Spoorloos…

Manlief mailt vanaf de kotter, elke dag, dat hebben we afgesproken: "we komen binnen want het is bijna niet te doen." Het giert om het huis, op de radio onheilspellende berichten; treinen die niet meer gaan, omgevallen bomen en wat al niet meer. Op de app onze dochter Von: "weet u al wat van pappa? Zit hij nog op zee?" Ze is zwanger en druk bezig met de babyuitzet, ik app terug dat hij binnen zal komen. Dat stelt het hart gerust, gelukkig, een zucht van verlichting. We maken ons regelmatig zorgen om de mensen die ons dierbaar zijn. Het kan ook anders aflopen tenslotte. Buurman Cor komt bij de achterdeur de restanten van zijn kerststuk terugbrengen: "Zeg Jozien, wij zijn bezig een film van de watersnood in 1953 te maken, op Texel is er ook ontzettend veel gebeurd en zijn er meerdere mensen verdronken." Ik knik, van allerlei kanten heb ik de verdrietige verhalen uit die verschrikkelijke dagen vernomen.

Een jarenlange patiënte verloor haar man, toen ze hoogzwanger was, in de hoge golven en altijd als het weer februari werd, kwam het boven, werd erover gepraat. Mijn ex-schoonvader, de politieman Tromp, zag voor zijn ogen de mannen verdrinken toen hij pogingen deed op de motor om de bus op zijn traject terug te laten keren. "Ja, daar kom ik ook voor. Heb jij nog een foto van hem op de motor?"

Ik duik de volgende dag op knieën op zolder in een hele grote kist met oude foto's en krantenknipsels. Eigenlijk zou je het moeten rubriceren. Waar zal ik beginnen? Pfff.. Ik zucht eens diep. Maar ik moet me niet aanstellen. Als ik op tv kijk naar het programma Spoorloos dan verbaas ik me altijd weer dat met een kleine aanwijzing toch het desbetreffende familielid weer gevonden wordt in een krioelend achteraf straatje. Ik zit warm en droog, ik moet niet teuten, en ja daar heb ik de ouwe Henk Tromp te pakken. Ik kon goed met de dorpsman overweg, hij hield van zijn vak, ging er graag op de motor op uit en zat ook bij nacht en ontij achter de stropers aan. Die waren toen nog talrijk. Ook ging hij graag bij de boeren in de polder langs ,een bakkie koffie het laatste nieuws. En als hij bij mij binnen kwam zei hij steevast lachend:"E.Z.K." Erna Zet Koffie…

Hij had het niet op water, vond mijn zwemovertochten maar niets en was altijd zienderogen blij als we met onze zeilsloep weer heelhuids het haventje van De Cocksdorp binnenliepen. Hij had teveel zien gebeuren, hij had de krachten van het water, de muur, op hem af zien komen en had de angst met de mannen voor altijd in zijn hart begraven.

Hoe kan het gaan? Sterke kerels die verdwijnen in de golven. De mail gaat weer: "We komen niet binnen, het meeste gaat toch bezuiden ons langs, we vissen nog even door." Vertrouwen op kennis en vakmanschap, op het anker wat ons vasthoudt, is een kostbare zaak. Ik pak de foto en ga naar beneden. De zon breekt door de wolken. Automatisch doe ik de schepjes koffie in het filter en ruik de aroma, net als hij graag deed…

Jozien