veelvoud van de huidige hoeveelheid). Ontwikkeling en vergroten van de haven, het olietankpark verplaatsen, etc. Veel feestjes ook, als er weer een nieuwe kotter kwam. Biem werd gewaardeerd als bestuurder. Toen hij pas was afgetreden en ik hem was opgevolgd als voorzitter, kreeg ik nog eens over mijn zuiger van hem. We hadden met andere coöperaties gesproken over samenwerking. "Ik heb mijn hielen nog niet gelicht, of jullie gaan al met die Urkers samen", mopperde Biem.

Bij de Rabobank zat Trap in de Raad van Toezicht daarna in de Raad van Bestuur. Bij Visafslag Den Helder-Texel was hij bestuurslid ten tijde van de overname van afslag. Het was eerst een gemeentelijke afslag en is nadien door de vissers uit Den Helder en van Texel overgenomen.

Paarden bleven - na Grietje - zijn grote liefde. Hij reed graag in het zadel. Eerst op een geleend paard en later een van hemzelf. Toen dat wat teveel vergde van het lichaam, klom hij op de bok. Zo maakte hij met een koets met paarden geregeld zijn opwachting bij het ringsteken.

Biem Trap overleed op 24 september op 88-jarige leeftijd.