Landbouwers, bollentelers en anderen nemen in het Groningse polderland kennis van het project Spaarwater, om de zoetwaterbel te vergroten.
Landbouwers, bollentelers en anderen nemen in het Groningse polderland kennis van het project Spaarwater, om de zoetwaterbel te vergroten. Foto: Gerard Timmerman

Voor zoetwaterproject naar Groninger polder

Overtollig regenwater in herfst en winter opslaan in diepere grondlagen, zodat het tijdens de groei ten goede kan komen aan gewassen. Een uitkomst voor de Texelse landbouw en bloembollenteelt, die regelmatig met droogte heeft te kampen. Dat het mogelijk is, bleek donderdag tijdens een excursie naar Groningen en Breezand.

Droogte veroorzaakt veel schade in de landbouw. In 2017, toen er tijdens het groeiseizoen veel te weinig regen viel, werden de landbouwers en bollentelers weer eens met de neus op de feiten gedrukt. Tulpen bleven onder de maat en pootaardappels kampten door de groeistilstand met schurft. Akkerbouwer en LTO-voorzitter Arnold Langeveld nam zes jaar geleden het initiatief tot oprichting van de projectgroep Texel Water, om te werken aan een oplossing. Geduld wordt beloond. "Nu gaan we met een bus vol boeren naar Groningen."

Een werkbezoek om kennis te nemen van de ervaringen van akkerbouwer Jan Oosterhuis. Het polderland bij Hornhuizen kampt van oudsher met zoute kwel, vergelijkbaar met land in de Prins Hendrikpolder. Door de drainage te verlagen van 1.20 naar 1.60 meter beneden het maaiveld heeft hij de zoetwaterbel boven het brakke grondwater vergroot. Het mes snijdt aan meerdere kanten. "Meer zoet water, minder zout in de grond en minder uitstroom van nutriënten, zoals stikstof." En, niet onbelangrijk: de ontwatering is niet achteruit gegaan. Oosterhuis wil de oppervlakte vergroten. "Ik zie er wel wat in."

De proef is onderdeel van het project "Spaarwater", dat maatregelen voor het bestrijden van verzilting en zeker stellen van de beschikbaarheid van voldoende schoon zoetwater ontwikkelt en beproeft. Volgens onderzoeker Jouke Velstra biedt het diep draineren kansen in onder meer de PH-polder. Doordat het grondwater daar plaatselijk ook in de winter te brak is, lijkt het opsparen van zoetwater in de diepere ondergrond daar niet mogelijk.

Uit onderzoek van de ondergrond in andere delen van Texel is ondergrondse opslag daar volgens Velstra wél mogelijk. Met veel interesse werd daarom het verhaal aangehoord van bollenteler Thijs Langeveld in Breezand. "Spaarwater" startte daar een proef op een perceel van bijna drie hectare bollenland, waarbij in de ondergrond tussen circa tien en bijna dertig meter het zoete water in herfst en winter wordt gebufferd. Via een infiltratiesysteem komt het tijdens het groeiseizoen ten goede aan de bloembollen. Dit als alternatief voor beregening met oppervlaktewater. Thijs Langeveld is tevreden over het resultaat en vertelt dat de hyacinten zelfs een maat extra waren gegroeid. Ook deze proef zal worden uitgebreid. Ruim de helft van het opgespaarde water kan worden benut, maar op Texel kan dat volgens Velstra oplopen tot tachtig procent. Een systeem dat perspectief biedt voor de landbouw, maar ook de natuur op Texel. Genoemde bedragen over de kosten liepen uiteen, maar de jaarkosten zijn volgens Arnold Langeveld beslist te overzien. "Zie het als een verzekersingspremie dat je altijd zoet water in de grond houdt."

"Het zou mooi zijn als we op redelijk korte termijn een proef kunnen starten op Texel. Eentje voor pootaardappelen, suikerbieten en bloembollen. Als dat slaagt, kunnen we het verder uitrollen." Hiervoor is de lobby naar Haarlem van groot belang, want de provincie is een belangrijke schakel in deze ambitie. Mogelijk dat wethouder Hennie Huisman (VVD), deelnemer aan het werkbezoek, hier een rol in kan spelen.