Oude Dansen: "Er komt geen aanwas bij"
"Wat denk je dat die kleding weegt? Doe eens een gok?", legt Simon Dros van dansgroep Oude Dansen neer bij de verslaggever ter plaatse die geen idee heeft. "Zeven kilo. Dat is zeven meter stof. Wij mannen kunnen nog een jasje uitdoen. De dames hebben die luxe niet."
De leden van de dansgroep hebben zich verzameld bij de daarvoor speciaal geplaatste tafels op het midden van de Groeneplaats. De kop "Dansgroep Oude Dansen stopt", in de krant van afgelopen dinsdag kon niet iedereen bekoren. "We stoppen alleen met het dansen op de Groeneplaats. We blijven bij elkaar komen en misschien weet dansen we nog wel een keer in de Gollards of zo", stelt een vrouwelijk lid van het gezelschap.
Simon Dros legt uit. "We krijgen geen zes paar meer bij elkaar, er zijn teveel gebreken. De één zit met zijn knie, de ander met een heup. Sommige leden zijn al boven de tachtig. Met minder dan zes paar heb je gewoon te weinig om een goede voorstelling te geven. Er wordt vandaag niet gedanst."
Als de redactie een uurtje later komt kijken, schalt de dansmuziek uit de boxen van marktzanger Mark Kramer. En op de Groeneplaats staat een deel van dansgroep Oude Dansen te dansen. Stralend middelpunt is Simon Dros. "Ik ben hier de baas niet hé. Ik heb niet eens mijn hoge hoed op. Er zou niet gedanst worden, er is niet eens een plankier." Marga Randsdorp vult aan: "Het was een spontane actie."
De ochtend beschouwend zat het er aan te komen. Terwijl Kramer bezig was met het klaarzetten van zijn spullen, schalde UB40 met 'Red Red Wine' al door de speakers. Een aantal van de vrouwen van de dansgroep kon toen al niet stil blijven zitten en liet zien nog soepel genoeg te zijn om nog even door te gaan.
Het zou mooi zijn wanneer de dansgroep Oude Dansen het voor elkaar krijgt om volgend jaar nog één keer op te treden op de Groeneplaats. Dan viert het gezelschap namelijk haar vijftigjarig jubileum. Het begon in januari 1969, toen met dertien paren. Op het hoogtepunt van de dansgroep telden ze zo'n 25 dansparen. Op de folkloremarkten werd in de hoogtijdagen wel acht keer per zomer opgetreden. Zowel het aantal leden als het aantal optredens nam door de jaren af. Rein Buisman weet wel waarom: "Jongeren vinden het oubollig. Zij gaan hier niet meer aan meedoen. Die willen wel dansen, maar niet de walsen en de polka's die wij doen. Dan gaan ze salsadansen bijvoorbeeld." De noodkreet vanwege een gebrek aan nieuwe aanwas, is overigens niet nieuw. Al in de jaren tachtig verschijnen in deze krant oproepen om nieuwe leden, een oproep die in de jaren erna regelmatig terugkeert.
De leden van dansgroep Oude Dansen hebben er voor hun 'laatste dans op de Groeneplaats' in ieder geval veel tijd in gestoken. Ze zien er stuk voor stuk prachtig uit. Buisman: "Ik noem het nog altijd het zondagse pak. Vroeger werkte je zes dagen in de week en dan was het op zondag rust. Dan waren de mannen netjes gekleed, de jongens hadden er een pet bij op. Maar die tijd is niet meer. Voor ons is dit nog te doen trouwens, voor de dames is het een hoop meer werk. Die zijn zo'n drie kwartier bezig om alles voor elkaar te krijgen. Het zijn veel lagen en het is een heel gedoe om die kap goed te krijgen."
Voorlopig lijkt het er op dat de laatste dans op de Groeneplaats gedanst is. Als dank voor al die jaren kreeg gezelschap een lunch aangeboden van ondernemersvereniging Den Burg, Winkelhart van Texel.