Jacob van Heerwaarden en Harry Nieuwenhuizen van de Rabobank Kop van NH bij de kluisdeur in het Polderhuis, voorheen Boerenleenbank.
Jacob van Heerwaarden en Harry Nieuwenhuizen van de Rabobank Kop van NH bij de kluisdeur in het Polderhuis, voorheen Boerenleenbank. Foto: Gerard Timmerman

Economie op stoom, maar ook knelpunten

De Texelse economie draait op volle toeren. De detailhandel presteert gemiddeld beter dan elders, ook andere bedrijfstakken doen het goed. Een gesprek met Harry Nieuwenhuizen, directievoorzitter van Rabobank Kop van Noord-Holland, en Jacob van Heerwaarden, marktteamcoördinator op Texel.

Nieuwenhuizen: "Veel steden worden geteisterd door leegstand van winkelpanden. Functioneel kopen gaat tegenwoordig vaak via internet. Maar voor funshoppen ga je niet achter je computer zitten. Mensen die naar Texel komen, komen grotendeels ook in de winkels terecht. Hier doet de detailhandel het goed. Maar dit betekent niet dat de detailhandel achterover kan leunen. Het blijft een kunst om mensen van de straat in je winkel te krijgen. Beleving is van groot belang."

Van Heerwaarden: "Zorg dat je als winkelcentrum onderscheidend en uitdagend bent. Op het moment dat je collectief activiteiten organiseert, is dat een sterk punt. Het is lastig om dat direct te vertalen in je eigen portemonnee, maar je moet vertrouwen hebben in het collectief. Dat is absoluut een kracht. Breed gedragen, met elkaar verantwoordelijkheid nemen."

Nieuwenhuizen: "Als je dingen collectief aanpakt, sta je sterker. In Den Burg met het Ondernemersfonds, De Koog met Planet Texel. Dat het met veel discussie tot stand komt, hoort kennelijk bij het spel."

Van Heerwaarden: "Op alle fronten merk je dat het aantrekt. Ook de bouw draait op volle toeren. Aannemers hebben allemaal werk. Op Texel zie je nog dat veel opdrachten worden gegund, maar niet tegen elke prijs. Je ziet ook overkantse bedrijven op het eiland. Men maakt steeds rationeler keuzes. Het zou ook een zorgelijke situatie zijn als je het als ondernemer alleen van gunning moet hebben. Je moet scherp blijven. Jezelf de vraag stellen: waarom kan een ander het wél tegen een lagere kostprijs?

Nieuwenhuizen: "Landbouw doet het goed, de food- en agrosector biedt wereldwijd een goed perspectief, de akkerbouw draait de laatste jaren goed, in de melkveehouderij zijn de pieken en dalen nu wat groter. Dat fosfaatrechten nu verhandelbaar zijn, werkt prijsverhogend, maar biedt wel de mogelijkheid tot ontwikkeling. Lokale afzet van de producten speelt een marginale rol, maar qua beleving en imago is het belangrijk. Een restauranthouder berekende dat de ingrediënten voor een gemiddelde maaltijd in Amsterdam samen 11.000 kilometer hadden afgelegd. Het komt van over de hele wereld. Op Texel zijn we in staat om dat met lokale producten compact te maken.

Ook Texelse visserij doet het heel goed. Er hangen donkere wolken, maar met de puls lijkt het nu de goede kant op te gaan. Maarten Drijver trekt daar heel hard aan.

Nu de crisis voorbij is, zie je ook dat het hier en daar begint te knellen. Zoals op de arbeidsmarkt. Tot 2040 krimpt de beroepsbevolking in de Noordkop met zestien procent.. Het knelt nu al het meest in de bouw en techniek en in de horeca. Aan kwalitatief goede koks is bijna niet te komen. Door de crisis liep dit probleem tijdelijk terug, maar opeens gaat het heel hard. Wat je ziet is dat werkgevers sneller vaste contracten bieden om mensen aan zich te binden. Dat is op zich een prima tendens. Een ander knelpunt is het stijgen van de prijzen op de woningmarkt. Voor het eerst wordt ook hier boven de vraag prijs geboden. De rente is nu nog laag, maar stel dat die een keer omhoog gaat…"