Arthur Oosterbaan interviewde Kees Camphuyzen (rechts) over zijn boek.
Arthur Oosterbaan interviewde Kees Camphuyzen (rechts) over zijn boek. Foto: Jeroen van Hattum

"Meeuwen zijn gewoontedieren"

"Er zijn er zat van en ze vreten alles." Het is bijna een standaard reactie die marien ecoloog Kees Camphuyzen uit Den Hoorn hoort wanneer hij vertelt dat hij met meeuwen werkt. Dat de meeuw beduidend meer is dan een vliegende vorm van overlast, blijkt uit het boek 'De Zilvermeeuw' dat hij geschreven heeft. Het werd woensdag officieel gepresenteerd bij Het Open Boek in Den Burg. Camphuyzen geeft in een zeldzaam inkijkje in een meeuwenkolonie nabij Paal 9 waar hij al twaalf jaar structureel komt. De meeuwen vliegen niet weg als Camphuyzen eraan komt, maar gaan gewoon door met hun dagelijkse bezigheden, waardoor Camphuyzen deze in dagboeknotities kon vastleggen. Het levert het beeld op dat meeuwen te vergelijken zijn met mensen. Het zijn gewoontedieren, ze zijn elkaar trouw, maar plegen ook overspel en gaan elkaar te lijf. Camphuyzen gaat ook wetenschappelijk in op de meeuw en hij beschrijft de meeuw door de eeuwen heen om een genuanceerd beeld van de vogel te geven. Om aan te geven hoezeer het gewoontedieren zijn: Camphuyzen hoefde maar even in andere outfit op een andere tijdstip bij de kolonie te verschijnen en het was meteen paniek in de tent bij de meeuwen.