Anders bekeken...

Ninjakrijgers……

Het is nog warm als we met een biertje samen in de tuin zitten. De jongste is blij, zijn vriendin is geslaagd en ze hebben geboekt voor een vakantie waar je heerlijk kunt kitesurfen. "Kijk mam, vleermuizen" en hij wijst met zijn vinger hoog in de lucht. "Wow", zeg ik, "hoe herken je die?" Hij legt uit dat ze anders fladderen en een heel andere staart hebben dan de zwaluwen, die ook rakelings over scheren. "Ze hebben ook een heel ander geluid, wist u dat niet?"

Ik moet eerlijk bekennen dat vleermuizen me altijd wat angst aanjagen, Dolfje Weerwolfje, of op de kop hangend in een grot waar het donker is, ze waren niet favoriet bij mij. "Wees maar blij, ze eten veel insecten, de muggen die jou vannacht niet steken", voegt hij er lachend aan toe. Hij kent me, zodra als er iets in de buurt is wat kan prikken, ben ik de klos. Ik was altijd in de weer met pipetjes voor de hond en de poezen, citroengeraniums, Autan, noem maar op. "Zouden ze in het Koppesbossie zitten?", vraag ik verheugd, mijn kansen verhogend inschattend. "Jazeker, ze zitten graag in een holle boom, daar doen ze ook hun winterslaap." Naast het gezellig uitzakken leer ik iets. Het bosje levert niet alleen bescherming voor de wind, een groen hart, zuurstof, prachtige vogelgeluiden, bloemen in het voorjaar, maar ook een insecteneter. Wow...Ik ga heerlijk slapen.

Toch heb ik een rare droom, of het komt door het grapje dat Cornelis maakte of door de misplaatste opmerking van Tommy Wieringa, ik weet het niet, maar er botst een allemachtige zwarte pickup tegen mijn garage deur en er komen vleermuizen uit zo groot als Ninjakrijgers. Ze slingeren in de rondte door mijn open ramen en vertellen me dat ik uit moet kijken met wat ik schrijf. Ik probeer te roepen dat iedereen mag zeggen wat hij of zij vindt, dat is ons recht, ons grootste recht in de democratie, maar er komt niets uit mijn keel. Ik heb het heet en tracht met het dekbed de krijgers weg te zwaaien.

Het lukt, het is zeven uur, ik zit rechtop en voel verschillende kriebelbulten op mijn arm en nek. Ik moet lachen, het waren muggen die door de barrière van krijgers heen zijn gekomen. Het is hoog water en als ik in de vroege ochtend in de frisse zee mijn meters maak, besef ik dat we bevoorrecht zijn. Geen aanslag in Den Burg op de krant. Het Polderhuis van weleer mag uitzoeken en publiceren wat hij of zij wil. In Den Haag zijn door alerte journalisten vele dingen aan het licht gekomen. Ieder mens, elke Tesselaar mag zeggen wat hij of zij wil, als we dat een beetje normaal en onderbouwd doen, kunnen we na afloop een biertje drinken met elkaar. Ik hoop dat de Groeneplaats nog lang groen blijft, al was het voor dat biertje, rustig buiten, al was het voor de vleermuizen in het park, in de holle bomen, om zo groot als Ninjakrijgers te vliegen en de echt schadelijke insecten te vangen die ons te na komen…..

Jozien