Wat ik zeggen wou
Knollen en drollen
Hier is een gedicht
aan de Jan Plezier gericht.
Laat lopen die knollen
laat vallen die drollen
uit ieder gat
rolt er wel eens wat;
De paarden stront in De Koog
ligt soms drie turven hoog;
Heeft u een beetje pech
ligt het voor uw voordeur op de weg.
En daarom bewoners van De Koog
blijft het de komende weken niet droog.
We gaan bidden om veel regen
om de hopen van de weg te vegen.
Dit was een gedicht van zestien zinnen,
helaas, kan ik volgend jaar weer opnieuw beginnen.
Henk de Rooij
Naschrift.
De redactie deed navraag bij de Jan Plezier. "We hebben altijd een schop en een emmer mee op de wagen en ruimen het normaal gesproken op. Alleen als er onderweg een hele rits auto's achter ons rijdt en we niet kunnen stoppen, dan kan het niet natuurlijk niet. Besef ook dat er meer paarden door De Koog lopen, ook aanspanningen. Meestal worden de keutels die zij laten vallen niet opgeruimd. Maar wij worden er wel op worden aangekeken."